Opheffing conservatoir beslag, conclusie niet nieuw in andere bodemprocedure

03-07-2023 Print this page
IEPT20221031, Rb Den Haag, HE Licenties v Jovaplant

Octrooien en eiser als exclusief sub-licentienemer van deze Octrooien rechtmatig: vonnis incident rechtbank is een voorlopig oordeel (IEPT20220727). Vordering tot opheffing conservatoire beslagen Jovaplant  toegewezen: vanwege rechtsgeldigheid Octrooien is het onduidelijk of Jovaplant gerechtigd is om de nietigheid dan wel de buitengerechtelijke vernietiging in te roepen van de met eiser gesloten licentieovereenkomst en in het verlengde daarvan aanspraak kan maken op terugbetaling van de door haar betaalde licentievergoedingen. Hoewel niet kan worden uitgesloten dat Jovaplant op enig moment een vorderingsrecht kan doen gelden, is het bestaan hiervan vooralsnog zo onzeker dat conservatoire maatregelen te voorbarig zijn.

OCTROOIRECHT - LICENTIES

Eiser beheert octrooirechten voor verven van planten. Ter voorkoming van een juridische procedure heeft Jovaplant een licentieovereenkomst gesloten. In een andere bodemprocedure is er een aanzienlijke kans dat de voorbrengselconclusie niet nieuw en dus nietig is. Ook bestaat er een serieuze kans dat het niet inventief is en dus dat (ook) Jovaplant geen inbreuk maakt. Jovaplant vordert met succes opheffing van de conversatoire beslagen. Een octrooiprocedure zal lang duren en Eiser houdt zich bezig met het beheren van octrooirechten in de sierplantenindustrie, zoals NL1040904 voor een ‘Substance introduction method for plant and plant obtained therewith’ en EP2882278 voor een 'Substance introduction method for plants’. 

 

Eiser verwijt Jovaplant een octrooiinbreuk. Ter voorkoming van een juridische procedure hebben eiser en Jovaplant een vaststellings- en licentieovereenkomst gesloten op grond waarvan aan Jovaplant een semi-exclusieve, niet overdraagbare licentie op de Octrooien is verstrekt.

 

In een (andere) bodemprocedure vordert eiser dat Orchid Garden octrooiinbreuk pleegt. Maar de voorzieningenrechter oordeelt dat er sprake was van openbaar voorgebruik van de voortbrengselconclusie en dat er een aanzienlijk kans bestaat dat deze niet nieuw en dus nietig zijn. 


Er is dus een serieuze kans is dat de hiervoor genoemde voortbrengselconclusies of niet inventief zijn of dat Orchid Gardens daarop geen inbreuk maakt, omdat zij bij toepassing van de stand van de techniek tot het voortbrengsel komt. Jovaplant roept hierom de nietigheid in van de licentieovereenkomst.

Eisers vorderen met succes de opheffing van de conservatoire beslagen. 


Hoewel niet kan worden uitgesloten dat Jovaplant op enig moment een vorderingsrecht jegens eiser kan doen gelden, is het bestaan hiervan vooralsnog zo onzeker dat conservatoire maatregelen te voorbarig zijn. Een beslissing in de octrooiprocedure zal naar verwachting nog geruime tijd op zich zal laten wachten, waardoor de beslagen nog geruime tijd dienen te blijven liggen. Eisers hebben voldoende aannemelijk gemaakt dat deze beslagen hen hinderen en schade veroorzaken. Er zijn onvoldoende aanwijzingen dat te zijner tijd geen verhaal voor een mogelijk bestaand vorderingsrecht zal worden geboden.

 

IEPT20221031, Rb Den Haag, HE Licenties v Jovaplant

ECLI:NL:RBDHA:2022:13258