Uitzending Stegeman op de Bres is niet onrechtmatig

24-03-2022 Print this page
Auteur:
Marie-Claire Vogels
IEPT20220324, Rb Oost-Brabant, Noordkaap
(Met dank aan Josine van den Berg, Mount Law)

Het uitzenden van de beelden die [gedaagde sub 2 en 3] op 25 oktober 2018 hebben gemaakt tijdens het confronteren van [eiser] en het binnentreden van de woning van [eiser] door politie, is niet onrechtmatig: [eiser] heeft onvoldoende uiteengezet waarom het uitzenden van de beelden in dit geval onrechtmatig zou zijn, eiser is onherkenbaar in beeld gebracht en er wordt door middel van voice-over bij de beelden melding gemaakt dat de politie van mening is dat zij niet naar binnen had mogen treden.

 

PUBLICATIE – PRIVACY

 

De achtergrond van deze zaak is een conflict rondom een door [eiser] gekochte camper, waarvan de verkoper (de heer [A]) zegt dat [eiser] de koopprijs niet heeft voldaan. [eiser] heeft altijd volgehouden dat hij de koopprijs voor de camper wel betaald heeft. [A] heeft zich gewend tot het programma [programma], waarna [gedaagde sub 3] met [eiser] in gesprek wilde gaan. Dit weigerde [eiser], waarop [gedaagde sub 3] de politie heeft gebeld. De politie is op 25 oktober 2018 de woning van [eiser] binnengetreden en heeft enkele goederen van [eiser] in beslag genomen. Later heeft politie aan [eiser] laten weten dat hij niet langer verdacht wordt van strafbare feiten. In een televisie-uitzending op 8 december 2019 van het programma [programma] zijn de beelden van [eiser] uitgezonden.

De rechtbank oordeelt dat de politie tegenover [eiser] onrechtmatig heeft gehandeld door op 25 oktober 2018 in de woning van [eiser] binnen te treden en goederen van [eiser] in beslag te nemen. [eiser] heeft zich immers niet schuldig gemaakt aan de strafbare feiten waarvan hij eerder door de politie werd verdacht (diefstal/heling/verduistering). De politie is aansprakelijk voor de schade van [eiser], nu de politie de in beslag genomen goederen van [eiser] niet aan hem heeft teruggegeven. Het is aannemelijk dat [eiser] daardoor vermogensschade heeft geleden. Schade aan de twee deuren van de (voormalige) woning van [eiser], reputatieschade, schade door psychische klachten en kosten vanwege een noodzakelijk geworden verhuizing, worden niet toegewezen.

Het uitzenden van de beelden die [gedaagde sub 2 en 3] van het voorval op 25 oktober 2018 hebben gemaakt zijn niet onrechtmatig. [eiser] heeft onvoldoende uiteengezet waarom het uitzenden van de beelden in dit geval onrechtmatig zou zijn. Daar komt bij dat op de uitgezonden beelden [eiser] onherkenbaar in beeld is gebracht. Ook wordt door middel van een voice-over bij de beelden er melding van gemaakt dat de politie van mening is dat zij niet binnen had mogen treden omdat het een civiele zaak betreft en dat [eiser] volgens justitie nog steeds de rechtmatige eigenaar van de camper is.

IEPT20220324, Rb Oost-Brabant, Noordkaap

ECLI:NL:RBOBR:2022:1055