Verstrekking NAW-gegevens en e-mailadressen behorende bij IP-adressen vermeende inbreukmakers toegewezen

15-05-2020 Print this page
IEPT20200430, Rb Den Haag, Dish Network v WorldStream

Voldoende spoedeisend belang ondanks dat pas 1,5 jaar na “cease and desist” verzoeken kort geding is gestart: gevraagde voorziening ziet niet op een (voor gedaagde) potentieel ingrijpende verbodsvordering, maar op het verkrijgen van identificerende gegevens van vermeende inbreukmakers, vermeende inbreuken vonden volgens Dish Network tot kort voor de dagvaarding nog plaats. Rechtsbetrekking en rechtmatig belang bij inzage in (deel van) gevorderde gegevens: redelijk vermoeden van (faciliteren van) inbreuk door klanten van WorldStream voldoende onderbouwd, onvoldoende weersproken dat Dish Network als licentiehouder over rechten op de beschermde content beschikt. Geen voor WorldStream ingrijpende exhibitie: slechts klein deel van gevraagde (identificerende) informatie wordt toegewezen. Belang Dish Network is groot: zij heeft geen andere effectieve middelen om inbreuken aan te pakken. Niet in te zien waarom andere gegevens dan NAW-gegevens en e-mailadres noodzakelijk zijn. Enkel gegevens van personen / ondernemingen waarvan op bepaald moment met redelijke zekerheid is vastgesteld dat die met gebruikmaking van door Dish Network genoemde IP-adressen beschermde content openbaar hebben gemaakt en inbreuk maken zijn relevant. Aannemelijk dat vermeend inbreukmakende streams op gestelde data via [IP-adres 1] t/m [IP-adres 4] verliepen. Verstrekking gegevens aan Dish Network niet in strijd met AVG: gerechtvaardigd belang, verwerking noodzakelijk en belangenafweging in voordeel van Dish Network. Beroep Dish Network op uitzondering artikel 49(1) AVG (gegevens nodig voor instellen, uitoefenen of onderbouwen rechtsvordering) slaagt: gegevens noodzakelijk om überhaupt een zaak tegen de inbreukmakers te kunnen beginnen, Dish Network heeft niet of nauwelijks andere mogelijkheden om inbreukmakers in rechte te betrekken.

 

PROCESRECHT - PRIVACY

 

Kort geding. Dish Network is een aanbieder van betaalde televisie in de Verenigde Staten en levert auteursrechtelijke beschermde programmering aan miljoenen abonnees in het hele land. Ze biedt meer dan 400 zenders aan in 27 verschillende talen. Dish Network doet dit ofwel door satellietlevering ofwel met behulp van een openbare internetinfrastructuur. De International Broadcaster Coalition Against Piracy en de Amerikaanse advocaat van Dish Network hebben WorldStream namens Dish Network vanaf juli 2018 verschillende malen aangeschreven met “notice and take down” en “cease and desist” verzoeken, aangezien klanten van WorldStream IPTV zouden aanbieden, waarmee inbreuk zou worden gemaakt op exclusieve rechten van Dish Network. WorldStream heeft vervolgens verschillende door haar uitgegeven IP-adressen geblokkeerd. Bij brief van 19 november 2019 heeft Dish Network World Stream om identificerende gegevens van een aantal IP-adressen gevraagd. WorldStream heeft dit geweigerd. Dish Network vordert in dit kort geding verstrekking van o.a. “naam-, adres- woonplaats (NAW)-gegevens, e-mailadres(sen), telefoonnummer(s), contactperso(o)n(en), gebruikersna(a)m(en)/gebruikte client ID('s), geboortedatum of -data van de contactperso(o)n(en) en KvK-nummer(s) c.q. vergelijkbare registratienummers bij vennootschappen naar buitenlands recht”.

 

De voorzieningenrechter oordeelt allereerst dat Dish Network voldoende spoedeisend belang heeft bij haar vorderingen, ondanks dat het kort geding pas 1,5 jaar na de “cease and desist” is gestart. Hierbij wordt overwogen dat de gevraagde voorziening niet ziet op een (voor gedaagde) potentieel ingrijpende verbodsvordering, maar op het verkrijgen van identificerende gegevens van vermeende inbreukmakers en dat de vermeende inbreuken volgens Dish Network nog tot kort voor de dagvaarding plaatsvonden.

 

Ten aanzien van de gevorderde exhibitie oordeelt de voorzieningenrechter dat sprake is van een rechtsbetrekking en rechtmatig belang bij de inzage in een deel van de gevorderde gegevens. De exhibitie is voor WorldStream niet ingrijpend, omdat slechts een klein deel van de gevraagde (identificerende) informatie wordt toegewezen, terwijl het belang van Dish network groot is. Zij heeft namelijk geen andere effectieve middelen om de inbreuken aan te pakken. De voorzieningenrechter wijst echter enkel exhibitie van NAW-gegevens en e-mailadressen toe die bij de genoemde IP-adressen horen, aangezien niet in te zien is waarom de andere gevorderde gegevens noodzakelijk zijn. Deze gegevens zijn ook onvoldoende bepaald. Ook wordt enkel verstrekking van gegevens van personen / ondernemingen waarvan op een bepaald moment met redelijke zekerheid is vastgesteld dat die met gebruikmaking van door Dish Network genoemde IP-adressen beschermde content openbaar hebben gemaakt en inbreuk maken toegewezen. Doordat de inbreukmakers hun diensten zo hebben ingericht dat zij gebruik maken van duizenden IP-adressen bij verschillende aanbieders is op voorhand duidelijk dat wanneer WorldStream alle NAW-gegevens van (voormalig) klanten zou moeten verstrekken die de door Dish Network genoemde IP-adressen op enig moment hebben gebruikt, zich daaronder veel (voormalig) klanten zullen bevinden die niets met openbaarmaking van beschermde content te maken hebben gehad. De voorzieningenrechter overweegt ten slotte dat aannemelijk is dat de vermeend inbreukmakende streams via de door Dish Network genoemde IP-adressen verliepen. De verstrekking van de gegevens aan Dish Network is naar voorlopig oordeel niet in strijd met AVG.

 

IEPT20200430, Rb Den Haag, Dish Network v WorldStream

 

ECLI:NL:RBDHA:2020:3980