2019 Hof Den Haag

Print this page

IEPT20191224, Hof Den Haag, Philips v Wiko EP - 525

Conclusies 10, 11 en 14 EP 525 nieuw ten opzichte van algemene vakkennis en Shad en inventief ten opzichte van combinatie daarvan: Conclusies 10, 11 en 14 EP 525 nieuw ten opzichte van Motorola 744: openbaart niet dat vermogen ACK- en NACK-signalen afzonderlijk kunnen worden ingesteld. Conclusies 10, 11 en 14 EP 525 nieuw ten opzichte van Motorola 021: openbaart o.a. niet dat vermogen ACK- en NACK-signalen afzonderlijk kunnen worden ingesteld en helemaal niet met doel om foutkansen te beïnvloeden. Conclusies 10, 11 en 14 EP 525 nieuw ten opzichte van WO 252. Conclusie 10 EP 525 nieuw ten opzichte van US 174: o.a. deelkenmerk uit conclusie 10 dat keuze wordt gemaakt uit set van ten minste twee beschikbare signaaltypes niet geopenbaard. Conclusie 10 EP 525 inventief ten opzichte van US 174: bij gebreke van tweede type bevestigingssignaal wordt niet geleerd en ligt het ook niet voor de hand om voor verschillende signaaltypen verschillende afzonderlijk instelbare vermogensniveaus toe te passen, geen aanleiding of aanwijzing om de ontbrekende maatregelen uit conclusie 10 toe te passen op US 174. Conclusie 10, 11 en 14 EP 525 nieuw ten opzichte van WO 477: in WO 477 geen sprake van overseinen van indicatie door basisstation voor elk signaaltype afzonderlijk. Geen toegevoegde materie: toegevoegde deelkenmerk komt voor de gemiddelde vakman voldoende kenbaar uit oorspronkelijke aanvrage. Wiko maakt inbreuk op EP 525: conclusies 10, 11 en 14 EP 525 geïncorporeerd in HSDPA-protocol dat door Wiko wordt toegepast. Beroep op litispendentieregel (artikel 29 en 30 herschikte EEX-Vo) door Wiko om behandeling Frand-verweer aan te houden tot in Duitse procedure daarover is beslist afgewezen: in Duitse procedure sprake van andere octrooien dan in Nederlandse procedure, dus geen sprake van vereiste samenhang. Geen misbruik van recht door Philips, Frand-verweer (beroep op Huawei / ZTE-arrest (IEPT20150716) faalt: Wiko heeft niet bestreden dat zij zich voorafgaand aan instellen onderhavige procedure geen willing licensee heeft getoond. Geen misbruik van machtspositie door Philips: onvoldoende onderbouwd dat licentievoorstel Philips niet aan Frand-voorwaarden voldoet, onvoldoende onderbouwd dat aanbod Philips discriminatoir is, tegenvoorstel Wiko voldoet niet aan Frand-voorwaarden.

 

IEPT20191224, Hof Den Haag, Philips v Asus - EP 525

Conclusies 10, 11 en 14 van EP 525 nieuw ten opzichte van EV-DO standaard en UMTS-standaard, handboeken en Shad/ Shad Derryberry-publicatie, Motorola I voorstel, WO 477, WO 844 en de Nokia bijdrage. Conclusie 10 inventief t.o.v. algemene vakkennis: geen aanwijzing in handboeken dat voor vaststellen foutkansen verschillende signaaltypen energiewaarden E1 en E0 zouden kunnen worden gebruikt door deze onafhankelijk van elkaar in te stellen. Conclusie 10 inventief t.o.v. EV-DO standaard in combinatie met algemene vakkennis en/of Shad of Shad Derryberry: bevatten geen aanwijzing op grond waarvan vakman vermogensniveaus van ACK- en NACK-signalen onafhankelijk van elkaar naar gelang de omstandigheden zou variëren. Conclusie 10 inventief t.o.v. TR 25.855 in combinatie met algemene vakkennis, Shad of Shad Derryberry: openbaren niet dat vermogensniveau van ACK- en NACK-signaal afzonderlijk instelbaar is om foutkansen van verschillende signalen ten opzichte van elkaar te beïnvloeden en nergens geopenbaard dat indicatie door basisstation wordt verzonden afhankelijk van type signaal. Conclusie 10 inventief t.o.v. algemene vakkennis in combinatie met WO 884 / WO 252: WO 884 bevat drietal verschilmaatregelen met conclusie 10, waarvan twee ook niet in handboeken voorkomen, waardoor vakman niet met algemene vakkennis tot probleemoplossing kan komen. Geen toegevoegde materie: toegevoegde deelkenmerk komt voor de gemiddelde vakman voldoende kenbaar uit oorspronkelijke aanvrage. Asus maakt inbreuk op EP 525: conclusies 10, 11 en 14 EP 525 geïncorporeerd in HSDPA-protocol dat door Asus wordt toegepast. Beroep op Huawei / ZTE arrest (IEPT20150716) faalt: hof verwijst naar uitspraak in de EP 511 zaak (IEPT20190507) en oordeelt dat Asus geen “willing licensee” is.

 

IEPT20191224, Hof Den Haag, Philips v Asus - EP 659

Conclusie 1 Hulpverzoek II EP 659 niet inventief. Verschilmaatregel i) niet inventief: heeft geen enkel efficiency-verbeterend effect, waardoor inventiviteit daar niet in kan zijn gelegen. Verschilmaatregel ii) niet inventief: vakman zou voor oplossen probleem van verhogen efficiency van fractioneel neergaand kanaal volgens Nortel 2 via Nortel 1 op gedachte zijn gekomen om geen pilootbits op te nemen. Verschilmaatregel iii) niet inventief: vakman zou in Nortel 1 een incentive vinden om 2 bits-optie voor SIR-meting in beschouwing te nemen en via “enkele eenvoudige simulaties” vinden dat 2 bits meting in neergaand fractioneel kanaal zonder gebruikersdata geen probleem oplevert. Ook volgconclusies 2-7 Hulpverzoek II niet inventief: niet gesteld dat deze iets inventiefs toevoegen aan conclusie 1. Hulpverzoeken III t/m VII niet inventief: inventiviteit niet onderbouwd. Exhibitievordering Asus terecht afgewezen.

 

IEPT20191224, Hof Den Haag, Philips v Wiko - EP 659

Conclusie 1 Hulpverzoek II EP 659 niet inventief. Verschilmaatregel i) niet inventief: heeft geen enkel efficiency-verbeterend effect, waardoor inventiviteit daar niet in kan zijn gelegen. Verschilmaatregel ii) niet inventief: vakman zou voor oplossen probleem van verhogen efficiency van fractioneel neergaand kanaal volgens Nortel 2 via Nortel 1 op gedachte zijn gekomen om geen pilootbits op te nemen. Verschilmaatregel iii) niet inventief: vakman zou in Nortel 1 een incentive vinden om 2 bits-optie voor SIR-meting in beschouwing te nemen en via “routineklusje” vinden dat 2 bits meting in neergaand fractioneel kanaal zonder gebruikersdata geen probleem oplevert. Ook volgconclusies 2-7 Hulpverzoek II niet inventief: niet gesteld dat deze iets inventiefs toevoegen aan conclusie 1.  Hulpverzoeken III t/m VII niet inventief: inventiviteit niet onderbouwd.

 

IEPT20191224, Hof Den Haag, Huisbaas v Google

beschikking 7 februari 2019 bekrachtigd. Artikelen over huisbaas hoeven niet verwijderd te worden uit zoekresultaten Google: opname links zijn strikt noodzakelijk ter bescherming van de vrijheid van informatie van de internetgebruikers, appellant speelt rol in openbaar leven, het geschetste beeld van Appellant, die als huisjesmelker problemen veroorzaakt, dat uit de bronpublicaties naar voren komt, is ook nog actueel. De bronpublicaties zijn gepubliceerd door journalistieke media of andere organisaties die als taak hebben publiek te informeren. Dat de bronpublicaties niet juist zijn kan niet leiden tot een andere uitkomst, aangezien de door Appellant genoemde punten ondergeschikte onderdelen van de bronpublicatie betreffen.

 

IEPT20191224, Hof Den Haag, Philips v Asus - EP 525

Conclusies 10, 11 en 14 van EP 525 nieuw ten opzichte van EV-DO standaard en UMTS-standaard, handboeken en Shad/ Shad Derryberry-publicatie, Motorola I voorstel, WO 477, WO 844 en de Nokia bijdrage. Conclusie 10 inventief t.o.v. algemene vakkennis: geen aanwijzing in handboeken dat voor vaststellen foutkansen verschillende signaaltypen energiewaarden E1 en E0 zouden kunnen worden gebruikt door deze onafhankelijk van elkaar in te stellen. Conclusie 10 inventief t.o.v. EV-DO standaard in combinatie met algemene vakkennis en/of Shad of Shad Derryberry: bevatten geen aanwijzing op grond waarvan vakman vermogensniveaus van ACK- en NACK-signalen onafhankelijk van elkaar naar gelang de omstandigheden zou variëren. Conclusie 10 inventief t.o.v. TR 25.855 in combinatie met algemene vakkennis, Shad of Shad Derryberry: openbaren niet dat vermogensniveau van ACK- en NACK-signaal afzonderlijk instelbaar is om foutkansen van verschillende signalen ten opzichte van elkaar te beïnvloeden en nergens geopenbaard dat indicatie door basisstation wordt verzonden afhankelijk van type signaal. Conclusie 10 inventief t.o.v. algemene vakkennis in combinatie met WO 884 / WO 252: WO 884 bevat drietal verschilmaatregelen met conclusie 10, waarvan twee ook niet in handboeken voorkomen, waardoor vakman niet met algemene vakkennis tot probleemoplossing kan komen. Geen toegevoegde materie: toegevoegde deelkenmerk komt voor de gemiddelde vakman voldoende kenbaar uit oorspronkelijke aanvrage. Asus maakt inbreuk op EP 525: conclusies 10, 11 en 14 EP 525 geïncorporeerd in HSDPA-protocol dat door Asus wordt toegepast. Beroep op Huawei / ZTE arrest (IEPT20150716) faalt: hof verwijst naar uitspraak in de EP 511 zaak (IEPT20190507) en oordeelt dat Asus geen “willing licensee” is.

 

IEPT20191202, Hof Den Haag, VG Colours v HE Licenties

Vordering tot schorsing tenuitvoerlegging van het vonnis van 19 juni 2019 toegewezen: VG Colours heeft onmiskenbaar belang bij schorsing van de tenuitvoerlegging, er bestaat een hoog risico dat VG Colours de schade door uitvoering van het vonnis niet kan verhalen op HE Licenties. Het gebrek aan verhaalsmogelijkheden weegt zwaar omdat vast staat dat de schade die VG Colours lijdt door uitvoering van het vonnis zeer omvangrijk is en de bedrijfsvoering van VG Colours in het hart raakt. Niet kan worden uitgegaan van het oordeel van de rechtbank over inbreuk van VG Colours, omdat deze was gestoeld op een klaarblijkelijke onjuiste veronderstelling dat VG bij haar conclusie van antwoord geen verweer had gevoerd tegen de stelling dat de gekleurde orchideeën van VG Colours onder de beschermingsomvang van voortbrengselconclusie 11 vallen. Rechtbank had ten onrechte als tardief aangemerkte verweren niet buiten beschouwing mogen laten. VRO-regime kan aan VG Colours niet worden tegengeworpen. Beoordeling rechtbank over inbreuk onzorgvuldig geweest.

 

IEPT20191112, Hof Den Haag, Goodwill in faillissement

Gefailleerde [onderneming X] niet onredelijk benadeeld door eindigen licentieovereenkomst voor gebruik domeinnaam zonder formele opzegging: onbetwist dat [onderneming X] geen (licentie)kosten wilde maken die zij niet kon betalen, licentievergoeding reeds lange tijd niet voldaan, licentieovereenkomst bevatte bepaling voor beëindiging bij faillissement. Geen onttrekking of overdracht handelsnaam/e-mailadres [handelsnaam] van gefailleerde: niet onderbouwd dat [onderneming Y] handelsnaam [handelsnaam] en e-mailadres gebruikt. Onvoldoende onderbouwd dat website door [onderneming Y] is overgenomen of onrechtmatig is onttrokken aan gefailleerde: sprake van standaard content op basis van een gehuurde template waarvoor maandelijkse vergoeding wordt betaald, door [onderneming Y] nieuwe overeenkomst aangegaan, niet gesteld welke waarde aan ‘de content’ van de website toegekend zou moeten worden. Geen onttrekking of overdracht telefoonnummer aan gefailleerde: betref privé telefoonnummer van [A], niet gebleken dat nummer van gefailleerde [onderneming X]  afkomstig is of dat zij daarop gebruiksrecht had. Geen overname klantenbestand van gefailleerde [onderneming X] door [onderneming Y]: uit feit dat voormalige klanten van gefailleerde [onderneming X] door gebruik van telefoonnummer [A] klant zijn geworden bij [onderneming Y] volgt nog niet dat een deel van het klantenbestand van gefailleerde [onderneming X] is overgenomen door [onderneming Y], [A] niet te verwijten dat klanten op eigen initiatief klant bij [Y] zijn geworden, onvoldoende onderbouwd dat ervaring [A] een actief vormde dat toekwam aan [onderneming X] en waarvoor [onderneming Y] derhalve een vergoeding diende te betalen.

 

IEPT20191105, Hof Den Haag, Droomvallei Uitgeverij

Publicatie boek over huiselijk geweld onder eigen naam [geïntimeerde 1] en met eigen foto op omslag moet wijken voor recht op bescherming privéleven appellant en zijn eer en goede naam: verhaal herleidbaar naar appellant, hoewel sprake was van huiselijk geweld zijn er geen objectiveerbare feiten voor wat betreft ernst en duur, enkel verhaal [geïntimeerde 1], ten minste één kind appellant heeft bezwaar tegen publicatie, passages over appellant maken zeker de helft van het boek uit.

 

IEPT20191029, Hof Den Haag, Amaryllis

[X B.V.] ontvankelijk in beroep tegen [Y CV]: voortzetting van [Y VOF] met behoud van identiteit. Niet bewezen dat [naam 3] licentiegelden heeft betaald voor de teelt- en verkoopactiviteiten van [Y]. Inbreuk op kwekersrechten [X B.V.]: [Y] heeft door [naam 1] aangevangen teelt van bollen van de beschermde rassen afgemaakt en uit die teelt afkomstige leverbare bollen verkocht. Winstafdracht bollen: € 122.100,23 (88.175 bollen x € 1,6789 aan omzet minus kosten van € 25.933,82). Winstafdracht plantgoed: € 74.042,82 (750m2 x 80 bollen x € 1,6789 aan omzet minus kosten van € 21.176,47). Schade als gevolg van gebruik van onjuiste rasbenaming van € 4.903,58 (2,5% van vastgestelde winst) toegewezen: aangenomen dat effect van onjuiste rasbenaming relatief gering is geweest, nu afnemers in algemeen in staat zijn ras van bollen vast te stellen, zelfs als bollen onder andere naam worden geleverd. 1019h Rv proceskostenveroordeling van € 131.422,96 in eerste aanleg en € 130.498,50 in hoger beroep toegewezen: indicatietarieven in casu geen goede indicatie van redelijkheid en evenredigheid, gelet op uitzonderlijk veel bewijsverrichtingen die nodig zijn geweest om onjuiste, maar stellig verdedigde standpunt [Y] dat bollen beschermde rassen heeft versnipperd te weerleggen. Aanvullende vergoeding van 50% aan succes fee niet redelijk en evenredig.

 

IEPT20191022, Hof Den Haag, Vogelfotos

Stichting Natuur & Landschap Zwijndrechtse Waard heeft inbreuk gemaakt op auteursrecht vrijwilliger door zijn foto’s op dvd te plaatsten, onder 52 vrijwilligers te verspreiden en openbaar te maken in een informatiecentrum: onderwijsexceptie niet van toepassing. Inbreuk op persoonlijkheidsrecht door op dvd “© [initialen samensteller dvd]” te vermelden. Schadevergoeding begroot op € 3.025 in plaats van gevorderd bedrag van € 12.000 : schade toe te rekenen aan Stichting nu het geringe moeite had gekost om aanname dat eiser geen bezwaar zou hebben tegen het gebruik te verifiëren, in eerste aanleg gehanteerde redenering dat geen sprake is van schade omdat Stichting nooit vergoeding zou hebben betaald strookt niet met objectieve schadebegroting forfaitaire vergoeding, wel aannemelijk dat vrijwilliger toestemming zou hebben verleend tegen veel lagere vergoeding dan de door hem in rechte gevraagde vergoeding van € 100 per foto.

 

IEPT20191017, Hof Den Haag, Credits filmproducer

Afgesproken dat appellant de co-producer en ‘in association with’ credits alleen krijgt indien hij in totaal € 2.000 inlegt: inleg niet betaald en jarenlang geweigerd, inleg niet meer nodig. Geen spoedeisend belang bij vorderingen inzake winstverdeling voorafgaande aan promotie, distributie en vertoning van de film: daadwerkelijke winstverdeling vindt pas plaats als er winst is, onvoldoende duidelijk tot welk eindresultaat onderhandelingen zouden leiden.

 

IEPT20191001, Hof Den Haag, Belcentrale v KPN

Voorzieningenrechter terecht geoordeeld dat niet aannemelijk is dat KPN-medewerkers zich jegens eindgebruikers structureel in strijd met de Raamovereenkomst en/of het Totaalpakket uitlaten: beperkt aantal gesprekken, sprake van uitlokking, voldoende aannemelijk dat KPN zich inspant voor neutraliteit jegens klanten en niet of nauwelijks schade.

 

IEPT20190917, Hof Den Haag, Novartis v Teva

Octrooien EP 603 en EP 246 nawerkbaar: effect dat everolimus ook werkzaam is indien toegepast bij behandeling van HR+ borstkanker plausibel, gelet op algemene vakkennis vakman en in aanvrage genoemde resultaten van behandeling van andere tumoren met everolimus. Conclusie 1 en 2 EP 246 nieuw ten opzichte van WO 975: geen directe en ondubbelzinnige openbaarmaking van everolimus in combinatie met een aromataseremmer, hiervoor moet keuze uit drie lijsten worden gemaakt, zonder dat er duidelijke aanwijzing is voor de precies in EP 246 onder bescherming gestelde combinatie. “Arbitraire alternatieven” doctrine: vereist dat sprake is van meerdere bekende stoffen, met bekende (wezenlijk( gelijkwaardige eigenschappen / werkzaamheid. Octrooien inventief: vakman zou op prioriteitsdatum everolimus en rapamycine resp. temsirolimus niet beschouwen als gelijkwaardige alternatieven en niet overwegen everolimus toe te passen. EP 246 bevat geen toegevoegde materie: inmiddels verleend en direct en dubbelzinnig uit aanvrage af te leiden. Belangenafweging staat inbreukverbod verbod aan Teva niet in de weg: verbod handhaaft zoveel mogelijk de status quo doordat prijsbederf wordt voorkomen.

 

 

IEPT20190910, Hof Den Haag, Biogen v Swiss Pharma

Conclusie 1 niet-inventief: Vakman zou gelet op beschrijving begrijpen dat uitvinding van EP 127 betrekking had op langdurig voorkomen van door MS veroorzaakte nieuwe ontstekingen en herontstekingen, door het chronisch toedienen van natalizumab. Geen nieuw technisch effect dat duur van de ontstekingen bij chronische ontstekingen afneemt: uit afname van ‘new enhancing’ laesies vloeit automatisch afname ‘persistent enhancing’ laesies voort, effect op ‘persistent enhancing lesions’ niet nieuw en verrassend. Conclusie 2 niet inventief: rechtbank heeft terecht overwogen dat eventuele twijfels op grond van Tubridy over gedurende langere tijd toedienen van natalizumab worden weggenomen door Conference Abstract. Hulpverzoeken 1 en 2 niet toelaatbaar wegens toegevoegde materie: gemiddelde vakman zou uit de door Biogen genoemde passages niet begrijpen dat door toediening van natalizumab regressie van MS (hulpverzoek 1) of vermindering van schade aan weefsel als gevolg van door MS veroorzaakte pathologische ontsteking (hulpverzoek 2) zou optreden. Hulpverzoek 3 niet nieuw c.q. inventief: verminderen van aantal ‘persistent Gd-enhancing lesions’ door toediening van natalizumab vloeit rechtstreeks voort uit de vermindering van het aantal ‘new enhancing lesions’,  vermindering van het aantal ‘new enhancing lesions’ door toediening van 3 of 6 mg/kg natalizumab iedere 4 weken was reeds geopenbaard in de Conference Abstract. Hulpverzoek 4 bevat toegevoegde materie.

 

IEPT20190827, Hof Den Haag, Icos v Teva

EP 181 voor behandeling erectiestoornissen niet inventief ten opzichte van Daugan-publicatie. Verschilmaatregel EP 181 met Daugan: de geopenbaarde eenheidsdosering van 1-5 mg met een maximale dosis van 5 mg tadalafil per dag. Objectief technisch probleem: het vaststellen van een geschikte / optimale dosering van tadalafil voor de behandeling van erectiele disfunctie: vakman zal altijd streven naar dosis die zo werkzaam mogelijk is maar zo min mogelijk bijwerkingen oplevert, waardoor dit streven in objectief technische probleem moet worden meegelezen. Vakman zou op grond van Daugan gemotiveerd zijn om onderzoek te doen naar geschikte dosering voor tadalafil, waarmee hij veelbelovend Viagra-alternatief zou kunnen ontwikkelen: Daugan openbaart dat tadalafil zeer krachtige en selectieve PDE5-remmer is die geschikt is voor geneesmiddel voor behandeling erectiele disfunctie bij een mens. Vakman zou een zodanige verwachting van succes hebben om een geschikte formulering voor tadalafil te vinden dat hij de onderzoeken in gang zou zetten. Conclusie 10 (en overige conclusies, waarvan inventiviteit niet is verdedigd) niet inventief, nu is voldaan aan several steps benadering EOB: enkele onvoorspelbaarheid van het te verkrijgen resultaat maakt resultaat dat wordt verkregen door middel van een standaard onderzoek waarbij geen enkele inventieve stap wordt gezet niet inventief.

 

IEPT20190827, Hof Den Haag, Tinnus

Geen grond voor schorsing procedure over waterballonvullers wegens aanhangige nietigheidsprocedure bij EUIPO voor zover het geschil niet gaat over de geldigheid van Gemeenschapsmodellen: vordering tot vaststelling van niet-inbreuk uitdrukkelijk uitgezonderd van schorsingsregeling artikel 91 GModVo, voor zover de Nederlandse rechter al bevoegd is tot schorsing kan in beginsel niet worden gevergd dat oordeel over geldigheid Gemeenschapsmodel tot in hoogste instantie wordt afgewacht alvorens een beslissing te krijgen op de niet-inbreukvordering. Geen grond voor schorsing op auteursrecht gebaseerde vorderingen: ook op die vorderingen is artikel 91 GModVo niet van toepassing. Vordering tot nietigverklaring en inbreukvorderingen Gemeenschapsmodellen moeten wel worden geschorst: niet relevant of het gaat om Gemeenschapsmodellen waartegen appellante zelf geen nietigheidsvordering heeft ingesteld. Wapperverbod, bevel tot rectificatie en de veroordeling tot schadevergoeding moeten slechts worden geschorst  voor zover de vorderingen zijn gebaseerd op de gestelde nietigheid van de Gemeenschapsmodellen.

 

IEPT20190730, Hof Den Haag, Roche v Celltrion

Geschil geschorst in afwachting van beslissing oppositieafdeling m.b.t. EP 304: er wordt gelet op onbestreden verzoek van Biogen wel oordeel gegeven over beroep op het recht van voorrang. Zowel wanneer het recht van voorrang als octrooirechtelijke kwestie wordt gezien als wanneer het recht als vermogensrecht wordt gezien is het lex loci protectionis (in casu het EOV) van toepassing op vraag wie recht van voorrang kan inroepen. Indien in verschillende landen vervolgaanvragen worden ingediend moet per land worden bepaald of en zo ja onder welke voorwaarden beroep op voorrang kan worden gedaan. Recht van voorrang kan niet als ‘vordering’ ten opzichte van een ‘schuldenaar’ worden aangemerkt ex artikel 12 EVO-Verdrag en artikel 14 Rome I-Vo. Vraag wie beroep kan doen op recht van voorrang dient op grond van verdragsautonome uitleg te worden beantwoord: regel dat Europees octrooi is onderworpen aan zelfde bepalingen als nationaal octrooi geldt ex artikel 138 EOV niet voor nietigheidgronden (waaronder het gesteld gebrek aan nieuwheid in deze procedure). Hof neemt aan dat met ‘rechtsopvolger’ uit artikel 87 EOV wordt gedoeld op persoon op wie recht op voorrang is overgegaan in plaats van de persoon op wie prioriteitsaanvraag is overgegaan. Recht van voorrang is ex artikel 87 EOV – goederenrechtelijk gezien – vatbaar voor overdracht. Geen vormvereisten voor overdracht recht van voorrang onder bijzondere titel. Overeenkomst tussen [naam 1] en Biogen op grond van EVO-Verdrag beheerst door recht van Massachusetts, waardoor overeenkomst volgens letterlijke tekst moet worden uitgelegd, tenzij bepalingen onduidelijk zijn. Uit tekst overeenkomst blijkt ondubbelzinnig dat recht van voorrang behoort tot de rechten met betrekking tot Proprietary Information die krachtens artikel 5 van de overeenkomst worden overgedragen. Ten overvloede geoordeeld dat gegeven uitleg in overeenstemming met strekking van de Overeenkomst en de intenties van de contractspartijen is: het bewerkstelligen dat alle rechten bij de werkgever komen te rusten.

 

IEPT20190726, Hof Den Haag, Google

Hof wijst verzoek Google tot wraking Raadsheer toe : vrees bestaat dat Raadsheer niet onpartijdig zal zijn in de procedure, Hof Arnhem-Leeuwarden eerder procedure gestart om pagina’s “Zwarte Lijst Rechters” van SIN-NL uit Google-resultaten te verwijderen en gewraakte Raadsheer staat op deze lijst.

 

IEPT20190723, Hof Den Haag, GEU v Snappet
Auteursrecht dient niet ter bescherming van didactische inzichten aangezien een keuze gebaseerd op een didactische doelstelling vergelijkbaar is met een keuze die ingegeven is door een technische doelstelling. Leerroutes GEU moeten worden aangemerkt als auteursrechtelijk beschermde werken, zij het met een beperkte beschermingsomvang: combinatie gevormd door 1 auteursrechtelijk beschermd element (invulling lesdoel door ankerverhaal en concrete opgaven) en drie onbeschermde elementen (thema’s en themawoorden, lessenstructuur en lesdoelen). Geen auteursrechtinbreuk door Snappet op lesmateriaal GEU, totaalindruk lesmateriaal GEU is anders dan die van Snappet: punten van overeenstemming hebben betrekking op niet beschermde elementen en de overeenstemming op het niveau van de concrete opgaven is te gering. Geen sprake van onrechtmatige daad: Snappet ontkent gebruik identieke opgaven GEU, Snappet wekt niet ten onrechte de indruk dat zij samenwerkt met GEU, totaalindrukken komen niet overeen en Snappet heeft met de verschillen voldoende afgeweken. Beroep GEU op sui generis databankrecht faalt: GEU onvoldoende geconcretiseerd welke investering is gedaan.

 

IEPT20190716, Hof Den Haag, Top Logistics v Hennessy

Exhibitievordering terecht toegewezen: Hennessy mag in hoger beroep ter onderbouwing van haar exhibitievordering ook bescheiden ten grondslag leggen waarover zij de beschikking heeft gekregen door de in het bestreden vonnis toegewezen exhibitie, aan vereiste van bestaan rechtsbetrekking voldaan nu voldoende aannemelijk is dat Top Logistics onrechtmatig handelt door - in ieder geval - het faciliteren van de opslag, het vervoeren/of de verhandeling van communautaire gedecodeerde Hennessy-producten, bescheiden voldoende bepaald de belangen van Top Logistics enerzijds en MHCS anderzijds afwegend is sprake van een rechtmatige belang bij exhibitie.

 

IEPT20190702, Hof Den Haag, Philips v Wiko

Beroep op litispendentieregel (artikel 29 en 30 herschikte EEX-Vo) door Wiko om behandeling Frand-verweer aan te houden tot in Duitse procedure daarover is beslist afgewezen: in Duitse procedure sprake van andere octrooien dan in Nederlandse procedure, dus geen sprake van vereiste samenhang. Geen misbruik van recht door Philips, Frand-verweer (beroep op Huawei / ZTE-arrest (IEPT20150716) faalt: Wiko heeft niet bestreden dat zij zich voorafgaand aan instellen onderhavige procedure geen willing licensee heeft getoond. Geen misbruik van machtspositie door Philips: onvoldoende onderbouwd dat licentievoorstel Philips niet aan Frand-voorwaarden voldoet, onvoldoende onderbouwd dat aanbod Philips discriminatoir is, tegenvoorstel Wiko voldoet niet aan Frand-voorwaarden.

 

IEPT20190611, Hof Den Haag, Dance Events v Sena

Aparte tariefgroep dance events niet in strijd met gelijkheidsbeginsel: dance events zijn niet gelijk aan horeca/discotheken en nemen een speciale plaats in het uitgaansleven in. Sena heeft niet de “nabuurrechtelijke norm” gecreëerd door eerder het horeca-/discotheektarief toe te passen op dance events: Sena heeft vanaf het moment dat duidelijk was dat dance events een blijvend fenomeen waren, geprobeerd een nieuw tarief toe te passen. Recette (totaal aantal bezoekers x de ticketprijs minus BTW) grondslag voor vaststelling billijke vergoeding. Percentage ter berekening billijke vergoeding voor dance events vastgesteld op 1,625% van de recette: uitgaande van een 60% vergoedingsverplichtig repertoire en € 0,65 per bezoeker, met een aanpassing als blijkt dat Sena-repertoire hoger of lager is dan 60% en uitgaande van een ticketprijs van € 40,00. Bij evenementen met een ticketprijs van meer dan € 85,00 bedraagt de billijke vergoeding 1,3% van recette. Billijke vergoeding van gratis dance events vastgesteld op € 0.075.

 

IEPT20190611, Hof Den Haag, G-Star v Topstreetwear

Uitspraak Oberlandesgericht uit 2010 onvoldoende reden om inbreuk zonder inhoudelijke toetsing af te wijzen: arrest Oberlandesgericht is vanwege Unietrouw in beginsel richtinggevend, maar nu het is gewezen tussen andere partijen en onderscheidend vermogen geen constante grootheid is, dient het hof de inbreukvraag zelfstandig opnieuw te beoordelen. Beoordeling inbreukverbod en onderscheidend vermogen ex nunc: bij gebreke van aanwijzingen die tot een beperkte toetsing (‘ex tunc’) aanleiding moeten geven, zal de rechter in beginsel alle hem ter kennis gebrachte omstandigheden in zijn beoordeling dienen te betrekken,  hoger beroep behelst nieuwe behandeling van de zaak. Inbreuk ex artikel 2.20 lid 2 sub b BVIE op  RAW-Beneluxwoordmerken door gebruik RAW BLUE-tekens: visuele, auditieve en begripsmatige overeenstemming, gelijke waren, onderscheidend vermogen aanzienlijk toegenomen door gebruik, verwarringsgevaar te duchten. Ook inbreuk ex artikel 2.20 lid 2 sub b BVIE op Beneluxbeeldmerk Raw: totaalindruk evenzeer bepaald door het woord RAW als door het beeldelement.

 

IEPT20190604, Hof Den Haag, CGN v NRC

Artikel “Rabo stopt met Noorse broeders” niet onrechtmatig: door kop en eerste zin van artikel gewekte (onjuiste) indruk voldoende genuanceerd en gecorrigeerd in de rest van het artikel, voldoende gelegenheid voor wederhoor, artikel feitelijk juist, niet onnodig diffamerend en bijdrage aan maatschappelijk debat.

 

IEPT20190528, Hof Den Haag, MSS v TWT

Verweer dat voorzieningenrechter ten onrechte niet de zogenoemde problem solution approach (PSA) niet heeft toegepast verworpen: PSA niet verplicht, hof past PSA toe en komt niet tot ander oordeel dan voorzieningenrechter. Octrooi EP 515 voor “Mobile sanitary unit for accommodating at least three sanitary facilities” niet inventief in licht van DE 263: vakman zou met algemene vakkennis, uitgaande van bestaande inrichtring en met toepassing van het in DE 263 geopenbaarde verkleiningsmechanisme komen tot uitvinding volgens het octrooi. Gestelde secundaire indicia kunnen octrooi geen inventiviteit verlenen. (combinaties van) onderconclusies waarop hulpverzoeken MSS zien niet inventief: vakman zou met behulp van algemene vakkennis tot kenmerken hulpverzoeken komen.

 

IEPT20190521, Hof Den Haag, McCain v Simplot

Nietigheidsverweer inhoudende onduidelijkheid c.q. inconsistentie tekeningen model voor aardappelvorm van Simplot afgewezen: voldoende duidelijk dat tekeningen dezelfde gedraaide vorm van een aardappelfriet - gezien vanuit verschillende hoeken en op verschillende afstanden - tonen. Ook nietigheidsverweer inzake ontbreken nieuwheid en eigen karakter faalt: aanzienlijk verschil met oudere modellen, aanzienlijke mate van vrijheid voor de ontwerper. Rechts- en  linksdraaiende Rustic Twists van McCain maken inbreuk op het modelrecht van Simplot: Rustic Twists wekken geen andere algemene indruk dan het model. Afweging van wederzijdse belangen levert geen reden op om af te zien van verbod: voor opleggen inbreukverbod is niet nodig dat Simplot zelf  aardappelproducten op de EU-markt brengt.

 

IEPT20190514, Hof Den Haag, Asetek v Coolermaster

Octrooi EP 711 niet nieuw in licht van de Silent Stream koeler die op Computex 2003 is getoond.

 

IEPT20190507, Hof Den Haag, Jet Set

Jet Set c.s. niet ontvankelijk in principaal appel: geen grieven gediend. [geïntimeerde] ook in artikel 223 Rv-incident ontvankelijk in hoger beroep: in artikel 337 lid 1 Rv staat dat hoger beroep ‘kan’ worden ingesteld van een voorlopige voorziening ‘voordat het eindvonnis is gewezen’, en niet dat dat ‘moet’. Schikkingsregeling die is getroffen toen nadien vernietigd octrooi nog geldig was niet nietig op grond van artikel 101 VWEU/6 Mw: beïnvloeding tussenstaatse handel (artikel 101 VWEU) onvoldoende gemotiveerd en niet in te zien,aangezien vóór sluiten schikkingsregeling octrooi geldig was bestond er een (mededingingsrechtelijke) rechtvaardiging (bescherming industrieel eigendomsrecht), zodat regeling niet strekking had de mededinging te beperken, niet gesteld dat de Schikkingsregeling de mededinging in Nederland merkbaar beperkt. Geen onrechtmatige octrooihandhaving in periode dat schikkingsregeling was getroffen: binnen die periode vormde schikkingsregeling – naast of in plaats van het octrooirecht – grondslag voor handhaving octrooi, geen aanwijzing dat Jet Set c.s. buiten periode dat octrooi geldig was octrooi tegenover [geïntimeerde] hebben gehandhaafd.

 

IEPT20190507, Hof Den Haag, Philips v Asus

Uitvinding volgens EP 511 ziet op tijdelijke uitzondering op conventionele besturingsschema met doel om oplossing te bieden voor (tijdelijke) problemen die zich daarbij voordoen. 2e hulpverzoek duidelijk (art. 84 EOV): gemiddelde vakman zal begrijpen dat met “lower power level” wordt verwezen naar zendvermogen ná toepassing eerste criterium voor verlagen zendvermogen en vóór toepassing tweede criterium voor het verhogen van het zendvermogen. Tweede hulpverzoek nieuw in licht van 3GPP2-standaard: openbaart niet dat verlaging zendvermogen plaatsvindt binnen een frame (“the predetermined time period”) onder het tijdelijk loslaten van geldend offset, zoals Asus stelt. Ook als lezing Asus wordt gevolgd worden niet alle kenmerken conclusie 1 van 2e hulpverzoek in 3GPP2-standaard “direct en ondubbelzinnig” geopenbaard: lezing van Philips is realistisch alternatief. Rulnick, US 214 en Philips-voorstel niet nieuwheidsschadelijk. 2e hulpverzoek inventief ten opzichte van 3GPP2-standaard gecombineerd met algemene vakkennis: niet inzichtelijk gemaakt op grond waarvan gemiddelde vakman, uitgaande van 3GPP2-standaard – die bij bereiken van bepaalde limiet verlaging van zendvermogen alleen op framebasis openbaart – tot oplossing volgens het octrooi (verlaging en verhoging zendvermogen binnen een frame) zou komen. 2e hulpverzoek inventief ten opzichte van 3GPP2-standaard gecombineerd met US 821: uitvoeringsvariant waarop Asus zich beroept niet nawerkbaar omschreven. 2e hulpverzoek inventief ten opzichte van 3GPP2-standaard gecombineerd met US 214: past niet conventionele vermogensbesturingssysteem toe. 2e hulpverzoek inventief ten opzichte van 3GPP2-standaard gecombineerd met Rulnick: Rulnick bevat geen framestructuur en evenmin eerste en tweede criteria om datazendvermogen in afwijking van het reguliere vermogensbesturingsschema aan te passen. Inventiviteitsaanval op grond van enkel Rulnick in strijd met twee-conclusieregel: nietigheidsgrond had reeds bij MvA moeten worden ingeroepen. 2e hulpverzoek inventief ten opzichte van US 214: openbaart o.a. geen conventioneel vermogensbesturingsprogramma. Inventiviteitsaanval op grond van algemene vakkennis onvoldoende onderbouwd. Asus maakt inbreuk op conclusie 1 2e hulpverzoek: geïncorporeerd in HSUPA-protocol, UMTS-standaard, Asus brengt in NL telefoons op de markt die hieraan voldoen. Geen misbruik van machtspositie wegens schending artikel 4.1 ETSI IPR Policy door octrooi pas na vaststelling van de standaard te melden: niet onderbouwd dat dit artikel erop is gericht zoveel mogelijk tot rechtenvrije standaard te komen. Beroep op Huawei / ZTE arrest (IEPT20150716) faalt: Philips heeft aan notificatieplicht voldaan, Asus geen “willing licensee”, aangezien daadwerkelijke bereidheid Asus om te goeder trouw te onderhandelen over aangaan licentieovereenkomst onder Frand-voorwaarden ontbrak. Inzage licentieovereenkomsten Philips met andere partijen m.b.t. UMTS / LTE portfolio afgewezen: fishing expedition.

 

IEPT20190430, Hof Den Haag, NXP v Infineon

Benelux- en Uniewoordmerk MIFARE geldig: onvoldoende onderbouwd dat ‘Mifare’ een generieke aanduiding  is die elk onderscheidend vermogen mist. Infineon maakt inbreuk op deze merken door gebruik aanduiding teken ‘Mifare’ en ‘Mifare compatible’: geen sprake van toestemming voor gebruik, sprake van gebruik als merk,   gebruik Mifare om de bestemming van de waar aan te geven alleen toelaatbaar indien dit het enige middel is om het relevante publiek begrijpelijke en volledige informatie te verstrekken over de bestemming van de desbetreffende Infineon-chips en de informatie bovendien juist is,  gelet op de gemotiveerde betwisting door NXP is de dat als ‘Mifare compatible’ aangeduide chips met elke MIFARE kaartlezer kunnen communiceren, onvoldoende onderbouwd, ten overvloede opgemerkt dat er in de praktijk andere middelen zijn om het publiek begrijpelijke en volledige informatie te verstrekken over de bestemming van de chips. Sprake van ongeoorloofde vergelijkende door producten te vergelijken met alle MIFARE (compatible) producten waarbij laatstgenoemde als inferieur en/of onveilig worden afgeschilderd: stelling dat mededelingen juist zijn onvoldoende onderbouwd.

 

IEPT20190430, Hof Den Haag, LB11 v Hennessy

Merkrechten van Hennessy c.s. met betrekking tot in juli 2016 geleverde waren uitgeput: door de Hennessy-producten in Rotterdam onder T2 te leveren heeft  Hennessy c.s. de betreffende waren in de EER in de handel gebracht. Door Hennessy c.s. overgelegde prijslijsten maken - ongeacht verwachting dat deze buiten de EU in de handel zouden worden gebracht - onvoldoende aannemelijk dat LB11 inbreuk maakt op de Hennessymerken door niet-uitgeputte Hennessy-producten anders dan op Tl op voorraad te houden: als uitgangspunt geldt dat het aan degene die zich op uitputting beroept is om per exemplaar van de vermeend inbreukmakende producten aan te tonen dat de daarop betrekking hebbende merkrechten zijn uitgeput, in casu zijn geen concrete producten waarvan uitputting kan worden onderzocht/aangetoond. LB11 in de gelegenheid gesteld bij akte een inhoudelijke reactie te geven op de op de laatst mogelijke dag ingediende productie van Hennessy c.s. waarin facturen worden overgelegd waaruit inbreuk zou blijken: partijdebat heeft zich onvoldoende uitgekristalliseerd. Vertrouwelijkheidsregime Hof merkt de voor uitputting noodzakelijke informatie omtrent de herkomst van de Hennessy-producten als vertrouwelijk aan en en verbiedt Hennessy op de voet van artikel 1019ib Rv deze informatie te gebruiken of openbaar te maken. Beperkt de toegang daartoe tot (i) één door Hennessy c.s. tezamen aan te wijzen medewerker (een bestuurder, personeelslid, of vaste accountant), en (ii) één door Hennessy c.s. tezamen aan te wijzen advocaat, die deze informatie uiteraard niet aan anderen mogen openbaren, in dier voege dat (deze personen namens )Hennessy c.s. aan anderen dan degenen die tot het gelimiteerd aantal personen behoren slechts een versie van bedoelde stukken ter beschikking mag stellen, waarin de delen die het bedrijfsgeheim bevatten zijn geschrapt of zodanig zijn bewerkt dat deze onleesbaar zijn.

 

IEPT20190416, Hof Den Haag, Philips v Wiko

Uitvinding volgens EP 511 ziet op tijdelijke uitzondering op conventionele besturingsschema met doel om oplossing te bieden voor (tijdelijke) problemen die zich daarbij voordoen. 2e hulpverzoek duidelijk (art. 84 EOV): gemiddelde vakman zal begrijpen dat met “lower power level” wordt verwezen naar zendvermogen ná toepassing eerste criterium voor verlagen zendvermogen en vóór toepassing tweede criterium voor het verhogen van het zendvermogen. Tweede hulpverzoek nieuw in licht van 3GPP2-standaard: openbaart niet dat verlaging zendvermogen plaatsvindt binnen een frame (“the predetermined time period”) onder het tijdelijk loslaten van geldend offset, zoals Wiko stelt. Ook als lezing Wiko wordt gevolg worden niet alle kenmerken conclusie 1 van 2e hulpverzoek in 3GPP2-standaard “direct en ondubbelzinnig” geopenbaard: lezing van Wiko is realistisch alternatief. Rulnick, US 214 en Philips-voorstel niet nieuwheidsschadelijk. 2e hulpverzoek inventief ten opzichte van 3GPP2-standaard gecombineerd met algemene vakkennis: niet inzichtelijk gemaakt op grond waarvan gemiddelde vakman, uitgaande van 3GPP2-standaard – die bij bereiken van bepaalde limiet verlaging van zendvermogen alleen op framebasis openbaart – tot oplossing volgens het octrooi (verlaging en verhoging zendvermogen binnen een frame) zou komen. 2e hulpverzoek inventief ten opzichte van 3GPP2-standaard gecombineerd met US 821: uitvoeringsvariant waarop Wiko zich beroept niet nawerkbaar omschreven. 2e hulpverzoek inventief ten opzichte van 3GPP2-standaard gecombineerd met Rulnick: Rulnick bevat geen framestructuur en evenmin eerste en tweede criteria om datazendvermogen in afwijking van het reguliere vermogensbesturingsschema aan te passen. Inventiviteitsaanval op grond van enkel Rulnick in strijd met twee-conclusieregel: nietigheidsgrond had reeds bij MvA moeten worden ingeroepen. Inventiviteitsaanval op grond van algemene vakkennis faalt. Wiko maakt inbreuk op conclusie 1 2e hulpverzoek: geïncorporeerd in HSUPA-protocol, UMTS-standaard, Wiko brengt in NL telefoons op de markt die hieraan voldoen. Zaak aangehouden, aangezien partijen nog gaan pleiten over Frand-verweer.

 

IEPT20190416, Hof Den Haag, Google

Berichten over het verrichten van betaalde werkzaamheden ten behoeve van zelf opgerichte goede doelen van appelanten hoeven niet te worden verwijderd uit zoekresultaten Google nu sprake is van bijzondere redenen waarin inmenging in hun grondrechten wordt gerechtvaardigd door belang publiek bij informatie en belang Google bij aanbieden daarvan: appelanten spelen rol in het openbare leven, publiek heeft belang bij informatie over appelanten die relevant kan zijn voor de beoordeling van hun professionele integriteit, aangenomen dat informatie waarnaar de zoekresultaten verwijzen in de kern juist is, bronnen waarnaar zoekresultaten verwijzen spelen belangrijke rol in het maatschappelijk debat, feit dat de gewraakte zoekresultaten schadelijk zijn voor de reputatie van appelanten is in dit geval onvoldoende om hun belang te laten prevaleren.

 

IEPT20190326, Hof Den Haag, ArcelorMittal v Tata Steel

Oordeel Rb over nietigheid EP 863 gelet op oordeel Technische Kamer van Beroep juist. Rb heeft terecht geoordeeld dat artikel 1019h Rv niet van toepassing is op deze zaak, omdat geen sprake is van ‘handhaving’ van een IE-recht: sprake van nietigheidsprocedure zonder dreigend handhavend optreden van de rechthebbende.

 

IEPT20190319, Hof Den Haag, De Poortere v By-Boo

Patchwork-dessin 2 tapijten van By-Boo maken geen inbreuk op ongeregistreerde modelrechten en auteursrechten op Vintage Multi tapijten van De Poortere: tapijten in patchworkstijl bestonden al, totaalbeeld van de tapijten wordt bepaald door de wijze waarop de diverse onderdelen zijn samengevoegd, juist op deze punten vertonen de tapijten verschillen. Geen sprake van slaafse nabootsing: er was reeds een grote verscheidenheid aan patchwork tapijten op de markt zodat een eigen gezicht op de markt niet kan worden aangenomen.

 

IEPT20190312, Hof Den Haag, Tolingo v KNR Technologies

Uniewoordmerk TOLINGO niet normaal gebruikt voor telecommunicatiediensten (klasse 38): dat Tolingo klanten via portal in gelegenheid stelt om ten behoeve van haar vertaaldiensten documenten in de cloud op te slaan betekent niet dat zij telecommunicatiediensten aanbiedt. Uniewoordmerk TOLINGO niet normaal gebruikt voor het ontwikkelen van software (klasse 42): niet aangetoond dat zij daadwerkelijk software aanpast, gebruik van software dat wellicht wordt aangepast wordt aan behoefte klant niet gelijk te stellen met ontwikkelen van software als dienst. Wel normaal gebruik voor vertaaldiensten (klasse 41). Geen verwarringsgevaar tussen Uniewoordmerk TOLINGO voor vertaaldiensten (klasse 41) en Beneluxwoordmerk TOLINGO voor telecommunicatie en het overbrengen van gegevens (klasse 38) en technische diensten met betrekking tot telecommunicatieapparatuur en computersoftware (klasse 42): diensten hebben andere aard, ander doelpubliek, vereisen andere know how en hebben andere wijze van levering.  

 

IEPT20190312, Hof Den Haag, SENA v AMP

Partij kan zich voor het eerst in hoger beroep voegen en zelfstandig stellingen aanvoeren indien die niet strijdig zijn met de stellingen van de partij aan wiens zijde wordt gevoegd. Tussen AMP en Tell Sell was gelet op gesloten overeenkomst voor naburige rechten “Lolly” rechtsgeldig een billijke vergoeding van € 3.000 afgesproken die ook is betaald. Stelling dat ‘Lolly’-Opname door Tel Sell slechts gebruikt mocht worden onder de voorwaarde dat aan de rapportageverplichting werd voldaan en aan deze verplichting niet is voldaan faalt: recht om ‘Lolly’-Opname te gebruiken berust op de wet (artikel 7 WNR) en niet op toestemming rechthebbende, Tell Sell mocht op grond van artikel 7 WNR opname gebruiken, zeker nu daarvoor billijke vergoeding was betaald. Recht om op grond van artikel 7 WNR ‘Lolly’-Opname te gebruiken zonder additionele vergoeding overgedragen aan Suerte / LM Products: overgedragen bij overdracht activa Tell Sell op grond van artikel 3:94 BW en in ieder geval als kwalitatief recht ex artikel 6:251 BW.

 

IEPT20190212, Hof Den Haag, CCC v MTA

Geen merkinbreuk op MEERING door gebruik “J. Meering” in handelsnaam: beroep op ouder recht van plaatselijke betekenis (2.23 (2) BVIE) slaagt, nu CCC voor 15 januari 2008 vanaf 2006 personenvervoer heeft verzorgd met touringcars waarop op de achterzijde de naam W. Meering was vermeld, met daaronder/daarna www.almere-tours.nl. Geïntimeerde heeft oudere handelsnaamrechten op “Meering”. Handelsnaamrechten geïntimeerde dateren van 1975: gebruik van eventuele oudere handelsnaamrechten van Beja Tours niet overgegaan op geïntimeerde. Handelsnaamrechten CCC dateren van 1991: geen akte van overdracht handelsnaamrechten door Amersfoort’s Bloei BV 1977 (voortzetting Amersfoort’s Bloei 1968) aan VOF Amersfoort’s Bloei 1991/CCC is overgelegd, toestemming rechtsopvolger Amersfoort’s Bloei BV 1977 aan VOF Amersfoort’s Bloei 1991/CCC brengt niet mee dat eigen handelsnaamrechten dateren van voor 1991. Gebruik handelsnaam J. Meering door CCC leidt tot verwarringsgevaar met handelsnamen Meering Touringcars en Meering Touringcars Amsterdam: in al die namen is Meering onderscheidend bestanddeel, terwijl partijen dezelfde activiteiten deels in hetzelfde gebied vanuit nabijgelegen bedrijven verrichten. Beroep CCC op rechtsverwerking slaagt: gebruik Meering handelsnamen door geïntimeerde in periode 1977 – 1997 gedoogd, CCC mocht er redelijkerwijs vanuit gaan dat geïntimeerde sinds 2007 heeft gedoogd dat CCC (weer) personenvervoer verzorgde in touringcars onder handelsnaam Meering, Amersfoort’s Bloei-entiteiten en [geïntimeerde] hebben gedurende ongeveer 20 jaar samengewerkt, oorsprong naam Meering als (onderdeel) handelsnaam gelegen bij bedrijf van gezamenlijke grootvader van partijen, gebruik aanduiding Meering voor personenvervoer ten minste 14 jaar lang gedoogd. Zelfs als moet worden aangenomen dat geïntimeerde niet vanaf 2007 wist dat CCC Meering-handelsnamen op touringcars gebruikte en onwetendheid niet aan haar te wijten was sprake van rechtsverwerking: overige omstandigheden voldoende voor rechtsverwerking.

 

IEPT20190115, Hof Den Haag, De Staat

Door de politie gepubliceerd persbericht over aanhouding van geïntimeerde op website niet onrechtmatig: persbericht politie onrechtmatig indien in strijd met onschuldpresumptie, onschuldpresumptie niet geschonden, nu voorlichting over huiszoeking in verband met onrust in gemeente voor de hand lag en transparantie over aard van huiszoeking mede in belang was van geïntimeerde en herleidbaarheid tot geïntimeerde volgt uit (rechtmatige) huiszoeking en aanhouding en niet uit het persbericht.