Licentiebedrag als schadevergoeding voor horecagelegenheid die filmwerken toont

05-04-2024 Print this page
IEPT20240326, Hof Den Haag, Videma
(Met dank aan Paul Kreijger & Bram Bogaerts, Visser Schaap & Kreijger)

Geïntimeerde gehouden Videma schadevergoeding te betalen ter hoogte van de gederfde licentievergoeding over 2022: geïntimeerde dient de voor de vaststelling van de licentievergoeding benodigde gegevens te verschaffen. Dwangsom van € 1.000,- per individuele overtreding van het inbreukverbod levert voldoende prikkel tot nakoming op. Proceskostenveroordeling ex art. 1019h Rv alsnog toegewezen.

 

AUTEURSRECHT - PROCESKOSTEN

 

Videma vordert schadevergoeding op basis van gebruikelijke licentievergoeding ter hoogte van de over 2022 gederfde licentievergoeding. Deze zaak leent zich daar ook voor. Videma heeft verder niet gesteld dat voor de vaststelling van de licentievergoeding andere gegevens dan het exploiteerbare aantal vierkante meters nodig zijn. De vordering dat X gehouden is de schadevergoeding te betalen en hij dient het aantal exploiteerbare vierkante meters van zijn horeca-onderneming volledig en naar waarheid door te geven.

 

De grief tegen de dwangsommen die door de kantonrechter (IEPT20230809, Rb Rotterdam, Videma) op €1.000 per overtreding tot een maximum van €10.000 is vastgesteld, komt op het hof over als een voldoende prikkel tot nakoming aangezien zij als hoogste jaartarief €1.320,63 hanteert. Ook de dwangsommen voor het niet aanleveren van de gegevens van €250 per dag met een maximum van €5.000.

 

De kantonrechter heeft ten onrechte en ongemotiveerd een proceskostenveroordeling ex 1019h Rv achterwege gelaten terwijl dit was gevorderd en aan alle eisen werd voldaan. De proceskosten worden begroot op €257,86 voor verschotten en €1.285,20 aan salaris. Voor het hoger beroep €914,85 voor verschotten en €4.762,80 aan salaris van de advocaat, met €178 aan nasalaris.

 

IEPT20240326, Hof Den Haag, Videma

 

ECLI:NL:GHDHA:2024:518