Gedaagde maakt met gebruik portret eiseres in twee weekbladen inbreuk op portretrecht: eiseres heeft een redelijk belang zich te verzetten tegen gebruik van haar portret ter ondersteuning van een commerciële reclame uiting. Geen sprake van overmacht. Schadevergoeding schattenderwijs begroot.
Partijen hebben een relatie gehad en dreven samen een vennootschap onder firma die zich bezighield met acupunctuur en Chinese geneeswijzen. Na einde van de relatie heeft eiseres de vennootschap opgezegd en gedaagde de onderneming voortgezet. In de afwikkeling van de vennootschap, gaat het onder meer om een advertentie die gedaagde heeft laten plaatsen waarbij een foto van eiseres is gebruikt. Zij stelt daardoor schade te hebben geleden en wil een verbod voor de toekomst.
Gedaagde heeft na 1 januari 2023 advertenties te plaatsen, althans zulke plaatsing niet voorkomen, door in tenminste twee weekbladen advertenties te (laten) plaatsen met een foto waar zij op staat. Daarmee heeft hij het beeld laten ontstaan dat zij nog steeds met hem in een praktijk samenwerkt. Daarmee wordt het portretrecht geschonden.
Dat is volgens eiseres allemaal des te kwalijker nu gedaagde zich in 2022 schuldig heeft gemaakt aan ongewenste intimiteiten met een cliënte die door hem werd behandeld en daar in 2023 ook voor is veroordeeld.
Gesteld noch gebleken is dat de betreffende bladen waarin de foto is gebruikt reeds waren gedrukt. Partijen waren immers al langer úit elkaar en al enige maanden was eiseres als vennoot uitgetreden. Van gedaagde had oplettendheid mogen worden verwacht bij het doen van reclame-uitingen voor zijn eigen onderneming.
Van een langdurige reclamecampagne is geen sprake, nu de foto slechts twee keer is gebruikt in twee verschillende plaatselijke weekbladen. Eiseres beschikt niet over een eigen verzilverbare populariteit. Er is niets aangevoerd waaruit blijkt dat zij klanten door de advertenties is misgelopen. Dan blijft over dat zij – gezien de strafrechtelijke veroordeling van gedaagde voor een vergrijp - recht en belang heeft bij niet-associatiatie. Alles afwegend, acht de rechtbank een schadevergoeding van € 1.000,= passend.
Verklaring voor recht dat onrechtmatig is gehandeld en verbod op nog langer naam of beeltenis gebruiken in commercieel relevante uitingen op straffe van een dwangsom van €500 per overtreding.
IEPT20240320, Rb Oost-Brabant, Chinese geneeswijzen-reclame