Onzekere bescherming van het registratie-octrooi staat niet in verhouding tot in kaart brengen van volledige productieproces van grote concurrent

26-05-2023 Print this page
IEPT20230418, Rb Den Haag, BAM v KWS

Verzoek voorlopig deskundigenbericht naar het volledige productieproces van herwonnen asfaltaggregaat van grote concurrent wordt afgewezen. De onzekere bescherming van het Nederlands registratie-octrooi van BAM staat naar het oordeel van de rechtbank niet in verhouding tot het belang van KSW om informatie over haar werkwijze zo veel als mogelijk voor zich te houden. 

OCTROOIRECHTINVENTIVITEIT - DESKUNDIGENBERICHT
 

BAM houdt zich onder meer bezig met het produceren van duurzaam asfalt door het recyclen van herwonnen asfaltaggregaten. En heeft een NL Octrooi voor “Werkwijze voor de bereiding van teruggewonnen asfaltaggregaten en het gebruik daarvan bij de bereiding van een asfaltsamenstelling”. Het EOB heeft in opdracht van OCNL onderzoek naar de stand van de techniek uitgevoerd en heeft een schriftelijke opinie uitgaande van het Japanse octrooi dat het octrooi niet-inventief is.

 

BAM verzoekt de rechtbank een voorlopig deskundigenbericht te gelasten als bedoeld in artikel 202 Rv, ter beantwoording van de vraag of de asfaltscheider waarmee KWS Konwé Stone produceert, teruggewonnen asfaltaggregaten behandelt volgens de werkwijze van het octrooi. KWS verweert zich o.a. door zwaarwegende belangen van KWS bij het vertrouwelijk houden van haar bedrijfsprocessen zich tegen toewijzing van het verzoek.

 

BAM houdt kennelijk ook rekening met de mogelijkheid dat het octrooi, zoals nu is verleend, ongeldig is, en heeft hulpverzoeken geformuleerd. Tegenover het belang van BAM bij de beantwoording van haar vragen, staat het belang van KWS bij het niet prijs geven van informatie over de werking van haar asfaltscheider. BAM en KWS zijn allebei marktleiders in de Nederlandse wegenbouw en de productie van asfalt en zijn dus grote concurrenten van elkaar. 

 

De onzekere bescherming van het registratie-octrooi van BAM staat naar het oordeel van de rechtbank niet in verhouding tot het belang van KSW om informatie over haar werkwijze zo veel als mogelijk voor zich te houden. Dat geldt zeker nu BAM met de vragen die zij door de deskundige beantwoord wenst te zien, het gehele productieproces van KWS in kaart wil krijgen. 

Wegens onevenredigheid van de over en weer betrokken belangen kan BAM in redelijkheid niet in dat verzoek worden toegelaten. Door dit registratie-octrooi in te roepen als basis om het gehele productieproces van KWS te leren kennen, wordt van de bevoegdheid om toepassing van een voorlopig deskundigenbericht te verlangen misbruik gemaakt.

 

Vorderingen worden afgewezen. BAM wordt veroordeeld in de proceskosten van €10.676 aan de zijde van KWS.

 

IEPT20230418, Rb Den Haag, BAM v KWS

 

ECLI:NL:RBDHA:2023:5381