Roddelvlogger moet bericht over zangeres rectificeren

29-04-2022 Print this page
Auteur:
Birgit Kunst-Verboon
IEPT20220429, Rb Amsterdam, Juicekanaal

De vlogger van een juicekanaal moet een publicatie waarin zij een zangeres beschuldigt van het stiekeme gebruik van illegale en gevaarlijke afslankpillen rectificeren: gedaagde heeft de beschuldigingen gebracht als feiten, terwijl ze daar een dunne onderbouwing voor had. De vlogger heeft zich terecht beroepen op recht op bronbescherming: de activiteiten van de vlogger vallen onder het begrip journalistiek en in dit geval is er geen sprake van een ‘an overriding requirement in the public interest’.Voorschot op schadevergoeding wordt afgewezen: de vlogger heeft de publicatie direct verwijderd nadat haar daarom werd gevraagd, zodat de schade beperkt is. 

 

PUBLICATIE - PRIVACY

 

Gedaagde heeft op 15 maart 2022 een video geplaatst op haar YouTube-kanaal waarin gedaagde vertelt dat zij bewijs heeft dat eiseres, een zangeres, in korte tijd 22 kilo is afgevallen met behulp van illegale afslankpillen, die gevaarlijk zijn voor de gezondheid, terwijl eiseres zelf in de media verteld zou hebben dat ze is afgevallen door paard te rijden en kleinere porties te eten.

Eiseres vordert rectificatie van de beweringen en een voorschot op de schadevergoeding van € 5000,- en haar bronnen prijs te geven.

Gedaagde wil haar bronnen niet prijsgeven en beroept zich op journalistieke bronbescherming.

Naar voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter hoeft gedaagde haar bronnen niet openbaar te maken. Ook de activiteiten van gedaagde vallen onder het begrip journalistiek, omdat haar activiteiten de bekendmaking van informatie, meningen of ideeën aan het publiek tot doel hebben, IEPT20081216. In Goodwin heeft het EHRM uitgemaakt dat een journalist alleen de bron hoeft te onthullen wanneer zich een 'an overriding requirement in the public interest' voordoet. Daarvan is in dit geval geen sprake. [gedaagde] heeft zich dan ook terecht beroepen op het recht op bronbescherming.

De vordering tot schadevergoeding acht de voorzieningenrechter wel toewijsbaar. Gedaagde heeft de uitlatingen niet gebracht als roddels, maar heeft gepresenteerd als feit. Van gedaagde wordt niet verwacht dat zij met sluitend bewijs komt voordat zij iets publiceert, maar wel dat zij voldoende aannemelijk maakt dat er serieuze aanwijzingen zijn voor een ernstige beschuldiging als deze. Dat is haar niet gelukt. Uit het overgelegde blijkt dat het gaat om twee haar verder onbekende anonieme bronnen, die verklaren over een derde persoon, over wie al helemaal niets bekend is.

Dat is dus – volgens de voorzieningenrechter- drie keer (bijna) niks. Hoe de twee bronnen met wie gedaagde heeft gesproken aan hun wetenschap zijn gekomen valt niet na te gaan en hun betrouwbaarheid kan al helemaal niet worden beoordeeld. Dit zijn dan ook geen serieuze aanwijzingen voor de juistheid van de beschuldiging. Gedaagde kan haar beschuldigingen niet waarmaken en ze zijn daarom onrechtmatig. Eiseres heeft gezien de gevolgen van de publicatie spoedeisend belang bij een rectificatie.

Het voorschot op schadevergoeding wordt afgewezen. De video is door gedaagde direct verwijderd nadat haar daarom was gevraagd, zodat de schade beperkt is. De eer en goede naam van eiseres worden voldoende hersteld met de rectificatie die net als dit kort geding op ruime aandacht mag rekenen.

IEPT20220429, Rb Amsterdam, Juicekanaal

ECLI:NL:RBAMS:2022:2347