Clevershare maakt geen inbreuk op octrooi EP 668 electronisch vergaderhulpmiddel

09-06-2022 Print this page
Auteur:
Birgit Kunst-Verboon
IEPT20220601, Rb Den Haag, Barco v Sahara
(Met dank aan Michiel Rijsdijk en Marlies Wiegerinck, Arnold & Siedsma)

Clevershare maakt geen inbreuk op octrooi EP 668. Alleen Clevershare CS2 wordt meegenomen in oordeel of Clevershare inbreukt maakt op de conclusies van EP 668: Barco had een onderscheid moeten maken tussen de drie generaties en per generatie duidelijk moeten maken waarom vanuit moet worden gegaan dat daarin de maatregelen van de conclusies worden toegepast. Enige presentatiesysteem dat op moment van uitbrengen van de dagvaarding onder de naam Clevershare door Sahara werd gebracht is de CS2. CS2 niet inbreukmakend: het in EP668 geclaimde kenmerk van een transmitter ontbreekt in de CS2. Verklaring voor recht van niet-inbreuk CS3 op (maatregelen) EP668 afgewezen: geen belang in clearing the way omdat CS3 in 2019 op de markt is gekomen. Gewenste verklaring is met een dongle die beschikt over een type USB-C-connector onvoldoende concreet voor de conclusie dat er geen sprake is van een connector in de zin van het octrooi.

 

OCTROOIRECHT

 

Barco is een wereldwijd opererende onderneming die onder meer presentatiehulpmiddelen en streamingsapparatuur op de markt brengt. Barco is houdster van het Europees octrooi EP 2 756 668 BI (hierna ook: EP 668 of) voor een “Electronic tool and methods for meetings”. De rechtbank heeft bij vonnis van 9 december 2020 (IEPT20201209)  het Nederlandse deel van EP 668 vernietigd. Barco heeft tegen dat vonnis hoger beroep ingesteld.

 

Sahara is actief op het gebied van interactieve communicatie technologie en ontwikkelt, produceert en verhandelt onder meer middelen waarmee informatie kan worden gedeeld.


Barco vordert een verbod op inbreuk op EP 668 in Nederland.

Barco baseert haar vorderingen op de stelling dat Sahara met haar Clevershare(onderdelen) (in)directe inbreuk maakt op onafhankelijke conclusies van EP668.

Zoals gezegd heeft de rechtbank het Nederlandse deel van EP668 vernietigd. Hiertegen is hoger beroep ingesteld. In het arrest Enka/Du Pont (IEPT19880513) is overwogen dat een redelijke wetsuitleg meebrengt dat de rechterlijke uitspraak waarbij een octrooi nietig wordt verklaard aan dat octrooi onmiddellijk zijn rechtsgevolgen ontneemt, op voorwaarde dat die uitspraak te zijner tijd in kracht van gewijsde gaat. In de periode totdat de uitspraak in kracht van gewijsde gaat, de zogenaamde zwevende periode, kan dan ook geen inbreukverbod met betrekking tot het vernietigde octrooi worden verkregen. Gelet daarop ligt het voor de hand om tijdens de zwevende periode inbreukprocedures te schorsen.

Partijen zijn het erover eens dat een verder debat over de geldigheid van EP668 in deze zwevende periode niet zinvol is. Toch wil Sahara de procedure voortzetten voor wat betreft de vraag of met de Clevershare de maatregelen van de conclusies worden toegepast en de mogelijkheid bestaat dat het Nederlandse deel van EP 668 in hoger beroep herleeft. Partijen hebben volledig schriftelijk en mondeling debat kunnen voeren over de vraag, of als EP668 geldig zou zijn de Clevershare inbreuk maakt op het octrooi.

Partijen hebben dan ook een volledig schriftelijk en mondeling debat kunnen voeren over de vraag of, als EP 668 geldig zou zijn, de Clevershare inbreuk maakt op het octrooi. Op grond van dat debat komt de rechtbank tot het oordeel dat ook wanneer wordt uitgegaan van de geldigheid van EP 668, geen reden bestaat voor toewijzing van de vorderingen in conventie. Ook op de vorderingen in reconventie kan los van de vraag naar de geldigheid van het octrooi worden beslist. Onder die omstandigheden acht de rechtbank het in deze zaak aangewezen om vonnis te wijzen.

Het enige presentatiesysteem dat op het moment van uitbrengen van de dagvaarding onder de naam Clevershare door Sahara op de Nederlandse markt werd gebracht is de CS2. Het gaat in het bijzonder over het in EP668 geclaimde kenmerk dat de dongle beschikt over een transmitter (een draadioze zender om te communiceren met het communicatienetwerk). Sahara heeft inmiddels namelijk erkend dat de CS1 over een dergelijke transmitter beschikte en het standpunt van Barco is dat het ervoor moet worden gehouden dat de CS2 (dus) ook over die transmitter beschikt. Sahara heeft in reactie op de dagvaarding echter gemotiveerd bestreden dat de dongle van de CS2 een transmitter heeft.

IEPT20220601, Rb Den Haag, Barco v Sahara

(Kopie originele vonnis)

ECLI:NL:RBDHA:2022:5472