Dwangsommen verbeurd, inning geschorst

20-11-2020 Print this page
IEPT20201105, Rb Amsterdam, Plaatsing kunstwerk
(Met dank aan Marcel de Zwaan, Bremer & De Zwaan)

Kunstenaar S heeft bevoegdheid het arrest van 30 januari 2018, IEPT2018018 te executeren i.e. aanspraak te maken op de dwangsom van 50.000: het kunstwerk is na twee jaar niet geplaatst en de Gemeente heeft vooralsnog onvoldoende aannemelijk gemaakt dat de vertraging te wijten is aan onvoorziene omstandigheden buiten haar invloedssfeer. S. wordt verboden de dwangsom te innen totdat het gerechtshof Amsterdam heeft beslist op een door de Gemeente in te stellen vordering ex artikel 611 d Rv: de Gemeente heeft nog steeds de intentie om kunstwerk te plaatsen en dan schiet de dwangsom als prikkel tot nakoming zijn doel voorbij.

 

IE-HANDHAVING

 

Kort geding in langlopend geschil tussen een kunstenaar en de Gemeente Amsterdam over de plaatsing van een kunstwerk. In het arrest van 30 januari 2018, IEPT2018018, heeft het hof geoordeeld dat het kunstwerk binnen twee jaar geplaatst moet zijn anders verbeurt de Gemeente 50.000 euro aan dwangsommen. De twee jaar zijn voorbij en het kunstwerk is niet geplaatst. Naar voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter heeft de Gemeente onvoldoende aan het dictum voldaan. Zij lijkt zich niet de maximale inspanningen te hebben getroost om het kunstwerk uiterlijk twee jaar na de datum van het arrest te hebben geplaatst. S heeft in beginsel de bevoegdheid het arrest ten uitvoer te leggen.

 

De invorderingsbevoegdheid van S van de dwangsom wordt echter opgeschort totdat het hof in een door de Gemeente aan te spannen procedure op grond van 611 d Rv heeft beslist. In deze procedure zou het hof kunnen beslissen om de dwangsom te matigen of om op nihil te stellen. De Gemeente heeft aangevoerd dat niet zonder meer valt te zeggen of de termijn van twee jaar, als de Gemeente wel voortvarend zou hebben gehandeld, wel haalbaar zou zijn geweest. De gemeente heeft nog steeds de intentie om het kunstwerk te plaatsen en dan schiet de dwangsom als prikkel tot nakoming zijn doel voorbij. Daarnaast moet worden bedacht dat de dwangsom zal moeten worden voldaan uit gemeenschapsgeld, terwijl de Gemeente mede in verband met onvoorziene ontwikkelingen ten gevolge van de coronacrisis, al een ernstig tekort heeft op de begroting.

 

IEPT20201105, Rb Amsterdam, Plaatsing kunstwerk

 

Kopie originele vonnis