Rectificatie openbaarmaking "bedreiging" via voicemailbedreiging

03-02-2025 Print this page
IEPT20250131, Rb Oost-Brabant, KA v JvV

Gedaagde KA wordt veroordeeld de onrechtmatige publicaties van social media te verwijderen en een rectificatie te plaatsen. Het gaat om een voicemailbericht dat hij heeft geopenbaard. De publieke posts die een fragment bevatten van een (niet-openbaar) voicemailbericht, dat uit zijn context is gehaald en onvolledig is. Rectificatie is bevolen.
 

PUBLICATIE & PRIVACY

 

Gedaagde heeft op 31 oktober en 1 november 2024 onrechtmatig gehandeld door op LinkedIn en X onjuiste beschuldigingen te uiten tegen eiser, waaronder dat hij bedreigd zou hebben. De posts bevatten een fragment van een voicemailbericht, dat uit zijn context is gehaald en onvolledig is. Eiser heeft diezelfde dag nog verduidelijkt dat er geen sprake was van een bedreiging en dat hij enkel een gesprek wilde aangaan. De posts leidden tot vele negatieve en bedreigende reacties, waarbij volgers van gedaagde al snel de identiteit van eiser achterhaalden. Dit leidde ertoe dat zowel eiser als zijn collega’s bij [eiser 2] dreigtelefoontjes ontvingen. De reputatieschade had zakelijke gevolgen, waaronder klantenverlies.  


In december 2024 adviseerde de afdeling Regionale Conflict en Crisis Beheersing eiser zelfs om met zijn gezin naar een safe house te verhuizen.

 

Het commentaar van [gedaagde 1] in zijn posts dat hij per voicemail een dreigement heeft ontvangen van een ‘dreiger’, die hem dreigt te komen opzoeken als hij geen afspraak met hem wil maken en alsdan [gedaagde 1] ook via social media zou belasteren, is te meer misleidend, nu [gedaagde 1] nog dezelfde dag – naar aanleiding van zijn verzoek om opheldering – een toelichting heeft ontvangen. Onder verwijzing naar de volledige tekst van zijn bericht, is zijn bericht niet als dreigement bedoeld noch als zodanig kan worden opgevat, maar moet worden geplaatst tegen de achtergrond van de vele (vergeefse) pogingen om in contact te komen met gedaagden.


Het door [gedaagde 1] als dreigend ervaren voicemailbericht is uitgewisseld in een (niet-openbaar) één-op-één contact waarna hijzelf bewust de openbaarheid zocht door een deel van het voicemailbericht te openbaren zonder enige context noch weerwoord en voorzien van een tendentieus commentaar waarin hij omtrent de persoon van de ‘dreiger’ zodanige concrete informatie verstrekt dat deze eenvoudig herleidbaar was tot [eisers].

 

[gedaagde 1] stelt terecht dat hij de posts plaatste om het maatschappelijk debat over bedreiging van professionals te bevorderen. Hoewel dit een actueel en relevant onderwerp is, valt niet te begrijpen waarom hij zich niet beperkte tot het aankaarten van deze kwestie zonder concrete en tot personen herleidbare bronnen te noemen.


Gezien zijn grote aantal volgers en de aard van de gebruikte media had [gedaagde 1] terughoudendheid moeten betrachten en moeten voorkomen dat hij lichtvaardig diffamerende beschuldigingen uitte tegen concrete personen. Het voicemailbericht, dat [gedaagde 1] als dreigend ervoer, was uitgewisseld in een privégesprek tussen hem en [eiser 1]. Toch koos [gedaagde 1] ervoor dit fragment uit zijn context te halen, zonder weerwoord van [eiser 1], en te publiceren met tendentieus commentaar, waardoor de identiteit van de ‘dreiger’ eenvoudig te achterhalen was.


Ex 6:167 BW volgt rectificatie op sociale media.


ECLI:NL:RBOBR:2025:517