Vrijgave douanebeslag Crimping Tool na zekerheidsstelling op grond van APV

15-08-2023 Print this page
IEPT20230523, Rb Den Haag, Meril v Edwards en Douane

Voorzieningenrechter neemt de regeling van art. 24 APV tot uitgangspunt bij de beoordeling. De hoogte van de waarborg volgens art. 24 APV moet voorshands worden gesteld op €100 per krimper/Crimping Tool. 

De conclusie uit het voorgaande luidt dat de douanemaatregelen als zodanig niet onregelmatig zijn maar vrijgave kan worden bevolen volgens art. 24 APV, op voorwaarde van een zekerheidsstelling door Meril c.s.van EUR 100,- per Crimping Tool. 

 

Vorderingen ontvankelijk ondanks bestuursrechtelijke rechtsgang. De vorderingen zijn immers gebaseerd op onrechtmatig handelen en misbruik door Edwards, terwijl ook de Douane onrechtmatig handelen wordt verweten onder meer omdat de Douane bij de uitvoering onzorgvuldig zou zijn omgegaan met de producten. 

 

Verbod tot leggen conservatoire beslagen op andere producten afgewezen. In beginsel zou gelet hierop conservatoire beslaglegging een gerechtvaardigd middel kunnen zijn. Voor beantwoording van de vraag of Edwards niettemin misbruik van bevoegdheid maakt zal een afweging van de wederzijdse belangen noodzakelijk zijn op het moment van het uitoefen van die bevoegdheid


OCTROOIRECHT - HANDHAVING


 

IEPT20230523, Rb Den Haag, Meril v Edwards en Douane

 

 


ECLI:NL:RBDHA:2023:11871