Splitsingsincident omdat het om andere Birckenstock sandalen gaat, toegewezen
11-07-2024 Print this page
Gestelde inbreuk op auteursrecht of slaafse nabootsing van aantal Birkenstock sandalen. Incident tot aanhouding in verband met procedures in Duitsland wordt afgewezen. Al gaat het in beide procedures om de vraag of er op de sandalen auteursrechten rusten en is het auteursrechtelijk werkbegrip Europees geharmoniseerd; is er geen risico op onverenigbare beslissingen omdat de procedures zich tegen andere gedaagden richt en dat het om andere sandalen gaat. Het splitsingsincident wordt toegewezen, aangezien het voor iedere gedaagde om andere sandalen gaat. Proceskosten worden feitelijk tegen elkaar weggestreept door gelijke bedragen in de twee incidenten vast te stellen over en weer.
INCIDENTEN
In de hoofdzaak stelt Birkenstock zich in de eerste plaats op het standpunt dat A.S. Watson , Ferro Footwear, Scapino Retail, [gedaagde sub 4] en Omoda inbreuk maken op haar auteursrechten op de Birkenstock sandalen met de namen Madrid, Arizona, Boston, Gizeh en Florida. Subsidiair beroept Birkenstock zich op slaafse nabootsing van deze sandalen.
De incidentele vordering tot aanhouding wordt afgewezen. Er is geen risico dat er onverenigbare beslissingen volgen, omdat er in Duitsland een procedure gaande is tegen andere gedaagde en omdat het om andere sandalen gaat.
De incidentele vordering tot splitsing wordt toegewezen. De sandalen die volgens Birkenstock inbreuk maken op haar auteursrechten of slaafs zijn nagebootst zijn voor iedere gedaagde (met uitzondering van A.S. Watson en Ferro Footwear) verschillend.
Het is niet doelmatig om deze vijf hoofdzaken gezamenlijk te behandelen. De enige overlap is de vraag of de Birkenstock sandalen auteursrechtelijk zijn beschermd of niet. Voor het overige (onder andere over de beoordeling van de inbreukvraag en de vraag of sprake is van slaafse nabootsing) verschillen de zaken van elkaar.
Dat is alleen anders in het geval van Ferro Footwear, de leverancier waarvan A.S. Watson de sandalen heeft afgenomen. In die zaken gaat het wel om dezelfde gestelde inbreuk makende sandalen. Die twee partijen vorderen ook dat hun zaken samen in één zaak wordt behandeld.
De rechtbank splitst de zaak in vier hoofdzaken:
1. Birkenstock tegen A.S. Watson en Ferro Footwear,
2. Birkenstock tegen Scapino Retail,
3. Birkenstock tegen [gedaagde sub 4] , en
4. Birkenstock tegen Omoda.
Birkenstock wordt als de in de incidenten tot splitsing in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten (inclusief nakosten). Omdat het om een zeer eenvoudig, niet bewerkelijk incident gaat, wordt aangesloten bij het liquidatietarief.
Gedaagden worden in het aanhoudingsincident veroordeeld in de kosten van Birkenstock (€792 van iedere gedaagde), in het splitsingsincident wordt Birkenstock veroordeeld in de proceskosten (€792 voor iedere gedaagde). De hoofdzaken worden naar de rol verwezen.
Nieuw gepubliceerd onder: ECLI:NL:RBMNE:2024:5246
IEPT20240710, Rb Midden-Nederland, Birkenstock v Watson