2018

Print this page

IEPT20181218, Rb Noord-Nederland, Piet v ROC

Eigenaar ROC mocht kunstwerk niet zonder meer en zonder enig voorafgaand overleg met eiser verwijderen c.q. vernietigen nadat diverse (koperen) elementen van het kunstwerk waren gestolen. In het Wavin-arrest (IEPT20040206) heeft de Hoge Raad geoordeeld dat vernietiging onder omstandigheden misbruik van recht c.q. onrechtmatig handelen van de eigenaar kan opleveren. Nu ROC heeft nagelaten enig contact met eiser op te nemen en met hem in overleg te treden heeft zij zich onvoldoende ingespannen voor behoud kunstwerk. Schadevergoeding voor onrechtmatige verwijdering en aantasting persoonlijkheidsrecht vastgesteld op € 7.500.

 

IEPT20181010, Rb Noord-Nederland, Admicom v Bouw7

Mededeling Bouw7 dat haar software alternatief is voor software Admicom niet misleidend: aannemelijk dat software Bouw in dezelfde behoeften voorziet of voor het zelfde doel bestemd zijn. Geen merkinbreuk door gebruik van merken “Admicom” en “Vakware” als AdWord nu vergelijkende reclame aan de voorwaarden voldoet.

 

IEPT20180705, Rb Noord-Holland, Brandwacht Huren

Handelsnaam Brandwacht Huren komt geen bescherming toe: zuiver beschrijvend voor het verhuren van brandwachten. Gebruik beschrijvende aanduiding alleen onrechtmatig indien bijkomende omstandigheden dat meebrengen: regel uit HR Artiestenverloning (IEPT20151211) over domeinnamen geldt ook voor handelsnamen. In dit geval is van onrechtmatigheid sprake: bewust verwarring in de hand gewerkt met oogmerk om op misleidende wijze klanten weg te lokken bij Brandwacht Huren. Teksten, lay-out en logo website Brandwacht Huren niet auteursrechtelijk beschermd: teksten en lay-out niet creatief en oorspronkelijk, logo met schild en vlam is gebruikelijk in branche zodat bij klein verschil geen sprake is van ontlening.

 

IEPT20180615, Rb Noord-Nederland, Sikkom

Geen verwijdering en rectificatie van artikel waarin bedrijf van oplichting wordt beschuldigd: in kort geding niet vast te stellen of beschuldiging juist of onjuist is, terwijl vorderingen [bedrijf 1] veronderstellen dat sprake is van ongegronde beschuldiging.

 

IEPT20180425, Rb Noord-Nederland, Studio OFO

Oneerlijke concurrentie door met eigen uit te brengen krant aan te haken bij ondernemerskrant van Studio OFO: voorstel dat [Gedaagde 2] aan [naam bedrijf] heeft gestuurd komt overeen met offerte Studio OFO die [Gedaagde 2] naar privé-e-mailadres heeft gestuurd, voorstel verwijst naar advertentieruimte die [naam bedrijf] laatste jaren heeft gekozen bij krant Studio OFO en bevat pagina’s van die krant. Afgifte bescheiden [Gedaagde 1] en [Gedaagde 2] toegewezen: rechtmatig belang om na te kunnen gaan of en in hoeverre sprake is van auteursrechtinbreuk en welke klanten zijn benaderd. Voorschot schadevergoeding (€ 16.000) toegewezen: € 6.000 voor tweemaal overtreden vaststellingsovereenkomst, € 10.000 voor kosten die Studio OFO heeft moeten maken voor werven adverteerders en gederfde winst.