September 2019

Print this page

IEPT20190927, HR, Ryanair v PR Aviation

Klachten tegen oordeel dat gebruiksvoorwaarden website Ryanair naar Iers recht niet tussen partijen zijn overeengekomen door louter bezoek aan de website kunnen niet tot cassatie leiden: dit behoeft gezien art. 81 lid 1 RO geen nadere motivering.

 

IEPT20210901, Rb Den Haag, Glutton v Vanguard

L. maker Glutton afvalzuiger: D. onvoldoende tegendeel aangetoond. Glutton is een werk in de zin van de auteurswet: de aerodynamische en spitsvormige vormgeving van de kap, het neusprofiel dat van de bovenkant van de afvalzuiger tot het einde van het chassis aan de voorkant loopt, de positionering van het bedieningspaneel in een uitsparing aan de rechterkant (in de rijrichting) van de afvalzuiger vormen karakteristieke elementen. De kap is niet volledig technisch bepaald: de vorm van de kap van de Glutton is juist volumineuzer is dan nodig gelet op de afscherming van de daaronder gelegen mechaniek, hetgeen bij zijwind eerder een (technisch) nadeel is. Vanguard maakt inbreuk op Glutton: Bij de Vanguard zijn alle karakteristiek geachte elementen van de Glutton overgenomen. De totaalindrukken zijn gelijk en de door D. genoemde verschillen zijn ondergeschikt.

 

IEPT20190925, Rb Den Haag, Hoggan Scientific v Mustec

Rb Midden-Nederland bevoegd inzake vorderingen tot nietigverklaring Beneluxmerken: op grond van artikel 4.6 BVIE woonplaats van gedaagde (Almere). Rb Den Haag bevoegd m.b.t. vordering inzake onrechtmatige daad: schadebrengende feit heeft zich heeft voorgedaan in Den Haag (artikel 7(2) Brussel I-bis Vo en 102 Rv). Gehele zaak verwezen naar Rb Midden-Nederland: als rechter van woonplaats gedaagde bevoegd m.b.t. vordering inzake onrechtmatige daad, omwille van proceseconomie verdient het voorkeur dat één rechtbank over alle vorderingen oordeelt.

 

IEPT20190925, Rb Den Haag, ASSIA v KPN en Nokia

ASSIA als lasthebber (artikel 7:414 BW) ontvankelijk in al haar vorderingen: uit verklaring octrooihouder Stanford van 28 september 2018 en gezamenlijke verklaring Stanford en ASSIA van april 2019 volgt ondubbelzinnig dat Stanford met ASSIA is overeengekomen dat ASSIA, in eigen naam in rechte optreedt, zowel voor zichzelf als voor Stanford, voor rekening van Stanford voor wat betreft de belangen van Stanford en voor eigen rekening voor wat betreft de vordering van haar eigen schade. Onafhankelijke conclusies 1 en 16 van EP 456 nietig wegens toegevoegde materie (ontoelaatbare intermediate generalisation): aanvrage openbaart niet duidelijk en ondubbelzinnig dat vereenvoudiging van de energieallocatie geldt voor alle precoders, enkel dat dit geldt voor niet-lineaire precoders. Nietigheid volgconclusies 6-7, 9, 13, 14 en 17 niet bestreden, vernietiging toegewezen. Ten overvloede: rechtbank kan niet vaststellen of KPN c.s. met DSLAM inbreuk maakt op conclusie 1 EP 956: door (summiere) debat en de G.vector standaard, die tot tegenstrijdige uitkomsten leiden, kan rechtbank niet vaststellen of aan kenmerk 1.f wordt voldaan.

 

IEPT20190925, Rb Den Haag, Twisty Petz

Inbreukverbod toegewezen ondanks onthoudingsverklaring na niet besteden inbreuk op Uniemerk- en Gemeenschapsmodelrechten voor dierenarmbandjes: onthoudingsverklaring bevat geen boetebeding ten aanzien van inbreuk. Opgave toegewezen: met de erkenning van de incompleetheid van de gedane opgave is het belang hierbij gegeven.

 

IEPT20190925, Rb Den Haag, Hoveniers met dezelfde naam

AVV Hoveniers maakt geen inbreuk op handelsnaam [voor- en achternaam] Hoveniersbedrijf: AVV Hoveniers maakt geen gebruik van [zelfde voor- en achternaam] als handelsnaam maar slechts als eigen naam, voor zover publiek AVV al zou zien als afkorting van [voor- en achternaam] wordt dit gecompenseerd door sterke visuele en auditieve verschillen tussen AVV en [voor- en achternaam], geen sprake van nawerking oudere handelsnaam waar [voor- en achternaam] i.p.v. initialen AVV werd gebruikt, gebruik [voor- en achternaam] als aanduiding van zichzelf is gedaagde toegestaan. Ook geen sprake van onrechtmatig handelen op grond van stelling dat gelet op gegeven dat partijen zelfde naam en initialen hebben en binnen dezelfde branche en regio actief zijn mocht worden verwacht dat hij een naam koos die verwarring zoveel mogelijk zou tegengaan.

 

IEPT20190925, Rb Den Haag, Hikvision v LITB

Rechtbank gaat vooralsnog voorbij aan betoog dat verzettermijn tegen verstekvonnis is versteken: nu exploot door de deurwaarder in gesloten envelop is achtergelaten op het in de inleidende dagvaarding genoemde adres is niet voldaan aan  voldaan dat de betekening moet zijn geschied aan gedaagde in persoon ex artikel 143 lid 2 Rv. Rechtbank niet grensoverschrijdend bevoegd met betrekking tot de vorderingen van Hikvision China jegens LITB HK: bevoegdheid kan niet worden gebaseerd op artikel 125 lid 2 UMVo gelet op onbestreden betoog dat Hikvision China geen werkelijke en stabiele aanwezigheid heeft in Nederland van waaruit een bedrijfsactiviteit wordt verricht in de zin van HvJEU Hummel/Nike (IEPT20170518), bevoegdheid kan niet worden gebaseerd op artikel 125 lid 1 UMVo omdat LITB HK eveneens geen werkelijke en stabiele aanwezigheid heeft in Nederland. Executie verstekvonnis geschorst voor zover die betrekking heeft op het grensoverschrijdende deel van de veroordelingen van LITB HK jegens Hikvision China: executie verstekvonnis niet redelijk gelet op beslissing over grensoverschrijdende bevoegdheid. Zekerheidsstelling afgewezen: dat recht van China met aanzienlijk minder waarborgen is omkleed is geen feit van algemene bekendheid ex artikel 149 Rv.

 

IEPT20190924, HvJEU, Google v CNIL

Google niet verplicht om zoekresultaten - bij verzoek tot verwijdering of bevel hiertoe - wereldwijd te verwijderen: in geglobaliseerde wereld kan toegang buiten Unie weliswaar gevolgen hebben binnen Unie, tal van derde staten kennen recht op verwijdering echter niet, bescherming persoonsgegevens niet absoluut en evenwicht tussen eerbiediging privacy en vrijheid van informatie kan aanzienlijk variëren, wetgever heeft aan bescherming geen werkingssfeer toegekend die verder reikt dan de lidstaten. Google wel verplicht de resultaten te verwijderen voor alle EU-versies: verwijdering moet bovendien indien nodig gepaard gaan met maatregelen die het daadwerkelijk mogelijk maken te beletten dat internetgebruikers die in de EU een zoekopdracht op de naam van de betrokkene uitvoeren met behulp van een niet-EU-versie toegang hebben tot de zoekresultaten, of om hen op zijn minst ernstig te ontmoedigen om toegang te zoeken tot dergelijke links.

 

IEPT20190924, HvJEU, GC v Google

Verbod op verwerking bijzondere persoonsgegevens uit de richtlijn bescherming persoonsgegevens is van toepassing op Google: onder voorbehoud van de in deze richtlijn bepaalde uitzonderingen is Google verplicht een verzoek tot verwijdering van links naar webpagina’s die bijzondere persoonsgegevens bevatten in te willigen. Google kan verzoek tot verwijdering bijzondere persoonsgegevens weigeren wanneer de verwerking is gedekt door de uitzondering van artikel 8 lid 2 sub e: gaat om verwerking gegevens die duidelijk door de betrokkene openbaar zijn gemaakt of noodzakelijk zijn voor de vaststelling, uitoefening of verdediging van een recht in rechte. Google moet nagaan of de opname van deze link in de resultatenlijst strikt noodzakelijk is ter bescherming van het in artikel 11 van het Handvest verankerde recht op vrijheid van informatie van de internetgebruikers: dit op basis van alle relevante elementen van het geval en gelet op de ernst van de inbreuk op de in de artikelen 7 en 8 van het Handvest verankerde grondrechten van de betrokkene op eerbiediging van het privéleven en op bescherming van persoonsgegevens, om de redenen van algemeen zwaarwegend belang als bedoeld in artikel 8, lid 4, van richtlijn 95/46 en onder eerbiediging van de in deze bepaling bedoelde voorwaarden. Gegevens inzake gerechtelijke procedure tegen of veroordeling van natuurlijk persoon, vormen gegevens inzake “overtredingen” en “strafrechtelijke veroordelingen” in de zin van artikel 8 lid 5 van de richtlijn. Google verplicht tot inwilliging van verzoek tot verwijdering van dergelijke informatie uit zoekresultaten wanneer deze informatie betrekking heeft op een voorgaande fase van de gerechtelijke procedure en niet langer overeenkomt met de actuele situatie voor zover de grondrechten van de betrokkene prevaleren boven rechten van mogelijk geïnteresseerde internetgebruikers.

 

IEPT20190924, Rb Amsterdam, Dutch Solar Systems

Gedaagde wordt verboden te beweren dat eiseres actief is in de porno-industrie en dat zij diefstal heeft gepleegd: beweringen kunnen niet met feiten worden gestaafd en het gebruik van de privégegevens van eiseres  door gedaagden moet worden aangemerkt als misbruik. Vordering tot opgave van alle gestuurde en ontvangen berichten met haar privégegevens afgewezen: nu niet aannemelijk is dat gedaagde nog doorgaat met zijn praktijken heeft eiseres geen belang meer bij deze vordering.

 

IEPT20190910, Rb Amsterdam, BNNVARA

Documentaire over 21-jarige die is doodgeschoten door politieagent niet onrechtmatig: uitspraken geïnterviewden niet gepresenteerd als feiten, niet eenzijdig negatief of onnodig kwetsend, geen belang bij verzet tegen hervertoning beelden herdenkingsdienst. Gebruik van beeld van slaapkamer [naam overledene] niet onrechtmatig: gefilmd met toestemming van [eiseres sub 1], belang bij niet vertonen beeld weegt niet op tegen belang [gedaagde sub 1] die film op de dag van de première niet meer kan aanpassen. Beroep op auteursrecht op in documentaire getoonde brief faalt: brief niet in geding gebracht, auteursrechtelijke bescherming niet aannemelijk gemaakt. Geen redelijk belang bij verzet tegen gebruik portretrecht [naam overledene]: portret al eerder in media getoond en op internetsites nog steeds te zien, beelden niet bijzonder intiem, beelden ondersteunen in film geschetste verhaal van leven [naam overledene].

 

IEPT20190920, Rb Midden-Nederland, SGZE v SGDE

Voldoende aannemelijk dat er sprake is van verwarringsgevaar tussen Benelux woordmerk ‘SGZE’ en teken ‘SGDE’: sterke visuele en auditieve overeenstemming, begripsmatige overeenstemming niet gesteld of gebleken en diensten van partijen in voldoende mate soortgelijk, beide partijen richten zich op markt van zonnepanelen. Verwarringsgevaar tussen handelsnamen ‘SGZE’ en ‘SGDE’ voldoende aannemelijk: gelet op overwegingen m.b.t. merk en teken. Niet voldoende aannemelijk dat ‘Stichting Garantiefonds ZonneEnergie’ handelsnaamrechtelijke bescherming verdiend: geheel beschrijvend zodat beschermingsomvang gering is, beschermen met handelsnaamrecht zou leiden tot monopolie op handelsnaam van vier woorden beginnend met ‘Stichting Garantiefonds’ en eindigend met ‘Energie’.

 

IEPT20190918, Rb Den Haag, Samsung v EBB

Peilmoment voor beoordeling gestelde kwade trouw bij aanvraag Beneluxmerk BIBBY is moment van aanvraag merk en niet registratiedatum van ingeroepen recht van voorrang: kwade trouw (artikel 2.2bis BVIE) is geharmoniseerd begrip dat conform jurisprudentie HvJEU moet worden uitgelegd, waarin geldt dat moment van aanvraag peildatum is. Merkregistratie te kwader trouw: aangevraagd nadat bekend was geworden dat Samsung haar virtuele assistent BIXBY zou noemen en Uniemerk had geregistreerd, aanvraag strekte er kennelijk toe om oppositie tegen BIXBY-merk in te stellen, Pakistaanse merkenregister niet openbaar en volledig transparant, omdat depots niet binnen een jaar worden gepubliceerd, met registratie in Pakistan en steeds verversen daarvan bewerkstelligd dat EBB beschikte over voortdurend aan zicht onttrokken merkregistraties waarvan zij elders prioriteit kon inroepen en oppositie kon aantekenen, oogmerk om totdat merk te gelde wordt gemaakt soortgelijke tekens te blokkeren, bedrijven [gedaagde sub 2] beschikken wereldwijd over duizenden merkregistraties, waaronder van bekende merken als TESLA, APPLE, IPHONE, EUIPO en EUTM voeren honderden oppositieprocedures, Britse merkenbureau heeft 86 procedures tegen Apple wegens misbruik van recht afgewezen en in andere procedures zijn merkregistraties [gedaagde sub 2] als te kwader trouw beoordeeld. Aanvraag te kwader trouw van BIBBY-Beneluxmerk is misbruik van recht, verwijzing naar schadestaat. [gedaagde sub 2] persoonlijk aansprakelijk: wist dat Samsung kosten zou maken in verband met door EBB ingestelde oppositie voor het beteugelen van de daarmee verband houdende complicaties voor het BIXBY-merk.

 

IEPT20190918, Rb Den Haag, HP v SONT

Offline opgeslagen werken uit (legale) streaming abonnementen (“offline streaming copies”) terecht meegenomen in thuiskopieheffing: eventuele toestemming heeft geen invloed op billijke compensatie, dat gebruiksmogelijkheden van offline streaming copies zijn beperkt maakt niet dat geen sprake meer is van reproducties die worden gemaakt voor privé gebruik en daarmee om thuiskopieën in de zin van artikel 16c Aw, geen sprake van dubbele compensatie als een rechthebbende voor het maken van offline streaming copies naast deze billijke vergoeding een licentievergoeding ontvangt, Reprobel- arrest van het HvJEU zag op dubbele vergoeding binnen systeem van thuiskopieheffing, de enkele stelling dat bij offline streaming copies de gebruikers geïdentificeerd kunnen worden - nu het abonnement persoonlijk geautoriseerd is - is onvoldoende om te kunnen aannemen dat een forfaitaire heffing vooraf bij fabricaten en importeurs strijdig is met artikel 5 lid 2 ArI. Ook kopieën in de cloud terecht meegenomen in heffing:  artikel 45k Aw ziet alleen op reservekopieën van software, niet aannemelijk dat rechthebbenden geen enkel of slechts zeer minimaal nadeel lijden, het staat lidstaten vrij ervoor te kiezen de thuiskopieheffing voor kopieën in de cloud te leggen op de apparaten waarmee de kopie wordt gemaakt.

 

IEPT20190918, Rb Overijssel, Auteursrecht lamp

Staande lamp ‘Layer Big Loft’ auteursrechtelijk beschermd: vormgeving bestaande uit twee rechthoeken die elkaar onder op gelijke hoogte en boven over elkaar heen kruisen gecombineerd met een (contrasterende) ronde lampenkamp onmiskenbaar het gevolg van scheppende menselijke arbeid en creatieve keuzes, gesteld nog gebleken dat overgelegde gelijkende lampen ouder zijn. Lamp ‘Shine Your Light’ maakt hierop inbreuk: totaalindrukken stemmen overeen.

 

IEPT20190917, Rb Den Haag, Bayer v Ceva

Onvoldoende belang bij voorlopige voorziening. Dat marktintroductie van Forceris nog niet heeft plaatsgevonden is geen omstandigheid die tot lagere drempel toewijzing vordering leidt: Forceris in buitenland voor hogere prijs dan Bayer product verhandeld, waardoor geen grond is om voor prijsverderf te vrezen. Gerede kans dat TKB EP 496 zal vernietigen: folder was geen onderdeel van dossier in oppositieprocedure en vormt naar voorlopig oordeel dichterbijstaande stand van de techniek. EP 496 naar voorlopig oordeel niet inventief: meest nabije stand van de techniek is folder Bayer, waarin gelijktijdige toediening toltrazuril en ijzerextraan wordt geopenbaard, verschilmaatregel met conclusie 1 van EP 496 is dat twee monocomponenten in één formulering zijn samengebracht, technisch effect is eenvoudigere behandeling die minder arbeidsintensief is, folder Bayer zet vakman zonder inventieve denkarbeid op spoor van gelijktijdige toediening van toltrazuril en ijzerextraan, onvoldoende aannemelijk dat er gegeven de stand van de techniek vooroordeel tegen oraal toedienen van ijzer later dan in eerste levensuren van biggen bestaat, vakman zou op grond van Ueda-publicatie testen of orale toedienig van ijzerdextraan in combinatieformulering met toltrazuril op dag 3 voldoende effectief is en uitkomen bij geclaimde oplossing. 1019h Rv advocaatkosten gematigd van € 306.506 naar € 200.000: onevenredig hoog voor voorbereiding kort geding, gelet op de complexiteit van de zaak, het aantal verweren en de samenhang met buitenlandse procedures, waardoor meer afstemming nodig zal zijn, maar vergelijkbaar verweer ook al voorbereid was voor andere jurisdicties.

 

IEPT20190917, Hof Den Haag, Novartis v Teva

Octrooien EP 603 en EP 246 nawerkbaar: effect dat everolimus ook werkzaam is indien toegepast bij behandeling van HR+ borstkanker plausibel, gelet op algemene vakkennis vakman en in aanvrage genoemde resultaten van behandeling van andere tumoren met everolimus. Conclusie 1 en 2 EP 246 nieuw ten opzichte van WO 975: geen directe en ondubbelzinnige openbaarmaking van everolimus in combinatie met een aromataseremmer, hiervoor moet keuze uit drie lijsten worden gemaakt, zonder dat er duidelijke aanwijzing is voor de precies in EP 246 onder bescherming gestelde combinatie. “Arbitraire alternatieven” doctrine: vereist dat sprake is van meerdere bekende stoffen, met bekende (wezenlijk( gelijkwaardige eigenschappen / werkzaamheid. Octrooien inventief: vakman zou op prioriteitsdatum everolimus en rapamycine resp. temsirolimus niet beschouwen als gelijkwaardige alternatieven en niet overwegen everolimus toe te passen. EP 246 bevat geen toegevoegde materie: inmiddels verleend en direct en dubbelzinnig uit aanvrage af te leiden. Belangenafweging staat inbreukverbod verbod aan Teva niet in de weg: verbod handhaaft zoveel mogelijk de status quo doordat prijsbederf wordt voorkomen.

 

IEPT20190913, Rb Amsterdam, MM v Talpa

Uitzending “Foute Boel” over handelen Millionaire Makelaar niet onrechtmatig: voldoende steun in feitenmateriaal, gezicht [medewerker] geblurd, weerwoord [medewerker] voor de camera in online-versie uitzending gemonteerd, misstanden in de huursector aan de kaak gesteld.

 

IEPT20190912, Rb Den Haag, Salam

Kennelijke fout in vonnis van 30 augustus 2019 (IEPT20190830) m.b.t. berekening griffierecht hersteld: Vzgr dient hoogte griffierecht ambtshalve na te gaan, zodat er geen (specifieke) vordering ten grondslag hoeft te liggen. Beslissing om aan eisende partij proceskosten toe te kennen is rechtelijk oordeel en geen kennelijke fout: hoger beroep is geëigende weg.

 

IEPT20190912, HvJEU, Bayer v Richter Gedeon

Begrip “passende schadeloosstelling” uit Handhavingsrichtlijn vormt een autonoom Unierechtelijk begrip dat een uniforme uitlegging moet krijgen: indien bepaling niet uitdrukkelijk naar het recht van de lidstaten verwijst moet deze normaliter in de gehele Europese Unie autonoom en uniform worden uitgelegd. Uitleg begrip “passend”: gerechtvaardigd in het licht van de bijzondere omstandigheden van de zaak. Hoewel bevoegdheid schadeloosstelling toe te kennen strikt is gebonden aan voorwaarde dat de voorlopige maatregelen zijn ingetrokken of vervallen wegens enig handelen of nalaten van de eiser, dan wel later wordt vastgesteld dat er geen inbreuk of dreiging van inbreuk op een intellectuele-eigendomsrecht is, impliceert het feit dat aan die voorwaarde is voldaan niet dat rechter automatisch verplicht is eiser te veroordelen tot vergoeding schade. De handhavingsrichtlijn verzet zich derhalve niet tegen een nationale regeling volgens welke een persoon - ook al is het octrooi op grond waarvan de maatregelen zijn toegewezen nietig verklaard -  niet wordt vergoed voor schade geleden als gevolg van het feit dat hij niet heeft gehandeld zoals normaliter kan worden verwacht om schade te voorkomen of verminderen, mits die regeling de rechter in staat stelt om naar behoren rekening te houden met alle objectieve omstandigheden van de zaak.

 

IEPT20190912, HvJEU, VG Media v Google

Een nationale bepaling die zoekmachines verbiedt om persproducten geheel of gedeeltelijk aan het publiek beschikbaar te stellen, moet vooraf aan de Europese Commissie worden meegedeeld. Het gaat namelijk om een regel die betrekking heeft op een dienst van de informatiemaatschappij en dus om een "technisch voorschrift”, waarvan het ontwerp overeenkomstig artikel 8, lid 1, eerste alinea, van richtlijn 98/34, zoals gewijzigd bij richtlijn 98/48 (betreffende diensten van de informatiemaatschappij), aan de Commissie moet worden meegedeeld.

 

IEPT20190912, HvJEU, Koton v EUIPO

Sprake van depot te kwader trouw (artikel 52(1) onder b) GMeV (oud)) als sprake is van oogmerk om afbreuk te doen aan belangen van derden op een wijze die niet strookt met de eerlijke gebruiken of oogmerk om een uitsluitend recht te verkrijgen voor andere doeleinden dan die onder de functies van een merk vallen, met name de herkomstaanduidingsfunctie. Niet vereist dat ouder merk is geregistreerd voor dezelfde of soortgelijke waren of diensten. Indien derde in ten minste één lidstaat ten tijde van aanvraag van litigieuze merk een merk dat gelijk was aan of overeenstemde met dat merk gebruikte hoeft verwarringsgevaar niet te worden aangetoond. Verwarringsgevaar is één van de in aanmerking te nemen relevante factoren voor bestaan van kwader trouw. Oogmerk van aanvrager merk dient te worden beoordeeld op tijdstip waarop inschrijving Uniemerk wordt verzocht: dat betekent in casu dat oogmerk niet alleen met betrekking tot diensten uit klasse 39, waarvoor het merk uiteindelijk is ingeschreven, maar ook voor waren en diensten uit klasse 25 en 35 – waarvoor het merk oorspronkelijk was aangevraagd – moest worden onderzocht.

 

IEPT20190912, HvJEU, Darferdas

Onderscheidend vermogen aangevraagd merk te beoordelen op basis van alle relevante feiten en omstandigheden, waaronder alle waarschijnlijke gebruiksvormen, zoals in de betrokken sector in de praktijk significante gebruiksvormen. Denkbare maar niet significante, onwaarschijnlijke gebruiksvormen niet relevant bij gebreke van concrete aanwijzingen van waarschijnlijkheid van die gebruiksvorm. Geen onderzoek vereist naar andere dan meest waarschijnlijke gebruiksvormen indien in de praktijk slechts sprake is van één significante gebruiksvorm.

 

IEPT20190912, HvJEU, Cofemel v G-Star Raw

Auteursrechtelijke bescherming kan niet worden verleend aan modellen louter omdat zij, afgezien van het utilitaire doel dat zij nastreven, een specifiek esthetisch effect teweegbrengen:  om voor deze bescherming in aanmerking te komen moeten die modellen de uitdrukking vormen van oorspronkelijke werken.

 

IEPT20190912, Rb Rotterdam, KPN v ACM

ACM heeft in redelijkheid kunnen besluiten het handhavingsverzoek van KPN - inzake hanteren nieuw distributiemodel door licentiehouder Eredivisie EMM voor alle distributeurs behalve VodafoneZiggo - op grond van haar prioriteringsbeleid af te wijzen: daadkrachtig gemotiveerd dat niet evident is dat EMM een economische machtpositie heeft en dat ACM hiernaar uitgebreider economisch onderzoek zou moeten doen, voldoende gemotiveerd dat en waarom op basis van het verkennende onderzoek niet evident is dat er sprake zou kunnen zijn van verboden prijsdiscriminatie en dat en waarom zij afziet van een uitgebreid onderzoek, voldoende gemotiveerd waarom zij geen aanleiding heeft gezien nader onderzoek te doen naar een overtreding van kartelverbod ex artikel 6 van de Mw/artikel 101 van het VWEU, geen aan ACM toe te rekenen concrete en ondubbelzinnige toezegging gedaan te gaan handhaven waaraan rechtens te honoreren verwachtingen kunnen worden ontleend.

 

IEPT20190912, Rb Rotterdam, CAIW v ACM

ACM heeft in redelijkheid kunnen besluiten het handhavingsverzoek van CAIW - inzake hanteren nieuw distributiemodel door licentiehouder Eredivisie EMM voor alle distributeurs behalve VodafoneZiggo - op grond van haar prioriteringsbeleid af te wijzen: daadkrachtig gemotiveerd dat niet evident is dat EMM een economische machtpositie heeft en dat ACM hiernaar uitgebreider economisch onderzoek zou moeten doen, voldoende gemotiveerd dat en waarom op basis van het verkennende onderzoek niet evident is dat er sprake zou kunnen zijn van verboden prijsdiscriminatie en dat en waarom zij afziet van een uitgebreid onderzoek, voldoende gemotiveerd waarom onderzoek naar excessieve prijzen niet doelmatig en doeltreffend is, voldoende gemotiveerd waarom zij geen aanleiding heeft gezien nader onderzoek te doen naar een overtreding van kartelverbod ex artikel 6 van de Mw, doelmatigheidsafweging voldoende inzichtelijk en uitkomst daarvan niet kennelijk onredelijk, voldoende gemotiveerd waarom gevolgen voor de consumentenwelvaart ingrijpen op dit moment niet rechtvaardigt, geen aan ACM toe te rekenen concrete en ondubbelzinnige toezegging gedaan te gaan handhaven waaraan rechtens te honoreren verwachtingen kunnen worden ontleend.

 

 

IEPT20190910, Hof Den Haag, Biogen v Swiss Pharma

Conclusie 1 niet-inventief: Vakman zou gelet op beschrijving begrijpen dat uitvinding van EP 127 betrekking had op langdurig voorkomen van door MS veroorzaakte nieuwe ontstekingen en herontstekingen, door het chronisch toedienen van natalizumab. Geen nieuw technisch effect dat duur van de ontstekingen bij chronische ontstekingen afneemt: uit afname van ‘new enhancing’ laesies vloeit automatisch afname ‘persistent enhancing’ laesies voort, effect op ‘persistent enhancing lesions’ niet nieuw en verrassend. Conclusie 2 niet inventief: rechtbank heeft terecht overwogen dat eventuele twijfels op grond van Tubridy over gedurende langere tijd toedienen van natalizumab worden weggenomen door Conference Abstract. Hulpverzoeken 1 en 2 niet toelaatbaar wegens toegevoegde materie: gemiddelde vakman zou uit de door Biogen genoemde passages niet begrijpen dat door toediening van natalizumab regressie van MS (hulpverzoek 1) of vermindering van schade aan weefsel als gevolg van door MS veroorzaakte pathologische ontsteking (hulpverzoek 2) zou optreden. Hulpverzoek 3 niet nieuw c.q. inventief: verminderen van aantal ‘persistent Gd-enhancing lesions’ door toediening van natalizumab vloeit rechtstreeks voort uit de vermindering van het aantal ‘new enhancing lesions’,  vermindering van het aantal ‘new enhancing lesions’ door toediening van 3 of 6 mg/kg natalizumab iedere 4 weken was reeds geopenbaard in de Conference Abstract. Hulpverzoek 4 bevat toegevoegde materie.

 

IEPT20190910, Rb Noord-Nederland, Hollandse Hoogte v Raak

€ 345,31 (€ 248,25 schadevergoeding voor plaatsen foto zonder toestemming op website + 25% opslag voor ontbreken naamsvermelding en gebruik in bewerkte vorm + € 35 onderzoekskosten): gebaseerd op Tarievenlijst 2015 van Stichting Foto Anoniem, gemiddelde van tarieven in diverse pixelmaten van één week tot één maand op .nl domein. Proceskosten volgens liquidatietarief: eenvoudige zaak met beperkt feitencomplex en geen uitgebreid inhoudelijk verweer.

 

IEPT20190905, HvJEU, AMS Neve v Heritage Audio

Houder Uniemerk kan, bij vermeende inbreuk via online advertenties, een vordering wegens inbreuk instellen tegen een derde bij de merkenrechtbank van de plaats waar de doelgroep van de inbreukmakende online advertenties zich bevindt.

 

IEPT20190905, Rb Gelderland, Bang v Monster

Geen verbod op mededeling dat Bang zich bedient van misleidende reclamepraktijken: mededeling is in het licht van het vonnis niet onjuist. De mededeling dat het Bang verboden is om energiedranken te verkopen met L-Arginine erin, is wel onrechtmatig: oordeel voorzieningenrechter in IEPT20190509 (mei-vonnis) zag op de vermelding van L-Arginine op de verpakking. Mededeling dat voorzieningenrechter Bang heeft verboden om energiedranken te verkopen met Super Creatine is onjuist: hiermee wordt ten onrechte de suggestie gewekt dat Bang deze dranken in de EU heeft verkocht. Monster verboden om bovenstaande mededelingen te doen met betrekking tot L-Arginine en Super Creatine en Bang: mededelingen zijn onjuist en partijen zitten in een concurrentiestrijd. Rectificatie afgewezen: niet te verwachten dat rectificatie van brief die meer dan drie maanden geleden is verstuurd nog eventuele schade kan herstellen. Monster moet opgave doen van (rechts)personen aan wie de brief is verstuurd.

 

IEPT20190903, Hof Arnhem-Leeuwarden, Dutch-Creators v vof Drent

Met brief van 27 november 2013 is stilzwijgende licentie (mocht die hebben bestaan) om foto’s appellante te gebruiken ingetrokken. Betrokken foto’s auteursrechtelijk beschermd, appellante is maker: niet ontleend aan ander werk en niet zo triviaal dat daarachter geen creatieve arbeid is aan te wijzen. Inbreuk toerekenbaar: na intrekken toestemming foto’s niet verwijderd, verwijdering lag binnen macht geïntimeerden, die vanaf 27 november 2013 bewust waren van de inbreuk. Gevorderde schadevergoeding van € 244.559,15 op grond van tarieven Stichting Foto Anoniem afgewezen: niet gebleken dat appellante ten tijde van maken foto’s beoogde deze commercieel aan te bieden en zich als professioneel fotograaf profileerde. Schadevergoeding schattenderwijs begroot op € 1.500: rekening houdend met aantal en soort foto’s, samenwerking die partijen voor ogen stond, gebrek aan commercieel belang bij foto’s en tijd dat foto’s online hebben gestaan.

 

IEPT20190903, Hof Amsterdam, GVB

Door RvC getrokken conclusies in onderzoek naar  fraude en bestuurlijk gedrag niet onrechtmatig: RvC heeft beoordelingsvrijheid om ernst van schending aanbestedingsregels/interne regels te bepalen. Publicatie van getrokken conclusies in persbericht niet onrechtmatig: GVB heeft zwaarwegend en spoedeisend belang bij publiceren van onderzoek en naam appellant wordt niet vermeld. Publiceren van conclusies in jaarverslag 2012 niet onrechtmatig: RvC mag afwijken van advies ondernemingsraad en overweging kantonrechter en GVB dient ontwikkeling getrouw weer te geven.

 

IEPT20190902, Rb Midden-Nederland, Biek v FarmCamps

Onvoldoende onderbouwd dat producent van prototype luxe tent de auteursrechthebbende is van de vormgeving van de buitenzijde van die tent: niet gebleken dat zij tijdens het creatieve ontwerpproces leidend en beslissend is geweest. Voor zover het interieur van het prototype auteursrechtelijk is beschermd, maakt FarmCamps hierop geen inbreuk met de uiteindelijk door haar in productie genomen tenten: interieur wekt andere totaalindruk. Geen wanprestatie of onrechtmatig handelen door de samenwerking na de oplevering en betaling van het prototype te beëindigen: geen overeenstemming bereikt over serieproductie, nu FarmCamps meermaals heeft aangegeven dat nog niet aan haar eisen qua planning en budget werd voldaan, heeft de producent er niet gerechtvaardigd op mogen vertrouwen dat de vervolgopdracht tot serieproductie zou volgen.