Succesvol beroep op dwaling bij sluiten franchiseovereenkomst

29-12-2023 Print this page
IEPT20190220, Rb Oost-Brabant, Franchise

Met succes een beroep op dwaling bij sluiten franchiseovereenkomst op grond van onzorgvuldige omzetprognose van franchisegever. Echter eiseres heeft zelf destijds in de buurt rondgereden en wist van de vestiging van een Multivlaai in het nabijgelegen winkelcentrum. Eindvonnis met verwijzing van de schadebegroting naar een schadestaatprocedure. Schade voor de helft te wijten aan eigen gedrag.


FRANCHISE

 

In het tussenvonnis van 21 maart 2018 heeft de rechtbank vastgesteld dat [eiseres] bij het sluiten van de franchiseovereenkomst met [gedaagde] heeft gedwaald en dat [gedaagde] onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld. Het aan [gedaagde] te maken verwijt – op basis waarvan zij is gehouden tot schadevergoeding aan [eiseres] – bestaat eruit dat:
- [gedaagde] onzorgvuldig jegens [eiseres] heeft gehandeld door:
- geen deugdelijk vestigingsplaatsonderzoek te doen,
- [eiseres] niet te waarschuwen voor de voorzienbare, zware concurrentie vanuit het winkelcentrum [winkelcentrum] en 
- [eiseres] niet te adviseren om zelf nog een gedetailleerder onderzoek te (laten) uitvoeren;
- [gedaagde] met de financiële cijfers (omzetprognose) die zij beschikbaar stelde aan [eiseres] , ten onrechte de indruk heeft gewekt dat de omzet op haar locatie vergelijkbaar zou zijn met de omzet van de drie [gedaagde] -vestigingen waarop de prognose was gebaseerd, terwijl de concurrentie bij die vestigingen veel minder was.

 

De rechtbank heeft bepaald dat [eiseres] haar onjuiste voorstelling van zaken mede aan zichzelf te wijten heeft, omdat zij destijds in de buurt heeft rondgereden en wist dat in het nabijgelegen winkelcentrum [winkelcentrum] een Multivlaai gevestigd was. Gelet op de mate waarin de aan ieder van partijen toe te rekenen omstandigheden tot de schade hebben bijgedragen, [gedaagde] 50% van de schade van [eiseres] moet vergoeden en dat [eiseres] de andere 50% van de schade zelf moet dragen.

 

Behalve op vergoeding van schade heeft [eiseres] aanspraak gemaakt op een vergoeding van de franchise-fee van € 3.500,00. De rechtbank begrijpt deze vordering als een vordering uit onverschuldigde betaling als bedoeld in artikel 6:203, eerste lid, BW.


De rechtbank verklaart voor recht dat eiseres heeft gedwaald en dat de franchiseovereenkomst bij brief door eiseres is vernietigd. Gedaagde dient de onverschuldigd betaalde franchise-fee á €3.500 terug te betalen. Ieder is voor de helft van de schade die eiseres heeft geleden aansprakelijk.

 


ECLI:NL:RBOBR:2019:1161