Niet bewezen dat auteursrechten op programma Mega-Kassa volledig zijn ingebracht in VOF
25-07-2019 Print this page
Overeenkomst van 12 maart 2010 draagt niet bij aan bewijs dat auteursrechten op Mega-Kassa in de VOF zijn ingebracht: geen voor daadwerkelijke overdracht vereiste leveringsakte opgesteld. Verklaring van gedaagde [A] voldoende om bestaan leveringsakte te ontzenuwen: bij gebreke aan enig objectief bewijs of een onafhankelijke getuigenverklaring.
Zowel eiseres Cerme en gedaagde [A] zijn actief in de ICT. Partijen zijn op een bepaald moment een VOF aangegaan, welke samenwerking in maart 2010 is beëindigd. Cerme stelt dat de intellectuele eigendomsrechten op het programma Mega-Kassa, hetgeen door gedaagde is ontwikkeld, bij de overeenkomst van 12 maart 2010 door de VOF zijn verkocht, geleverd en overgedragen aan Cerme. Bij het tussenvonnis van 14 februari 2018 (IEPT20180214) heeft de rechtbank Cerme opgedragen te bewijzen dat de volle gerechtigheid tot auteursrechten op het programma Mega-Kassa door gedaagde [A] is ingebracht in de VOF. In het tussenvonnis is overwogen dat levering van de aan de orde zijnde auteursrechten op grond van artikel 2 Aw plaats dient te vinden door middel van een daartoe bestemde akte.
Cerme heeft geen leveringsakte in het geding gebracht. Cerme heeft bewijs bijgebracht door middel van het doen horen van getuigen. Getuige 3 moet als statutair bestuurder van Cerme als partijgetuige worden aangemerkt waardoor voor zijn verklaring de in artikel 164 lid 2 Rv omschreven beperking geldt. Aan de verklaringen van getuige 1, getuige 2 en gedaagde [A] komt vrije bewijskracht toe. De rechtbank neemt echter in aanmerking dat getuige 1 en 2 als aandeelhouders en gedaagde als partij in dit geding belang hebben bij de uitkomst van de zaak.
De rechtbank concludeert dat de overeenkomst uit 2010 niet kan bijdragen aan het bewijs dat in 2005 de volle gerechtigheid tot auteursrechten op het programma Mega-Kassa door gedaagde [A] is ingebracht in de VOF. Hoewel partijen kunnen zijn overeengekomen dat gedaagde [A] de auteursrechten in de VOF zou inbrengen, is er geen voor daadwerkelijke overdracht vereiste leveringsakte opgesteld. Door het gebrek aan enig objectief bewijs, acht de rechtbank de verklaring van gedaagde [A] voldoende om het door Cerme bijgebrachte (getuigen)bewijs van het bestaan van een leveringsakte te ontzenuwen.
Cerme slaagt er niet in te bewijzen dat de volle gerechtigheid tot auteursrechten op het programma Mega-Kassa door gedaagde zijn ingebracht in de VOF, waardoor geen van de vorderingen van Cerme voor toewijzing in aanmerking komt.
IEPT20190703, Rb Den Haag, Cerme
