Drie rolgevoegde octrooizaken leiden tot vernietiging marien pijplijnlegoctrooi

10-11-2023 Print this page
IEPT20231108, Rb Den Haag, IHC v ITREC en Huisman

De nietigheids-, inbreuk- en schadevergoedingszaak zijn rol-gevoegd. Twee octrooien met betrekking tot marien pijplijnlegsysteem worden vernietigd; Eén octrooi niet geldig bevonden wegens gebrek aan nieuwheid/inventivitiet; De tekst van het andere octrooi zoals dit luidt na afstand bevat toegevoegde materie. Volgconclusies nietig. Dit kan door hulpverzoeken niet worden geheeld. Vanwege het onterecht gelegde beslag is er schade ontstaan: Het is voldoende aannemelijk geworden dat IHC schade heeft geleden door het beslag. Partijafspraak over proceskosten (€150.000) moet worden verdeeld over de drie rolgevoegde zaken: €60.000 voor de nietigheid, €60.000 voor de inbreuk en €30.000 voor de schadevergoedingszaak.

OCTROOIRECHT

 

Itrec is houdster van de Europese octrooien EP 2 005 050 B1 en EP 2 667 070 B1, beiden voor een Marien pijpleidinginstallatiesysteem voor het leggen van een offshore-pijpleiding. Drie (rol)gevoegde zaken bestaande uit een Nietigheidszaak, een inbreukzaak en een schadevergoedingszaak. 

Conclusie 1 van EP050 NL, zoals deze luidt na afstand, is niet geldig wegens toegevoegde materie. Het octrooi strandt op deze nietigheidsaanval. Nog daargelaten of de samenstelling ‘een verticale as ten opzichte van de toren’ een zinnige betekenis kan hebben voor de vakpersoon, zodat de tekst na afstand daarom (ook) niet zou voldoen aan het duidelijkheidsvereiste van art. 84 EOV. 

 

Voor EP070 geldt dat alle technisch relevante kenmerken van conclusie 1 van EP070 reeds in US742 zijn geopenbaard, dus is die conclusie niet nieuw. Ook de volgconclusies kunnen geen nieuwheid verschaffen.

 

Voor het geval de octrooien niet geldig mochten worden geacht heeft Huisman hulpverzoeken ingediend. Deze hulpverzoeken kunnen de nietigheid van EP050 NL en EP070 NL wegens respectievelijk toegevoegde materie en niet-nieuwheid dan wel gebrek aan inventiviteit, niet helen.

 

De rechtbank veroordeelt Huisman c.s. hoofdelijk tot vergoeding aan IHC van de door IHC ten gevolge van het onrechtmatige beslag geleden schade, nader op te maken bij in een schadestaatprocedure.


IEPT20231108, Rb Den Haag, IHC v ITREC en Huisman

ECLI:NL:RBDHA:2023:16624