Schending eer en goede naam door e-mails met pers te delen

09-04-2024 Print this page
IEPT20240409, Hof Amsterdam, Dutch Solar Systems

Schending eer en goede naam van voormalig directeur/werknemer en ex-partner onder meer door het sturen van berichten aan de pers vergezeld van e-mails afkomstig uit door betrokkene op het werk aangehouden (zakelijke) e-mailaccounts en aldaar in kasten bewaarde gegevens. Verbod tot het doen van een aantal specifieke uitlatingen en het zichzelf of derden toegang te verschaffen tot de e-mailaccounts in de gegeven omstandigheden gerechtvaardigd te achten. Verhoogde dwangsommenmaximum tot €750.000


DWANGSOM - PUBLICATIE & PRIVACY

 

[geïntimeerde] is van 2003 tot 2019 directeur geweest van DSS, een bedrijf van [appellant 1] . Zij gaf ook leiding aan Wagner Solar GmbH (hierna: Wagner Solar), een zustervennootschap van DSS. Zij heeft een aantal jaren een affectieve relatie gehad met appellant 1.

Appellant meent dat geïntimeerde bij Dutch Solar Systems gefraudeerd heeft en miljoenen heeft weggesluisd naar Gambia, en de oorzaak is geweest van FIOD-inval bij zijn bedrijf Strukton. De rechtbank Overijssel heeft appellant veroordeeld tot plaatsing van een rectificatie waarin hij verklaart dat er geen bewijs voor de beschuldigingen. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat het maximale bedrag aan dwangsommen (€200.000) is verbeurd en heeft de dwangsom verhoogd.

Van een journalist heeft geïntimeerde vernomen dat appellant emails met persoonlijk informatie had gestuurd.  


Het geschil van partijen heeft betrekking op door met name [appellant 1] aan het adres van [geïntimeerde] geuite beschuldigingen en via [appellant 2] en DSS verspreide (onjuiste) informatie die de goede naam en reputatie van [geïntimeerde] aantasten. [geïntimeerde] vordert in dit geding diverse voorzieningen die ertoe strekken dat aan deze gedragingen een einde komt. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van [geïntimeerde] voor een groot deel toegewezen.


Anders dan [appellanten] betogen biedt het feitenmateriaal voorshands onvoldoende steun voor de vergaande en (onnodig) grievende beschuldigingen die op de gedane wijze (onder meer via het verspreiden van e-mail correspondentie) jegens [geïntimeerde] openbaar zijn gemaakt. Zo erkende ook [appellant 1] in zijn memorie van grieven dat van ‘diefstal’ met betrekking tot de bonusuitkering geen sprake is geweest. Het feit dat in het arbeidsrechtelijk geschil de uitkering van de bonus als ernstig verwijtbaar handelen van [geïntimeerde] is aangemerkt maakt niet dat de kwalificatie daarvan als ‘diefstal’ in het maatschappelijk verkeer als acceptabel kan worden beschouwd.


Ten slotte zijn ook de beweerde actieve betrokkenheid van [geïntimeerde] bij de porno-industrie en de plaatsing door haar via nepaccounts van negatieve berichten over de boekpresentatie van [naam 1] onvoldoende feitelijk onderbouwd.


Uit het feitenmateriaal blijkt voldoende dat DSS de werk e-mailaccounts van [geïntimeerde] heeft doorzocht en voorts het hiervoor besproken jegens [geïntimeerde] onrechtmatige gebruik van haar privégegevens heeft gefaciliteerd door aan [appellant 1] mogelijk belastende e-mails ter beschikking te stellen. In het licht hiervan is duidelijk dat ook deze vennootschap onrechtmatig jegens [geïntimeerde] heeft gehandeld.

 

De slotsom is dat de handelwijze van [appellant 1] (nog steeds) een verbod op het publiekelijk doen van de in het dictum van het vonnis vermelde beweringen rechtvaardigt. Het de door de rechtbank opgelegde verbod is voldoende afgebakend, van een onaanvaardbare beperking van de vrijheid van meningsuiting is blijkens het voorgaande geen sprake.


Dat de door de voorzieningenrechter opgelegde dwangsommen te hoog zouden zijn valt in de gegeven omstandigheden niet aan te nemen.


Het hof vernietigt het vonnis en verbiedt tot het doen van een aantal specifieke uitlatingen en het zichzelf of derden toegang te verschaffen tot de e-mailaccounts in de gegeven omstandigheden gerechtvaardigd te achten over fraudeonderzoek met dien verstande dat het desbetreffende bureau zowel onafhankelijk als deskundig dient te zijn.

 

Het maximum van de te verbeuren dwangsommen wordt verhoogd naar €750.000. 

 

ECLI:NL:GHAMS:2024:862