Maart 2020

Print this page

IEPT20200326, HvJEU, AR v Cooper

Merkenrechtlijn staat toe dat merkhouder wiens rechten vervallen zijn verklaard wegens het ontbreken van normaal gebruik, het recht behoudt op schadevergoeding wegens het verwarringwekkend gebruik van een overeenstemmend teken door een derde daterend van vóór de datum van vervallenverklaring: merkhouder heeft binnen de respijtperiode van vijf jaar om merk te gaan gebruiken - ook zonder gebruik - een uitsluitend recht, merkenrichtlijn heeft de nationale wetgever alle vrijheid gelaten om de datum vast te stellen waarop het verval van een merk rechtsgevolgen heeft, dat een merk niet is gebruikt vormt op zich geen beletsel voor een vergoeding wegens merkinbreuken, maar is wel een belangrijk element waarmee rekening moet worden gehouden om bestaan en omvang schade te bepalen.

 

IEPT20200325, Rb Den Haag, B. Elisabeth

Eiser heeft reconstructie gedaagde inzake areaaloverschrijding en illegale vermeerdering ras B. Elisabeth onvoldoende weersproken: enkele omstandigheid dat het een algemeen gebruikte techniek is om te telen op wijze als door eiser geschetst is onvoldoende. Totale areaaloverschrijding betreft 455 m2, illegale vermeerdering betreft 6.038 kopstekken. Gevorderde schadevergoeding voor areaaloverschrijding van € 0,50 per m2 niet weersproken. Schadevergoeding per kopstek vastgesteld op € 0,20 op basis van in andere zaken van eiser toegewezen schadevergoedingen. Vraag of licentievoorwaarden van toepassing zijn wordt niet beantwoord: licentievoorwaarden concretiseren niet de consequentie van niet melden rooien en vernietigen planten en geen schade nu gesteld noch gebleken is dat gedaagde planten aan derden heeft verstrekt. Schadevergoeding vastgesteld op € 227,50 voor areaaloverschrijding (€ 0,50 * 455m2) en € 1.207,60 voor illegale vermeerdering 6.038 wortelstekken (€ 0,20 * 6.038) = € 1.435,10. Gedaagde heeft reeds hoger bedrag van € 2.302,95 voldaan, waardoor vorderingen eiser worden afgewezen. Geen misbruik van recht: weliswaar vordering (veel) te hoog begroot, maar enkele omstandigheid dat in andere procedures lagere schadevergoeding is vastgesteld onvoldoende om gehele vordering als ongegrond te beoordelen. Eiser wordt veroordeeld in artikel 1019h Rv proceskosten volgens indicatietarief eenvoudige zaak: € 8.000.

 

IEPT20200325, Rb Rotterdam, Sarda

Inschrijving zaak op de rol is eindbeslissing. Rechtbank komt terug op eindbeslissing om zaak in te schrijven en verklaart Sarda niet-ontvankelijk: zaak niet aangebracht voor in dagvaarding vermelde roldatum, tijdig uitgebrachte herstelexploot niet aangebracht, tweede, wel aangebrachte herstelexploot kan verzuim niet herstellen, nu dat niet binnen twee weken na in dagvaarding vermelde roldatum is aangebracht. Conservatoir beslag tot levering vervallen: doordat aanhangigheid geding is vervallen heeft Sarda niet tijdig een eis in de hoofdzaak ingesteld.

 

IEPT20200325, Rb Den Haag, Multi Access

Multi Access Limited moet zekerheid stellen voor proceskostenveroordeling ter hoogte van € 17.797: geen van uitzonderingen van artikel 224(2) RV doet zich voor, dat Multi Access Limited vrijwillig aan proceskostenveroordeling zegt te voldoen kan niet afdoen aan verplichting tot zekerheidsstelling. Ondanks dat in dagvaarding om voeging is verzocht, maar niet in petitum is gevorderd, wordt zaak gevoegd: gedaagde heeft conclusie van antwoord in het incident tot voeging genomen en geen bezwaar tegen voeging, sprake van verknochte zaken.

 

IEPT20200325, Rb Den Haag, Grenzenlos Direkt v 365 Nordic Outdoor

Merkinbreuk op woord-/beeldmerk NORDCAP door Nord Cape aangenomen: beroep op artikel 14 lid 1 sub b UMVo (gebruik aanduiding die betrekking heeft op hoedanigheid van de waar staat vrij) slaagt niet. Verbod op gebruik merk NORD CAPE afgewezen: Grenzenlos Direkt geen belang bij verbod wegens gebrek aan dreigende inbreuk door 365 Nordic Outdoor. Grenzenlos Direkt mag opgave vorderen van de hoeveelheid inbreukmakende producten die 365 Nordic Outdoor heeft afgenomen, verhandeld en op voorraad heeft, ten behoeve van de toe te wijzen vordering tot schadestaatprocedure.

 

IEPT20200325, Rb Den Haag, Coty v Easycosmetic

Coty heeft gegronde reden zich verzetten tegen gebruik van haar merken op de verpakkingsdozen van Easycostetics, dat parfums verhandelt die met toestemming in de EER zijn gebracht: door het qua lettertype en kleur integreren van de merken met de huisstijl van Easycosmetic, en de prominente plaats van haar handelsnaam en slogan omringd door al die merken, wordt de reputatie van die merken toegetrokken naar Easycosmetic, dit overhevelen van de aantrekkingskracht en de reputatie van de merken naar Easycosmetic is zodanig dat daarmee bij het publiek - dat niet gewend is aan deze wijze van adverteren - de suggestie kan worden gewekt van een economische band met de merkhouder, het merkgebruik gaat daarmee verder dan het aankondigen van de verdere verhandeling van uitgeputte waar en daarmee verder dan het bereiken van het doel van de uitputtingsregel, dat het klanten niet uit zou maken of Easycosmetic al dan niet een economische band met de merkhouder heeft, doet niet af aan het gerechtvaardigde belang van Coty, dat heeft gekozen voor een selectief distributiestelsel en de onterechte indruk van een dergelijke band met Easycosmetic wil vermijden.

 

IEPT20200325, Rb Amsterdam, Synthon v Teva

Rechtbank onbevoegd jegens Teva B.V. ten aanzien van gestelde onrechtmatige daad wegens handhaving van nadien ingetrokken octrooien: alle rechtshandelingen in kader van handhaving octrooien uitsluitend op naam van Teva Ltd genomen, onvoldoende feiten gesteld dat handelen Teva werknemers aan Teva B.V. kan worden toegerekend, Teva B.V. is 100% dochtervennootschap van Teva Ltd en heeft dus geen formele zeggenschap over handelen Teva Ltd. Rechtbank onbevoegd jegens Teva Ltd ten aanzien van gestelde onrechtmatige daad: door kennelijke ondeugdelijkheid vorderingen jegens Teva B.V. geen samenhang (artikel 7(1) Rv), geen forum necessitatis (artikel 9 Rv), nu rechters in Tsjechië, Kroatië, Slovenië, Letland, Slowakije en Estland bevoegd zijn ten aanzien van in ieder geval hetgeen op hun grondgebied heeft plaatsgevonden. Rechtbank op grond van artikel 4 Brussel I bis-Vo bevoegd om van vorderingen inzake gestelde ongerechtvaardigde verrijking door Teva B.V. kennis te nemen. Nederlands recht van toepassing op grond van artikel 10(3) Rome II: gestelde ongerechtvaardigde verrijking heeft zich in Nederland voorgedaan. Door onbevoegdheid rechtbank jegens Teva Ltd inzake onrechtmatige-daadsvordering niet vast te stellen of Teva Ltd onrechtmatig heeft gehandeld. Indien wordt aangenomen dat Teva Ltd onrechtmatig heeft gehandeld kan ongerechtvaardigde verrijking door Teva B.V. niet worden aangenomen: enkel profiteren van wanprestatie niet onrechtmatig, geen bijkomende omstandigheden, verkoop van producten met wetenschap van handhavingsacties Teva Ltd maakt verkregen omzet niet ongerechtvaardigd. Rechtbank onbevoegd jegens Teva Ltd ten aanzien van gestelde ongerechtvaardigde verrijking: door kennelijke ondeugdelijkheid vorderingen jegens Teva B.V. geen samenhang (artikel 7(1) Rv).

 

IEPT20200325, Rb Midden-Nederland, Baudet v VPRO

Parafrasering door presentatrice Buitenhof van uitspraken Baudet in debat 18 februari in Tweede Kamer gebrekkig: Baudet heeft de woorden ‘blank’, ‘ras’ en ‘vervanging’ – die een bijzonder (negatief) gewicht hebben - tijdens debat niet genoemd, het was voor VPRO goed mogelijk om vooraf bedachte en op papier vastgelegde openingsvraag op inhoudelijke juistheid te toetsen. Parafrasering niet onrechtmatig: Baudet is publiek figuur die actief deelneemt aan publieke (politieke) debat, presentatrice Buitenhof wilde bijdrage aan dat publieke debat leveren, parafrasering kan niet los worden gezien van eerdere uitspraken Baudet, geen vooropgezet doel om karaktermoord op Baudet te plegen en Baudet niet weggezet als racist, gestelde negatieve gevolgen Baudet onvoldoende onderbouwd, nu die niet zien op uitlatingen presentatrice, maar op situatie die is ontstaan nadat Baudet publiekelijk VPRO gevraagd heeft om tot rectificatie over te gaan en VPRO dit weigerde. Ook als uitlatingen wel onrechtmatig zouden zijn zouden gevorderde rectificaties niet toewijsbaar zijn geweest: rectificaties deels onjuist, negatieve gevolgen onvoldoende onderbouwd, inlichten publiek over juiste standpunt van Baudet en opheffen negatieve effect uitzending Buitenhof reeds voor groot deel door eigen gezochte publiciteit en diverse publicaties die na weigering VPRO tot rectificatie zijn verschenen gerealiseerd, Buitenhof heeft op website achtergrond geschetst met citaat van uitspraken Baudet en daarmee deels gebrekkige karakter parafrase verholpen.

 

IEPT20200325, Rb Oost-Brabant, Philips v Lidl

Tweekoppig scheerapparaat van Philips auteursrechtelijk beschermd: Cofemel-arrest van het HvJEU (IEPT20190912) levert geen strengere toets voor auteursrechtelijke bescherming op, met keuze voor taps toelopend handvat dat aan de onderkant is afgerond, smalle verbinding met de scheerkophouder, blauwe belijning die de contouren van de Shaver omlijst, zwart-blauwe kleurstelling met een chromen accent bij de scheerkop,  keuze van het glanzende materiaal en de positie van de aan/uitschakelaar aan de voorzijde is voldoende blijk gegeven van eigen creatieve keuzes. Driekoppig scheerapparaat van Lidl maakt hierop geen inbreuk nu totaalindrukken verschillen: het apparaat van Philips maakt in het algemeen een meer elegante, luxueuze indruk die wordt versterkt door de kleinere meer subtiele scheerkop met maar twee scheerbladen, het slankere verbindingsstuk, het taps toelopende handvat dat aan de onderkant is afgerond en het subtiele glimmende element in het verbindingsstuk terwijl het apparaat van Lidl meer gedrongen is en eerder een grove, robuuste en daardoor een meer degelijke indruk maakt.

 

IEPT20200321, Hof Amsterdam, Team 10

Geen auteursrecht aangenomen op methode voor hardlooptraining: onvoldoende onderbouwd in hoeverre het maken van de methode creatieve keuzes heeft gevergd en waaruit het persoonlijk stempel blijkt. Om dezelfde reden kan niet worden aangenomen dat het klantenbestand auteursrechtelijke bescherming geniet als databank in de zin van artikel 10 lid 3 auteurswet: appellant heeft daarover niet anders gesteld dat dan dit een verzameling persoonsgegevens betreft, met informatie over het niveau van de hardlopers. Klantenbestand ook niet beschermd als databank in de zin van artikel 2 van de Databankenwet: genoemde middelen die zijn aangewend om personen die nog geen klant waren tot klant te maken, kunnen niet worden beschouwd als een relevante investering.

 

IEPT20200320, Rb Noord-Holland, Digitale Nazorg v 4 Bis Innovations

Digitale Nazorg ontvankelijk in vorderingen: 4 Bis Innovations feitelijk in staat de tenaamstelling van desbetreffende domeinnamen te wijzigen. 4 Bis Innovations moet tenaamstelling domeinnamen digitalenazorg.nl en digitalevoorzorg.nl terugdraaien van DEH naar Digitale Nazorg: DEH door samenwerking met Digitale Nazorg geen mede eigenaar geworden, wijziging tenaamstelling zonder toestemming Digitale Nazorg is onrechtmatig. Stelling dat 4 Bis Innovations niet aan veroordeling kan voldoen omdat niet zij, maar DEH rechthebbende is van de domeinnamen en niet in geding is betrokken verworpen: 4 Bis Innovations feitelijk in staat tot wijziging tenaamstelling, kan zich tegen DEH, die dezelfde (indirecte) bestuurders heeft als 4 Bis Innovations op veroordeling beroepen. 4 Bis Innovations moet toegang tot website en e-mailaccounts i-finish.nl verlenen: in kort geding niet uit te sluiten dat domeinnaam i-finish.nl is ingebracht in nog af te wikkelen samenwerking Digitale Nazorg en DEH, maar dat betekent niet dat toegang mag worden geblokkeerd.

 

IEPT20200318, Rb Den Haag, Sisvel v Xiaomi

Incidentele vordering tot tussenkomst (artikel 218 Rv) Docomo in VRO-zaak afgewezen: Docomo had incidentele conclusie tot tussenkomst uiterlijk op 15 januari moeten nemen (datum van conclusie van antwoord in conventie), maar heeft incidentele vordering pas 12 februari ingesteld, dus in beginsel te laat, tussenkomst zou tot onredelijke vertraging procedure leiden, gelet op tijdschema Versneld Regime Octrooizaken, tussenkomst Docomo zou positief precendent voor andere partijen kunnen scheppen die willen tussenkomen, waardoor hoofdprocedure verregaand vertaagd wordt, belang Docomo van geheimhouding van licentie ziet niet op hoofdzaak (in conventie), maar op procedureel aspect.

 

IEPT20200318, Rb Gelderland, Verwijzing Rb Den Haag

Alle vorderingen die geen betrekking hebben op een beweerdelijke arbeidsovereenkomst verwezen naar de rechtbank Den Haag: de rechtbank Gelderland is niet bevoegd kennis te nemen van de vorderingen die betrekking hebben op Uniemerken, de elementen uit de Uniemerken komen ook terug in de Beneluxmerken en handelsnamen, nagenoeg alle vorderingen hebben betrekking op Uniemerken, Beneluxmerken, handelsnamen, misleidende reclame en dwangsommen, het aanbrengen van een (processueel) onderscheid tussen hetzij bepaalde vorderingen hetzij bepaalde onderwerpen is, indien al mogelijk, niet doelmatig.

 

IEPT20200317, Hof Den Haag, Sisvel v Xiaomi

Inbreukverbod afgewezen na belangenafweging die in nadeel Sisvel uitvalt: schade beperkt tot één binnenkort aflopend octrooi in Nederland, schade Sisvel bij voortzetting gestelde inbreuk bestaat uit niet uit aantasting exclusieve positie, maar (vooral) uit gederfde licentievergoedingen, Xiaomi aan belangen Sisvel tegemoet gekomen door zekerheid te stellen voor betaling licentievergoedingen, gevolgen toewijzing verbod ingrijpend voor Xiaomi, aangezien Xiaomi dan verkoop telefoons in Nederland volledig zou moeten staken, enige mogelijkheid Xiaomi om bij toewijzing verbod afbraak aan in Nederland opgebouwde bedrijf te voorkomen is aanvaarden licentieaanbod Sisvel, dat niet alleen EP 536, maar gebruik van meer dan 1000 octrooien uit MCP-portefeuille in alle landen wereldwijd in meer dan een miljard telefoons betreft, gevolgen toewijzing verbod niet of relatief moeilijk ongedaan te maken en schade moeilijk aantoonbaar. Beroep op handhavingsrichtlijn en Handvest van de grondrechten dwingt niet tot andere uitkomst: toewijzing verbod niet evenredig, waardoor hof niet verplicht is gebruik te maken van bevoegdheid uit artikel 9(1)(a) Handhavingsrichtlijn, bodemprocedure waarin Sisvel schadevergoeding kan vorderen is een doeltreffende voorziening en brengt geen onredelijke termijnen of vertragingen mee, gelet op aard en omvang schade Sisvel en door Xiaomi gestelde zekerheid. Subsidiair gevorderde verbod voor zo lang Xiaomi niet heeft aanvaard licentievoorwaarden MCP-portefeuille te laten vaststellen in arbitrageprocedure afgewezen: ingrijpend verbod, nu Xiaomi wordt gedwongen tot bepaalde wijze van vaststelling licentievoorwaarde voor alle octrooien uit de MCP-portefeuille voor de hele wereld, zou Xiaomi dwingen afstand te doen van fundamentele recht op toegang tot bij de wet ingestelde gerechten. Meer subsidiaire vordering om EGPRS/EDGE-extensie van de GSM-functionaliteit buiten werking te stellen afgewezen: nog ingrijpender dan primaire vordering, omdat vordering ook dwingt tot uitzetten extensie op al geleverde telefoons.

 

IEPT20200316, Rb Amsterdam, Verizon

Door Verizon ex artikel 843a Rv gevorderde inzage in bij twee oud-werknemers beslagen bescheiden toegewezen: Verizon heeft een rechtmatig belang nu er een redelijk vermoeden is dat sprake is van onrechtmatig handelen, de bescheiden zijn voldoende bepaald, sprake van een rechtsbetrekking uit dreigende onrechtmatige daad.

 

IEPT20200313, Rb Amsterdam, Selfmade Films

Makers van een documentaire over de FIOD hoeven materiaal niet te verstrekken aan verdachten die erin voorkomen: eisers hebben door hun positie en handelwijze - zij hebben belastingfraude erkend - de publieke arena betreden waardoor hen minder privacybescherming toekomt dan een willekeurig ander persoon, voldoende rekening gehouden met de privacybelangen van eisers nu hun namen niet worden genoemd en zij onherkenbaar zullen zijn, voor zover ambtsgeheimen zijn geschonden is dat de verantwoordelijkheid van het OM en/of de FIOD, die geen partij zijn in dit kort geding, beroep op AVG kan eisers niet baten nu de makers zich kunnen beroepen op de daarin vervatte journalistieke exceptie, ook beroep op artikel 843a Rv faalt nu dit artikel ziet op bewijsvergaring ten behoeve van een civielrechtelijke procedure terwijl eisers hebben gesteld de informatie nodig te hebben voor een strafzaak, voor zover eisers de gegevens nodig hebben voor een civiele procedure is onvoldoende aannemelijk dat gedaagden onrechtmatig hebben gehandeld en zijn de bescheiden onvoldoende bepaald.

 

IEPT20200312, Rb Amsterdam, Foto Eieren

Foto van eieren auteursrechtelijk beschermd: persoonlijke keuzes zijn gemaakt waar het de compositie, belichting, het scherp stellen en de kleuren betreft. Onvoldoende weersproken dat eiseres recht heeft op te komen tegen gebruik van foto. Auteursrechtinbreuk, dat foto en recept embedded waren van de website [internetsite] en die website als bronvermelding is genoemd helpt gedaagde niet: het gaat erom dat de foto is te zien geweest op website gedaagde, waarmee foto zonder toestemming eiseres is geopenbaard. Schadevergoeding van € 180 volgens tarieven Stichting Foto Anoniem: hoger bedrag onevenredig, mede gelet op onweersproken stelling van gedaagde dat haar website gemiddeld twee bezoekers per maand had en dat zij er geen omzet mee heeft gerealiseerd. Gedaagde moet € 127,62 aan opsporings- en buitengerechtelijke kosten betalen: pas laat in procedure een bedrag van €170 aangeboden, niet gereageerd op aanschrijvingen.

 

IEPT20200312, Rb Gelderland, Heksenkaas v Kühlmann

Verpakking HEKS’NKAAS smeerdip kan functioneren als merk: het samenstel van de verschillende elementen van de verpakking schept een duidelijk herkenbaar beeld van het product dat een duidelijke indruk achterlaat, waarmee de verpakking van de HEKS’NKAAS smeerdip zich duidelijk onderscheidt van andere soortgelijke dip en smeerproducten. Verpakking smeerdip Dip & Smeer’m maakt hierop inbreuk ex art 2.20 lid 1 sub b BVIE: waren in ieder geval overeenstemmend, totaalindruk van beide verpakkingen is hetzelfde nu beide bestaan uit transparante plastic kuipjes met daarop een deksel met overstekende rand en een kartonnen banderol met in cartoonachtige stijl getekende afbeeldingen van ingrediënten in dezelfde kleuren, verwarringsgevaar nog versterkt door grote onderscheidende kracht van het bekende HEKS’NKAAS, onvoldoende gemotiveerd onderbouwd dat het woordelement Dip & Smeer’m zo dominerend is dat dit het verwarringsgevaar absorbeert. Ex artikel 1019h Rv gevorderde proceskosten van in totaal ruim 37 duizend euro niet gecompenseerd: nu Kühlmann na beëindiging samenwerking met HEKS’NKAAS is overgegaan tot de productie van een soortgelijke smeerdip met inbreukmakende verpakking is aannemelijk dat zij bewust heeft willen profiteren van het succes van HEKS’NKAAS en is het redelijk dat de kosten voor haar rekening en risico komen.

 

IEPT20200311, Rb Noord-Nederland, RAI v Auto Aanpassing

Benelux woordmerk “AUTO AANPASSERS NEDERLAND” nietig: beschrijvend voor kenmerk waren en diensten, het aanpassen van auto’s in/vanuit Nederland. Benelux woordmerk “A.A.N.” geldig: lettercombinatie niet direct aan de beschrijvende woorden waarvan zij de afkorting vormen te koppelen. Benelux woordmerk A.A.N. normaal gebruikt: afgelopen vijf jaren normaal gebruikt door leden RAI op website autoaanpassers.nl, als keurmerk, op beurzen en op/in eigen bedrijfslocaties. Merk kan niet aan Auto Aanpassing Noord Nederland worden tegengeworpen: op moment dat zij gewraakte tekens is gaan gebruiken (15 juli 2016) was merk A.A.N. van RAI door verstrijken geldigheidsduur vervallen, waardoor sprake is van ouder recht (artikel 2.23(2) BVIE). RAI aan te merken als onderneming in de zin van de handelsnaamwet door gebruik door leden. Artiestenverloningen-arrest (IEPT20151211) van toepassing op handelsnamen. Handelsnaam “AUTO AANPASSERS NEDERLAND” zuiver beschrijvend en geen bijkomende omstandigheden. Geen verwarringsgevaar tussen niet zuiver beschrijvende handelsnaam “A.A.N.” en “AANN”: hoewel partijen in zelfde branche en (onder meer) in zelfde geografische gebied opereren en handelsnamen slechts één letter verschillen, vermeldt Auto Aanpassing Noord Nederland in al haar communicatie echter haar volledige handelsnaam naast de afkorting AANN, al dan niet onder toevoeging domeinnaamextensie .nl, dus wordt de afkorting niet zelfstandig gebruikt.

 

IEPT20200311, Rb Den Haag, Nikon v Primary Holdings

Rechtbank komt niet terug op bindende eindbeslissing dat zij bevoegd is: toestemming verleend voor tussentijds appel van het vonnis in het bevoegdheidsincident en appel is ingesteld door PHL, daargelaten of dan verzoek PHL om terug te komen op eindbeslissing in strijd is met gesloten stelsel van rechtsmiddelen is niet gebleken dat beslissing op onjuiste juridische of feitelijke grondslag berust. Vordering om provisioneel verbod niet alleen voor duur van de bodemprocedure, maar ook voor een eventueel hoger beroep toe te wijzen wordt afgewezen. Testaankopen van door Primary Holdings in Nederland verkochte camera’s niet uitgeput: gelet op serienummers voor het eerst in Japan respectievelijk China op de markt gebracht, aankoop via eBay betekent niet zonder meer dat Nikon toestemming voor verhandeling in EER heeft gegeven, niet aannemelijk dat op haar Europese website voortdurend aangeboden producten met toestemming van Nikon in EER zijn gebracht. Ook als wel sprake zou zijn van uitputting kan Nikon zich op grond van artikel 15(2) UMeV verzetten tegen verdere verhandeling: testaankopen in zodanig gebrekkige wijze geleverd dat toestand van de waren, nadat zij in handel zijn gebracht, zijn gewijzigd en verslechterd.

 

IEPT20200311, Rb Den Haag, Thuiskopie v Stern Telecom

Stern Telecom moet € 43.793,50 aan thuiskopievergoeding betalen: onvoldoende onderbouwd dat haar afnemers thuiskopieheffing hebben afgedragen of de gekochte smartphones hebben geëxporteerd, geen omkering bewijslast. Indien Stern Telecom geen stukken uit administratie afnemers kan overleggen komt dat voor haar eigen risico als consequentie van niet nakomen wettelijke verplichtingen. Wettelijke rente over € 43.793,50 vanaf 20 juli 2017, de dag waarop Stern Telecom voorschotfacturen had moeten voldoen. Stern Telecom moet opgave doen van aantal smartphones dat zij vanaf 31 augustus 2017 in Nederland heeft verhandeld: over deze periode nog geen opgave gedaan. Stern Telecom moet opgave doen van aantal smartphones dat zij vanaf 1 januari 2017 heeft geïmporteerd: over deze periode nog geen opgave gedaan. Verbod Stern Telecom om in de toekomst vergoedingsplichtige voorwerpen in Nederland te importeren en verhandelen als daarvan niet onverwijld opgave wordt gedaan en/of thuiskopievergoeding is afgedragen toegewezen: niet afdragen thuiskopievergoeding is onrechtmatig, gelet op opstelling in verleden dreiging van niet-nakoming verplichtingen in de toekomst.

 

IEPT20200311, Rb Den Haag, Gallup

Benelux woordmerken GALLUP van Gallup Group niet vervallen wegens niet normaal gebruik, artikel 2.27 lid 2 BVIE jo 2.23bis lid 1 BVIE: nog steeds mogelijk dat merkgebruik voor de liquidatie van de Belgische vennootschap  doch tijdens relevante periode, heeft plaatsgevonden, de aard van de waren diensten en de eigenschappen van het publiek, brengen mee dat ondanks enkel de Engelse taal gehanteerd wordt, er sprake is van normaal gebruik in de Benelux, het ondervragen van de werknemers waarbij wordt gevraagd naar hun opvattingen over de betreffende onderneming en hun werk, valt onder opinie-onderzoek en daarmee normaal merkgebruik, merk gebruikt voor onderzoek dat is gericht op Nederland, merk gebruikt voor commerciële exploitatie. Het gebruikt van het merk voor opiniepeilingen is ook van belang voor de vraag of sprake is van normaal gebruik voor marktonderzoek: een houder van een merk mag niet elke bescherming worden ontzegd voor diensten die niet strikt gelijk zijn aan die waarvoor normaal gebruik is bewezen, maar daarvan niet wezenlijk verschillen.

 

IEPT20200310, RvS, Gilead v OCNL

Hoger beroep ongegrond. Terecht geen ABC verleend voor Truvada:  Rechtbank terecht geoordeeld dat niet is voldaan aan tweede eis Gilead-arrest van het Hof van Justitie EU dat stof emtricitabine in het licht van alle door het octrooi bekend gemaakte gegevens specifiek kan worden geïdentificeerd. Het medicijn komt niet in aanmerking voor een aanvullend beschermingscertificaat op grond van artikel 3 aanhef en onder a, van de ABC-verordening. OCNL heeft zich terecht op het standpunt gesteld dat combinatie tenofovir disoproxil met emtricitabine bestaat en niet wordt beschermd door basisoctrooi

 

IEPT20200310, Rb Den Haag, Eredivisie

Kort geding. Verstekvonnis. Gebod om auteursrechtinbreuk op wedstrijdbeelden Eredivisie te staken toegewezen. 1019h Rv proceskostenveroordeling toegewezen: € 3.383,70. Dwangsom van € 1000 voor iedere dag of een gedeelte daarvan dat in strijd met gebod wordt gehandeld.

 

IEPT20200310, Hof Amsterdam, Earth Concepts v Upstream
Merkenrecht. Vordering tot nakoming contractuele verplichting tot overdracht van Benelux merken niet toewijsbaar nu deze door contractuele wederpartij/(oorspronkelijk)rechthebbende aan een derde zijn overgedragen. Door eisende partij gelegde beslag tot levering (alleen betekend aan het BBIE) maakt laatstbedoelde overdracht niet ongeldig. Positie gevoegde partij. Vonnis bekrachtigd.

 

IEPT20200306, HR, Epal v PHZ

Hoge Raad stelt prejudiciële vragen over verzet op grond van een collectief merk en artikel 13(2) GMeV tegen de verdere verhandeling van door een niet-licentienemer gerepareerde merkproducten 

 

IEPT20200305, Rb Midden-Nederland, Rainbow v Transportinfo

Beoogde doel van TMS-software te ruim omschreven door Transportinfo. Auteursrechtinbreuk op TMS-software, nu Transportinfo niet heeft voldaan aan stelplicht dat werkzaamheden aan TMS-software onder uitzondering artikel 45j Aw vallen: onvoldoende duidelijke omschrijving van werkzaamheden aan TMS-software gegeven en daardoor onvoldoende onderbouwd dat werkzaamheden technisch “absoluut vereist” waren. Partijen mogen akte nemen over causaal verband tussen auteursrechtinbreuk en door Rainbow gestelde schade en de hoogte ervan.

 

IEPT20200305, Rb Amsterdam, VATfree v Innova

Gebruik van woord “taxfree” in handelsnaam/logo Innova gezien beschrijvende aard toegestaan: een onrechtmatig aanhaken bij of verwarringsgevaar met (naam) "VATfree". Innova mag niet haar voordeel doen met de formulieren waarop persoonsgegevens staan van klanten, die zijn bestemd voor VATfree en die per ongeluk in de brievenbussen van Innova worden gedeponeerd en mag niet Vatfree in negatief daglicht stellen. Innova moet formulieren die zijn bestemd voor VATfree en die in de brievenbussen van Innova worden gedeponeerd, zo snel mogelijk doorsturen.

 

IEPT20200305, HvJEU, Halloumi v EUIPO

Rechtspraak over verwarringsgevaar ook van toepassing indien het oudere merk een collectief Uniemerk is waarvan de wezenlijke functie erin bestaat de waren of diensten van de leden van een vereniging te onderscheiden van die van andere ondernemingen: geen van de kenmerken van collectieve Uniemerken rechtvaardigt afwijking. Ook als het collectieve Uniemerk HALLOUMI impliciet verwijst naar de Cypriotische geografische herkomst van de betrokken waren, is onderscheidend vermogen vereist: geen andere beoordeling bij vaststellen onderscheidend vermogen ouder collectief Uniemerk bestaan uit tekens of aanduidingen die in de handel kunnen wijzen op de plaats van herkomst van de waren of diensten. Gerecht heeft onderscheidend vermogen van HALLOUMI niet te laag ingeschat: na analyse van bewijs objectief vastgesteld dat de term “halloumi” een bepaalde soort kaas aanduidt die volgens een bijzonder recept wordt geproduceerd en dat het onderscheidend vermogen van een dergelijk merk, dat zich beperkt tot het aanduiden van een productsoort, zwak is. Ten onrechte geoordeeld dat geen sprake is van verwarringsgevaar tussen HALLOUMI en BBQLOUMI omdat het bestaan van een zekere mate van visuele, fonetische en begripsmatige overeenstemming niet zou volstaan om te concluderen tot verwarringsgevaar met een ouder merk met zwak onderscheidend vermogen: zwak onderscheidend vermogen sluit het bestaan van verwarringsgevaar niet uit, niet voldaan aan het vereiste van een globale beoordeling waarbij er rekening wordt gehouden met de onderlinge samenhang van de relevante factoren.

 

IEPT20200304, Rb Midden-Nederland, Auteursrecht foto's

Inbreuk op auteurs- en persoonlijkheidsrechten aangenomen door plaatsen van vier foto's op website: foto's in bewerkte vorm en zonder naamsvermelding geplaatst zonder toestemming van eiseres. Gedaagde veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding van € 1.200: onvoldoende gemotiveerd weersproken dat zij ten tijde van de geconstateerde inbreuk verantwoordelijk was voor de website en inhoud daarvan, in aansluiting op de tarieven van Stichting Foto Anoniem wordt een bedrag van € 300 per foto toegewezen

 

IEPT20200304, Rb Midden-Nederland, Auteursrecht luchtfoto

Schadevergoeding van € 456,25 toegewezen wegens inbreuk op auteursrecht en persoonlijkheidsrecht maker luchtfoto: gedaagde heeft foto zonder toestemming van eiser in gewijzigde vorm en zonder naamsvermelding op website geplaatst, schadevergoeding gebaseerd op gemiste licentievergoeding van € 365 met opslag van 25% wegens ontbreken naamsvermelding

 

IEPT20200304, Rb Den Haag, Loendersloot

Rechtbank Den Haag onbevoegd gelet op overeengekomen arbitragebeding. Kosten in vrijwaringszaak als nodeloos gemaakt beschouwd: zaak bij verkeerde instantie aanhangig gemaakt. Proceskostenveroordeling volgens liquidatietarief: vorderingen gebaseerd op (nakoming van) contractuele afspraken en niet tot handhaving intellectuele eigendom.

 

IEPT20200304, Rb Den Haag, Juul Labs v Mr-Joy

Verhaalsbeslag opgeheven onder voorwaarde dat voor bedrag van € 50.000 zekerheid wordt gesteld: betreft het bedrag dat aan de voorzieningenrechter is voorgelegd door Juul Labs Inc c.s. Bankgarantie volgens model van de Nederlandse Vereniging van Banken 1999 biedt voldoende zekerheid (artikel 705 Rv), enkele feit dat bankgarantie pas kan worden uitgewonnen als vonnis in kracht van gewijsde is gegaan betekent niet dat zekerheid onvoldoende is, bankgarantie biedt ook voordelen, zoals bij faillissement (waarbij conservatoir beslag vervalt maar bankgarantie zekerheid blijft bieden) of situatie dat meerdere schuldeisers cumulatief beslag leggen op hetzelfde goed, Juul Labs Inc c.s. heeft geen uitvoerbaarheid bij voorraad gevorderd, waardoor zij ook bij voortduring huidige beslag moet wachten totdat toewijzend vonnis kracht van gewijsde heeft.

 

IEPT20200304, HvJEU, EUIPO v Equivalenza Manufactory

Gerecht heeft blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door in de fase van de beoordeling van de overeenstemming van de conflicterende tekens rekening te houden met de omstandigheden waaronder de betrokken waren in de handel worden gebracht:  in rechtspraak van het HvJEU zijn die omstandigheden weliswaar uiteenlopend toegepast bij hetzij de beoordeling van de overeenstemming van de conflicterende tekens hetzij de globale beoordeling van het verwarringsgevaar, inaanmerkingneming van de omstandigheden waaronder de betrokken waren in de handel zijn gebracht behoort echter tot de fase van de beoordeling van het verwarringsgevaar en niet tot die van de beoordeling van de overeenstemming van de conflicterende tekens, welke moet worden gemaakt in het licht van de intrinsieke kwaliteiten van de conflicterende tekens. Gerecht heeft blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te oordelen dat de fonetische overeenstemming wordt  geneutraliseerd door het begripsmatige verschil en vervolgens af te zien van beoordeling verwarringsgevaar: alleen in het uitzonderlijke geval waarin ten minste één van de conflicterende tekens in de ogen van het relevante publiek een duidelijke, vaste en onmiddellijk begrijpelijke betekenis heeft kan worden afgezien van de beoordeling van verwarringsgevaar op grond dat deze tekens ondanks het bestaan van bepaalde elementen van visuele of fonetische overeenstemming ervan door de uitgesproken begripsmatige een andere totaalindruk oproepen, geenszins vastgesteld dat hier sprake van is. EUIPO heeft terecht geconcludeerd dat verwarringsgevaar bestaat tussen het aangevraagde beeldteken BLACK LABEL by equivalenza en het beeldmerk LABELL: gemiddelde mate van visuele overeenstemming, gemiddelde mate van fonetische overeenstemming, begripsmatig verschil niet van dien aard dat de overeenstemming wordt geneutraliseerd, gemiddeld onderscheidend vermogen, gemiddeld aandachtsniveau van het relevante publiek, waren gelijk, aanwezigheid van de termen “black” en “by equivalenza” niet voldoende om verwarringsgevaar uit te sluiten.

 

IEPT20200304, HvJEU, Tulliallan Burlington v EUIPO

Gerecht heeft blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door een ex artikel 8 lid 5 Uniemerkenverordening (bekende merken) ingestelde oppositie af te wijzen wegens ontbreken elementen die wijzen op vermindering van de “aantrekking” van de oudere merken: artikel biedt bescherming tegen (i) afbreuk aan het onderscheidend vermogen van het oudere merk, (ii) afbreuk aan de reputatie van dat merk en (iii) ongerechtvaardigd voordeel uit het onderscheidend vermogen of de reputatie van dat merk. Met de ambigue verwijzing van het Gerecht naar een eventuele vermindering van de “aantrekking” van de oudere merken kan niet met zekerheid worden bevestigd dat het daadwerkelijk heeft nagegaan of sprake is van een van die drie inbreuken. Gerecht heeft blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te constateren dat het ontbreken van enige specifieke aanduiding inzake de waren die kunnen worden verkocht in de verschillende winkels waaruit een winkelgalerij als de door de oudere merken aangeduide winkelgalerij bestaat, in de weg stond aan elke associatie tussen deze winkels en de door de aangevraagde merken aangeduide waren: in het Praktiker-arrest (IEPT20050707) is weliswaar geoordeeld dat van de aanvrager dient te worden verlangd dat hij de waren of soorten waren waarop deze diensten betrekking hebben specificeert, dit arrest heeft geen betrekking op bescherming die wordt verleend door op de datum van dat arrest ingeschreven merken zoals de merken in casu, uit het arrest blijkt bovendien niet dat een oppositie ex artikel 8 lid 1 onder b  Uniemerkenverordening meteen kan worden afgewezen door eenvoudigweg te stellen dat er geen enkele specifieke aanduiding is van de waren waarop de onder het oudere merk aangeboden detailhandelsdiensten betrekking kunnen hebben.

 

IEPT20200303, Hof Amsterdam, De Volkskrant

Artikel uit 1999 over betrokkenheid appellant bij organiseren piramidespel Eurobizz Diamond niet onrechtmatig: voldoende steun in feitenmateriaal dat appellant eerder betrokken was bij piramidespel Top Stair, bewering dat Eurobizz een piramidespel was c.q. zich daarmee bezig hield vindt voldoende steun feitenmateriaal, gelet op publicaties andere media, verklaring onder ede appellant en veroordeling appellant tot jaar voorwaardelijke gevangenisstraf in België. Gebrek aan wederhoor van ondergeschikt belang: niet aangevoerd en aannemelijk dat wederhoor kern van artikel – betrokkenheid appellant bij organiseren van piramidespel – zou hebben ontzenuwd, nu dat ook in dit geding niet is gelukt. Met publicatie was destijds publieke belang gediend en appellant is publiek figuur die zich meer publiciteit moet laten welgevallen dan gemiddeld het geval is.

 

IEPT20200303, Hof Den Haag, Miss India Holland

Uitlatingen die gedaagden richting de pers hebben gedaan over de organisator en het verloop van de Miss India Holland-verkiezing niet onrechtmatig: in dit kort geding kan het hof geen uitspraak doen over de gegrondheid van verwijten, vermeende misstanden - onveiligheid, ongepast gedrag van de organisator, oneerlijke verkiezingen - zijn (indien juist) voldoende ernstig om bekend te mogen maken, berichten zijn voldoende terughoudend, zakelijk en niet onnodig grievend, gedaagden konden in redelijkheid van mening zijn dat sprake was van een misstand.