2009 HvJEG

Print this page

IEPT20091015, HvJEG, Makro v Diesel
Impliciete toestemming en verhandeling door niet economisch verbonden derde: dat de toestemming van de merkhouder tot het verhandelen van waren onder zijn merk direct in de Europese Economische Ruimte door een derde die niet economisch verbonden is met deze merkhouder, impliciet kan zijn, voor zover een dergelijke toe-stemming voortvloeit uit elementen en omstandigheden vóór, tijdens of na het binnen deze zone in de handel brengen, waaruit naar het oordeel van de nationale rechter met zekerheid blijkt dat de merkhouder afstand doet van zijn uitsluitend recht.

 

IEPT20091006, HvJEG, Pago v Tirolmilch
bekend merk: grondgebied van de betrokken lidstaat kan worden beschouwd als een aanmerkelijk gedeelte van het grondgebied van de Gemeenschap.

 

IEPT20090908, HvJEG, Liga Portuguesa de Futebol Profissional & Bwin International
Verbod aan legitieme buitenlandse aanbieders om via internet kansspelen aan te bieden: Artikel 49 EG staat niet in de weg aan een regeling van een lidstaat als die welke in het hoofdgeding aan de orde is, die marktdeelnemers als Bwin International Ltd die in andere lidstaten zijn gevestigd, waar zij rechtmatig soortgelijke diensten verrichten, verbiedt om via het internet kansspelen aan te bieden op het grondgebied van deze lidstaat.

 

IEPT20090908, HvJEG, Budvar v Ammersin

Vo 510/2006 inzake oorsprongsbenamingen heeft uitputtende werking: dat de bij verordening nr. 510/2006 ingevoerde communautaire beschermingsregeling uitputtende werking heeft zodat deze verordening zich verzet tegen toepassing van een beschermingsregeling waarin is voorzien in verdragen tussen twee lidstaten, zoals de betrokken bilaterale verdragen, volgens welke een benaming die overeenkomstig het recht van een lidstaat is erkend als oorsprongsbenaming, wordt beschermd in een andere lidstaat waar daadwerkelijk op deze bescherming aanspraak wordt gemaakt ofschoon voor deze oorsprongsbenaming geen aanvraag tot registratie op grond van deze verordening is ingediend.Bepaling of sprake is van eenvoudige en indirecte herkomstaanduiding naar recht van land van oorsprong

 

IEPT20090903, HvJEG, Messner v Stefan Krüger
CONSUMENTENRECHT – Koop op afstand: Geen compenserende vergoeding voor gebruik bij herroeping mogelijk, behalve indien gebruik in strijd is met goede trouw of in geval van ongerechtvaardigde verrijking

 

IEPT20090903, HvJEG, AHP v BIE
Meerdere ABC’s voor een product mogelijk waarvoor reeds één of meer ABC’s zijn verleend aan één of meer houders van één of meer andere basisoctrooien

 

IEPT20090903, HvJEG, Aceites del Sur v Koipe - Carbonell v La Espanola
Dominerend beeldelement: Het Gerecht was dus van oordeel dat het beeldelement van de conflicterende merken domineerde ten opzichte van de andere bestanddelen van deze merken, in het bijzonder het woordelement. Hierdoor kon het Gerecht zijn analyse, waarbij hij de visuele vergelijking van deze tekens van wezenlijk belang achtte, op goede gronden baseren op de overeenstemming van de tekens en op het bestaan van gevaar voor verwarring van de merken La Española en Carbonell. Vastgesteld dat olijfolie in Spanje een zeer gangbaar consumptiegoed is, dat olijfolie doorgaans wordt gekocht in supermarkten of handelszaken waar de waren naast elkaar op schappen zijn geplaatst en dat de consument zich eerder laat leiden door de visuele impact van het gezochte merk

 

IEPT20090716, HvJEG, Infopaq v DDF

datacaptureprocedé: Printen geen reproductiehandeling van voorbijgaande aard zodat toestemming auteursrechthebbende vereist is. Gedeeltelijke reproductie: Uit elf woorden bestaand fragment kan onder “gedeeltelijke reproductie” Uit elf woorden bestaand fragment kan inbreukmakende “gedeeltelijke reproductie” zijn wanneer weergegeven bestanddelen een uitdrukking van een werk zijn

 

IEPT20090716, HvJEG, Der Grüne Punkt

Misbruik door licentievergoeding te vragen voor alle in Duitsland in handel gebrachte verpakking, ook wanneer aantoonbaar geen gebruik gemaakt wordt van DSDD-systeem

 

IEPT20090716, HvJEG, American Clothing v BHIM
Bescherming staatsembleem: Bestaan van een verband tussen gebruiker en betreffende land hoeft niet te worden geverifieerd. Weigering inschrijving op één van de in artikel 6 ter van het Verdrag van Parijs neergelegde weigeringsgronden geldt zowel voor waren- als voor dienstmerken

 

IEPT20090702, HvJEG, Bavaria cs v Bayerische Brauerbund

Geografische Aanduidingen Verordening 1347/2001 doet geen afbreuk aan reeds bestaande merken. Geldigheid Geografische Aanduidingen Verordening 1347/2001

 

IEPT20090702, HvJEG, Davidoff v Bundesfinanzdirektion Sudost
Douanebeslag: Internationaal ingeschreven merk voor mogelijkheden douanebeslag gelijk te stellen met gemeenschapsmerk

 

IEPT20090702, HvJEG, FEIA v Cul de Sac

Rechthebbende niet-ingeschreven Gemeenschapsmodel: het recht op het gemeenschapsmodel toekomt aan de ontwerper, tenzij het bij overeenkomst is overgedragen aan diens rechtverkrijgende. Opdrachtgever geen rechthebbende Gemeenschapsmodel

 

IEPT20090618, HvJEG, L’Oréal cs v Bellure cs

Vergelijkingslijsten: ongerechtvaardigd voordeel wanneer in het kielzog van het bekende merk geprofiteerd wordt van de aantrekkingskracht, de reputatie en het prestige van bekend merk, en zonder financiële vergoeding profijt gehaald wordt uit de commerciële inspanningen van de merkhouder. Verbod van niet-richtlijn conforme vergelijkende reclame wanneer geen afbreuk wordt gedaan aan herkomstfunctie van merk, maar wel aan één van de overige functies van het merk (kwaliteitsgarantie, of de communicatie-, de investerings- en de reclame-functie). Expliciete of impliciete vermelding dat een product imitatie is van een algemeen bekend merk is ongeoorloofde vergelijkende reclame en daardoor behaald voordeel levert een oneerlijk voordeel op.

 

IEPT20090611, HvJEG, Lindt & Sprüngli v Frans Hauswirth

Depot te kwader trouw Gemeenschapsmerk: rekening te houden met alle relevante factoren die bestonden op het tijdstip van de indiening, en met name met (i) het feit dat de aanvrager weet of behoort te weten dat een derde in ten minste één lidstaat een gelijk of overeenstemmend teken gebruikt voor dezelfde of een soortgelijke waar, waardoor verwarring kan ontstaan met het teken waarvan inschrijving is aangevraagd; (ii) het oogmerk van de aanvrager om die derde het verdere gebruik van dit teken te beletten, en (iii) de omvang van de rechtsbescherming die het teken van de derde en het teken waarvan inschrijving is aangevraagd, genieten.

 

IEPT20090604, HvJEG, T-Mobile v NMa

Onderling afgestemde feitelijke gedraging heeft mededingingsbeperkende strekking ex art 81 lid 1 EG wanneer deze de mededinging concreet kan verhinderen, beperken of vervalsen: niet noodzakelijk dat mededinging daadwerkelijk wordt verhinderd, beperkt of vervalst of dat rechtstreeks verband bestaat tussen gedraging en verbruikersprijzen. Bij vaststelling causaal verband tussen afstemming en marktgedrag moet nationale rechter - behoudens door deze ondernemingen te leveren tegenbewijs - causaliteitsvermoeden toepassen: dit vermoeden houdt in dat ondernemingen die op de markt actief blijven, rekening houden met de informatie die zij met hun concurrenten hebben uitgewisseld. 

 

IEPT20090507, HvJEG, Rotterdam v Rijkeboer

Bewaringstermijn informatie over opvragen persoonsgegevens: regeling waarbij informatie over de ontvangers en de inhoud van de verstrekte gegevens slechts één jaar wordt bewaard en de toegang tot die informatie dienovereenkomstig wordt beperkt, terwijl de basisgegevens veel langer worden bewaard, vormt geen juist evenwicht

 

IEPT20090430, HvJEG, BIOS v Saarland

Geen geneesmiddel naar werking enkel vanwege gezondheidsrisico: dat een product dat een substantie bevat die een fysiologisch effect heeft wanneer zij in een bepaalde dosis wordt gebruikt, geen geneesmiddel naar werking is, wanneer het gezien de dosering aan werkzame stoffen en bij normaal gebruik een gezondheidsrisico oplevert, zonder echter fysiologische functies bij de mens te kunnen herstellen, verbeteren of wijzigen

 

IEPT20090423, HvJEG, Copad v Dior

Verbod van verkoop om prestigereden door licentienemer aan discounters mogelijk. Niet kan worden uitgesloten dat verkoop van prestigieuze waren aan niet-geautoriseerde derde afbreuk doet aan kwaliteit van de waren zelf, zodat in een dergelijk hypothese een contractuele bepaling die een dergelijke verkoop verbiedt, moet worden geacht onder artikel 8, lid 2, van de richtlijn te vallen. Geen uitputting bij van verkoop door licentienemer in strijd met licentie op een van de in artikel 8(2) Merkenrichtlijn genoemde gronden. Uitputting en wederverkoop die afbreuk doet aan reputatie.

 

IEPT20090423, HvJEG, AEPI v Commissie

Ontbreken voldoende communautair belang bij gebreke van potentiële verstoring gemeenschappelijke markt. Aanzienlijke verstoring van gemeenschappelijke makt is een criterium voor vaststelling van voldoende communautair belang. Ongunstige beïnvloeding handel tussen lidstaten is daarentegen een afbakeningscriterium om de werkingssfeer van het communautaire mededingingsrecht af te bakenen van die van het nationale mededingingsrecht.

 

IEPT20090423, HvJEG, VTB-VAB v Total Belgium en Galatea v Sanoma

Algemeen en preventief verbod op joint promotions niet toegestaan: de richtlijn verzet tegen een nationale regeling zoals die aan de orde in de hoofdgedingen, die, behoudens bepaalde uitzonderingen, elk gezamenlijk aanbod van een verkoper aan een consument verbiedt, ongeacht de specifieke omstandigheden van het concrete geval. Volledige harmonisatie door richtlijn

 

IEPT20090423, HvJEG, Falco Privatstiftung en Rabitsch v Weller-Lindhorst

Licentieverlening geen dienst in de zin van artikel 5(1)(b) EEX-Vo: een overeenkomst waarbij de houder van een recht van intellectuele eigendom zijn medecontractant het recht verleent om tegen vergoeding gebruik te maken van dat recht, geen overeenkomst voor de verstrekking van diensten in de zin van deze bepaling is. Bevoegdheid art. 5(1)(a) EEX-Vo conform beginselen van artikel 5(1) EEX-Verdrag

 

IEPT20090402, HvJEG, Damgaard - Geneesmiddelenreclame

Geneesmiddelenreclame door een derde: de verspreiding door een derde van informatie over een geneesmiddel, met name over de therapeutische of profylactische werking ervan, kan worden aangemerkt als reclame in de zin van dit artikel, indien deze derde op eigen initiatief handelt en feitelijk en rechtens volledig onafhankelijk is van de fabrikant of de verkoper van dat geneesmiddel.

 

IEPT20090326, HvJEG, Selex v Commissie - Eurocontrol

verwerven en beheren IE-rechten door Eurocontrol geen economische activiteit omdat geen goederen of diensten worden aangeboden. Dat Eurocontrol de licenties voor prototypen gratis verleent, is een aanwijzing voor de niet-economische aard van de activiteit van het beheer van de intellectuele-eigendomsrechten.  

 

IEPT20090305, HvJEG, Apis v Lakorda

Databankenrecht: Bewijs van c.q. aanwijzing voor opvraging: omstandigheid dat materiële en technische kenmerken in de inhoud van een databank ook zijn terug te vinden in de inhoud van een andere databank, kan worden opgevat als een aanwijzing dat er sprake is van overbrenging tussen deze twee databanken en dus van opvraging

 

IEPT20090219, HvJEG, LSG v Tele2

Doorgeven persoonsgebonden verkeersgegevens aan particuliere derden voor civielrechtelijke vervolging van inbreuken op het auteursrecht toegestaan. Accesprovider is tussenpersoon

 

IEPT20090219, HvJEG, UDV v Brandtraders

Gebruik merk door tussenpersoon: de omstandigheid dat de betrokken derde een teken dat gelijk is aan een ingeschreven merk, gebruikt voor waren die niet zijn eigen waren zijn in die zin dat hij geen titel op deze waren heeft, is niet relevant en kan zij op zich dus niet betekenen dat dit gebruik niet onder het begrip "gebruik" in de zin van artikel 9, lid 1, van verordening nr. 40/94 valt.

 

IEPT20090120, HvJEG, Sony v Falcon

Bescherming fonogrammenproducenten: Fonogrammenproducent, die geen onderdaan van een lid-staat is, geniet bescherming wanneer het betrokken werk of voorwerp op 1 juli 1995 in ten minste één lidstaat als zodanig werd beschermd door de nationale wetgeving van deze lidstaat

 

IEPT20090115, HvJEG, Hecht-Pharma v Bezirksregierung Luneburg

Geen geneesmiddel bij gebreke van noemenswaardig herstel, verbetering of wijziging van fysiologische functies. Geen geneesmiddel naar werking bij twijfel: dat deze richtlijn niet van toepassing is op een product waarvan de eigenschap als geneesmiddel naar werking niet wetenschappelijk is bewezen, doch evenmin kan worden uitgesloten.

 

IEPT20090115, HvJEG, Silberquelle v Maselli-Strickmode - Wellness

Geen normaal gebruik bij gratis promotionele artikelen: wanneer de merkhouder zijn merk aanbrengt op artikelen die hij gratis meegeeft aan de kopers van zijn waren, gebruikt hij dit merk niet normaal voor de klasse waartoe deze artikelen behoren.