Essity, een wereldwijde leverancier van hygiëneproducten, bezit patenten EP083 en EP029 voor toiletpapierdispensers en -rollen. Deze patenten worden gebruikt in haar SmartOne-dispenser en LOTUS-toiletpapier. MTS, leverancier van hygiëneproducten sinds 1991, wordt door Essity beschuldigd van inbreuk op deze patenten. MTS betwist de geldigheid van de patenten, maar de rechtbank oordeelt dat de beschrijving van de patenten voldoende is voor vakmensen om de uitvinding na te maken en dat de innovativiteit voldoende is voor de specifieke kenmerken van toiletpapierdispensers.
Essity vraagt een inbreukverbod voor Nederland op beide patenten. De rechtbank acht een verbod niet disproportioneel, omdat MTS eerder werd gewaarschuwd om geen inbreuk te maken. Gezien de indirecte inbreuk door MTS op EP083 wordt alleen een indirect inbreukverbod toegewezen, waarbij een verbod op ‘betrokkenheid bij’ inbreuk wordt afgewezen wegens mogelijke uitvoeringsproblemen. Essity mag wel een lijst opvragen van alle Nederlandse afnemers van de inbreukmakende producten van MTS, ondersteund door dwangsommen. Het verbod strekt zich uit tot indirecte inbreuk op EP083 en EP029 in andere Europese landen, waaronder Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk.
Essity behoort tot een wereldwijd opererende onderneming die zich bezighoudt met het ontwikkelen, produceren en verkopen van producten en oplossingen op het gebied van consumer tissue, personal care en professional hygiene. Zij is houdster van een octrooi EP083 voor een "Toilet paper dispenser housing a roll, toilet paper roll and dispenser" en EP029 "Toilet paper roll" die is afgesplitst van het eerste octrooi. De octrooien komen terug in de dispensers onder het merk SmartOne en het toiletpapier onder het merk LOTUS.
MTS levert sinds 1991 een breed assortiment aan hygiëneproducten zoals wc- en handdoekpapier, dispensers, nonwovens, absorptiematerialen en poetslappen, aan B2B-klanten in binnen- en buitenland.
Nawerkbaarheid
Het gaat er bij nawerkbaarheid immers niet om welke informatie de conclusies bevatten, maar of de beschrijving van de uitvinding in het octrooischrift als geheel zodanig is dat de vakpersoon de conclusies kan nawerken.
De beschrijving bevat informatie over de voorwaarden waaronder vel-voor-vel uitgifte kan worden bereikt. Ook de daarin opgenomen tabel bevatten verdere technische uitvoeringsinformatie naar aanleiding van uitgevoerde tests. MTS heeft onvoldoende onderbouwd dat de vakpersoon met gebruikmaking van deze informatie en kennis niet in staat zou zijn om een tuit met een opening voor het verdelen te ontwikkelen die zodanig is afgestemd dat vel-voor-vel afgifte plaatsvindt.
Inventiviteit
De documenten waarop MTS inventiviteitsaanvallen tegen EP083 grondt, zijn voor andere producten dan toiletpapier, zoals handdoeken, servetten, tissues, schoonmaakdoeken en natte doekjes. De vakpersoon kent die producten, maar weet hij ook dat ze andere eigenschappen hebben op het gebied van trekkracht, gewicht, natsterkte, wateroplosbaarheid etc., zodat dispensersystemen voor de vakpersoon geen reëel uitgangspunt vormen als vertrekpunt om tot een verbeterde dispenser met toiletrol voor openbare gelegenheden te komen.
De rechtbank is van oordeel dat de gemiddelde vakpersoon in staat is om een rol papier te ontwikkelen die vel-voor-vel uitgeeft in een papierverdeler met de in EP 029 beschreven kenmerken. Daarmee is het dus nawerkbaar.
Ter zitting heeft MTS nog een beroep gedaan op toegevoegde materie. Tijdens de zitting van een procedure volgens het versneld regime in octrooizaken (VRO), kan niet in het kader van vragen van de rechtbank nog een nieuw nietigheidsverweer worden gevoerd.
Essity vordert in de hoofdzaken allereerst een inbreukverbod op EP 083 en EP 029. MTS heeft betoogd dat toewijzing van dat verbod disproportioneel zou zijn, gelet op de schade die dat voor MTS meebrengt. Zij heeft niet gemotiveerd welke specifieke schade of belangen zouden moeten leiden tot afwijzing van de vorderingen. MTS is al in 2015 gesommeerd om niet langer inbreuk op EP 083 te maken. Zij heeft vervolgens verklaard te zijn gestopt met de verkoop van toiletpapier dat daarop inbreuk maakte. Ten aanzien van EP029 heeft de rechtbank hiervoor eveneens inbreuk in Nederland vastgesteld. Een inbreukverbod voor beide octrooien is niet disproportioneel. Het verbod om inbreuk te maken op deze octrooien is derhalve toewijsbaar voor Nederland.
Gelet op de in dit vonnis vastgestelde indirecte inbreuk op EP 083, bestaat er aanleiding om voor EP 083 enkel een verbod om indirecte inbreuk te maken op te leggen. Een verbod op ‘betrokkenheid bij’ inbreuk zal niet worden toegewezen, daar een dergelijk vaag verbod tot executieproblemen kan leiden. Artikelen 53 en 54 ROW bepalen welke handelingen aan de octrooihouder zijn voorbehouden en ‘betrokkenheid bij’ voorbehouden handelingen wordt daar niet genoemd. Dat Essity op andere gronden recht heeft dit te verbieden is onvoldoende gesteld of gebleken.
Naast een verbod wordt ook een schriftelijke opgave te verstrekken van alle professionele afnemers in Nederland aan wie MTS heeft geleverd. Recall en andere nevenvorderingen zoals opgaveplicht versterkt met dwangsommen.
In het incident wordt MTS verboden indirecte inbreuk te maken op delen van EP083 zoals van kracht in België, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Ierland, Italië en het Verenigd Koninkrijk, (en EP029) waaronder in ieder geval begrepen het aanbieden of leveren van de MTS Producten voor de toepassing van de uitvinding in het betreffende land.
IEPT-versie volgt later
ECLI:NL:RBDHA:2024:17019