Geen opheffing conservatoir derdenbeslag voor € 49 miljoen ten laste van Red Bull

30-10-2022 Print this page
IEPT20221026, Rb Amsterdam, Red Bull v The Bulldog

De Amsterdamse voorzieningenrechter heeft de door Red Bull gevorderde opheffing van door The Bulldog gelegde conservatoire derdenbeslag voor €49 miljoen afgewezen. In het vonnis van 26 oktober 2022 oordeelde de rechter dat de schadevordering van The Bulldog niet summierlijk ondeugdelijk was en het beslag evenmin onnodig gelegd was. 

 

De rechter oordeelde dat aannemelijk was dat de vennootschap die verantwoordelijk was voor de exploitatie van de Red Bull energiedrankjes de exploitatie noodgedwongen heeft moeten stoppen als gevolg van de betekening van het nadien vernietigde arrest van het Hof Amsterdam van 2 februari 2010, waarin geoordeeld was dat het gebruik van het merk The Bulldog voor energiedrank inbreukmakend was op het Red Bull-merk. Dit arrest van het Amsterdamse hof is door de Hoge Raad op 13 februari 2014 in cassatie vernietigd, waarna het Hof Den haag op 14 maart 2017 de vorderingen van Rebull heeft afgewezen. 

 

In een kennelijk aanhangige bodemprocedure dient de aansprakelijkheid van Red Bull en de omvang van de schade nader te worden bepaald, maar vooruitlopend daarop ziet de voorzieningenrechter geen aanleiding om The Bulldog te bevelen het verleende beslagrekest niet ten uitvoer te leggen.  

 

IEPT20221026, Rb Amsterdam, Red Bull v The Bulldog

 

ECLI:N:RBAMS:2022:6133