Toezeggingen van Parool voldoende om persoonlijke levenssfeer van in vuilcontainer gevonden kind te beschermen

18-01-2024 Print this page
IEPT20230808, Hof Amsterdam, Parool v kind(Jeugdbescherming)

Bestreden vonnis vernietigd. Vrijheid van meningsuiting Parool (art. 10 EVRM) weegt zwaarder dan persoonlijke levenssfeer kind: de voorgenomen publicatie beoogt een bijdrage te leveren aan het publieke debat over de taakvervulling van Jeugdbescherming. Met de toezegging van Het Parool dat niet gepubliceerd zal worden over een aantal onderwerpen en gegevens is de vrees dat de voorgenomen publicatie onherstelbare schade aan het kind zal kunnen berokkenen voorshands voldoende weggenomen. 

PUBLICATIE & PRIVACY

 

Het kind is op de dag van de geboorte in een vuilcontainer achtergelaten door de ouders. Kort daarna is het kind gevonden. Het kind is bij pleegouders ondergebracht. De ouders van het kind worden thans strafrechtelijk vervolgd. Jeugdbescherming is belast met de voogdij over het kind. Het Parool doet sinds begin 2022 onderzoek naar de invulling van de voogdij over het kind door Jeugdbescherming. Het Parool heeft eerder dit jaar een kort artikel gepubliceerd over een aan de situatie gerelateerd nieuwsfeit en is van plan een achtergrondartikel (hierna: de voorgenomen publicatie) te publiceren.


De namens het kind door Jeugdbescherming ingestelde vorderingen betreffen de voorgenomen publicatie en strekken ertoe dat Het Parool geen gegevens publiceert die direct of indirect herleidbaar zijn tot de identiteit van het kind, zich onthoudt van publicatie over een aantal onderwerpen en geen informatie uit strafdossiers en de dossiers van Jeugdbescherming en de Raad voor de Kinderbescherming gebruikt. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen vrijwel geheel toegewezen. De grieven van Het Parool richten zich tegen deze beslissing en de daaraan ten grondslag gelegde motivering.


De toezeggingen van Het Parool dekken vrijwel alle onderwerpen en gegevens die in de zijdens het kind ingestelde vorderingen worden genoemd. Aannemelijk is dat Het Parool met deze toezeggingen voorshands voldoende aan het belang van bescherming van de persoonlijke levenssfeer van het kind is tegemoetgekomen. Het hof gaat er, met het kind, vanuit dat Het Parool zich ten volle aan die toezeggingen zal houden. Hiermee is ook de vrees dat de voorgenomen publicatie onherstelbare schade aan het kind zal kunnen berokkenen voorshands voldoende weggenomen. Bij deze stand van zaken is er geen grond om Het Parool ten aanzien van de voorgenomen publicatie (verder) te beperken in haar uitingsvrijheid.


Het hof vernietigt het vonnis waarvan beroep en wijst de namens het kind ingestelde vorderingen alsnog geheel af.

 

IEPT20230808, Hof Amsterdam, Parool v kind(Jeugdbescherming)
ECLI:NL:GHAMS:2023:1912