HR verwijst zaak Pirate Bay naar Hof Amsterdam

29-06-2018 Print this page
IEPT20180629, HR, Brein v Ziggo-XS4ALL

Na oordeel Hof van Justitie vernietigt HR het arrest van hof Den Haag van 28 januari 2014 en verwijst het geding naar hof Amsterdam: Hof van Justitie heeft (anders dan het hof Den Haag) geoordeeld dat de beschikbaarstelling en het beheer van online filesharing platform moet worden beschouwd als een  mededeling aan het publiek en TPB pleegt zelf inbreuk. Bewijslast dat een bevel op grond van artikel 26d Aw effectief en evenredig is rust bij Brein: geen grond om andere regel te hanteren dan uit art. 150 Rv voortvloeit.

 

AUTEURSRECHT - HANDHAVING

 

Vervolg op HR 13 november 2015 (IEPT20151113) en HvJEU 14 juni 2017 (20170614). In het arrest van 13 november 2015 (IEPT20151113) stelde de Hoge Raad prejudiciële vragen met betrekking tot de blokkering van The Pirate Bay. Zie ook het arrest van het hof Den Haag (IEPT20140128), het eindvonnis (IEPT20120111) en het tussenvonnis (IEPT20101208)

 

In zijn arrest  oordeelde het Hof dat de beschikbaarstelling en het beheer van een online filesharing platform inderdaad moeten worden beschouwd als een handeling bestaande in een mededeling in de zin van de richtlijn

De Hoge Raad oordeelt nu dat met het oordeel van het Hof van Justitie onderdeel I.a van het middel van Brein, namelijk dat The Pirate Bay, naast de abonnees mededeling van werken aan het publiek doet als bedoeld in artikel 3 lid 1 Auteursrechtrichtlijn, slaagt.

 

Onderdeel II.B van het middel van Brein, dat zich keert tegen het oordeel van het hof heeft waarin het hof heeft geoordeeld dat de bewijslast dat een op de voet van art. 26d Aw gevorderd bevel effectief en evenredig (in de zin van art. 3 lid 2 Handhavingsrichtlijn) is, rust op degene die een zodanige vordering doet, faalt. Naar het oordeel van de Hoge Raad is er geen grond om in dit verband een andere regel te hanteren dan de uit art. 150 Rv voortvloeiende regel dat, indien de tussenpersoon tegen wie een vordering als bedoeld in art. 26d Aw is gericht, gemotiveerd betwist dat het gevorderde bevel effectief of evenredig is, de bewijslast van de effectiviteit of evenredigheid op de eisende partij rust.

 

De Hoge Raad vernietigt het arrest van het gerechtshof Den Haag van 28 januari 2014 (IEPT20140128) en verwijst het geding naar het gerechtshof Amsterdam ter verdere behandeling en beslissing.

 

IEPT20180629, HR, Brein v Ziggo-XS4ALL

 

ECLI:NL:HR:2018:1046

 

Deze uitspraak wordt besproken in de volgende webinars:

IE-update 2e kwartaal 2018

Auteursrecht 2018

IE-Handhaving 2018-2019