Geen tekortkoming in de nakoming van uitgeefovereenkomst

18-02-2020 Print this page
IEPT20191217, Hof Amsterdam, Springer Nature

Geen tekortkoming in de nakoming van uitgeefovereenkomst ten aanzien van inkomsten uit e-book packages (e-book pakketten waar boek appellant deel van uitmaakt): royalty formule Springer wel degelijk gerelateerd aan door Springer behaalde omzet uit e-book packages, door Springer onvoldoende bestreden aangevoerd dat aantal geprinte versies van een boek (en aantal verkochte individuele e-books) beste indicatie is voor populariteit en dus de ‘waarde’ van een boek. Geen verplichting Springer om derden een rekening- en verantwoordingsplicht op te leggen: niet af te leiden uit strekking van of tekst van de overeenkomst.

 

IE-VERBINTENISSENRECHT

 

Appellant is de auteur van het boek ‘[titel]’. Het boek is in 1981 verschenen. Appellant heeft op 6 juni 2011 met Springer een ‘Publishing Agreement’ gesloten voor de tweede, herziene uitgave van het boek. Springer heeft het boek uitgegeven in geprinte en elektronische versies. De geprinte versies zijn onder te verdelen in hardcover, softcover en ‘MyCopy’ exemplaren, de elektronische versies in individuele e-books en e-books als onderdeel van een pakket van verschillende e-books (e-book packages). Springer heeft ook licenties verstrekt aan derden voor gebruik van het boek. In de overeenkomst is onder meer opgenomen: “If the Work is sold electronically as part of a Springer e-book package, Author will receive an equitable share of royalties from the income generated by Springer from the e-book package. The share formula for each individual title within the e-book package will be determined by Springer (…)”. In eerste aanleg vorderde appellant onder meer een verklaring voor recht dat Springer tekortschiet in de nakoming van de overeenkomst door de royalty’s over de exploitatie van het boek als onderdeel van de e-book packages te berekenen op basis van de verkoop van papieren exemplaren van het boek. De rechtbank wees de vorderingen af. Het hof bekrachtigt het vonnis.

 

Naar het oordeel van het hof is geen sprake van een tekortkoming van de nakoming van de uitgeefovereenkomst. Appellant stelt dat de door Springer gehanteerde formule elk verband met de daadwerkelijke opbrengst per e-book package mist, zodat in elk geval geen sprake is van een redelijk deel van die opbrengst. De berekening van de royalty’s is op de volgende wijze verricht. Springer heeft jaarlijks berekend hoe groot de totale omzet van e-book packages in de branche Science, Technology and Medicine was ten opzichte van de totale omzet aan geprinte boeken in die branche, en deze verhouding uitgedrukt in een percentage. De aan appellant toekomende royalty’s voor geprinte versies van zijn boek worden vervolgens door Springer vermeerderd met dit percentage. Volgens het hof is met deze berekeningswijze de aan appellant toekomende vergoeding wel degelijk gerelateerd aan de door haar behaalde omzet aan e-book packages. Uit niets blijkt dat dit strijdig is met de overeenkomst, die niet dat per individuele e-book package dient te worden afgerekend, en evenmin dat dit dient te gebeuren naar rato van de prijzen van de printversies van de diverse boeken in het e-book package, zoals appellant voorstaat.

 

Het hof oordeelt vervolgens dat geen sprake is van een verplichting aan Springer om derden een rekening- en verantwoordingsplicht op te leggen ten aanzien van de exploitatie van het boek van appellant. Dergelijke verplichtingen zijn niet uit de strekking of tekst van de overeenkomst af te leiden.

 

IEPT20191217, Hof Amsterdam, Springer Nature

 

ECLI:NL:GHAMS:2019:4506