September 2020

Print this page

IEPT20200930, RvS, Medice v College ter beoordeling van geneesmiddelen

Hoger beroep. Aangevallen uitspraak bevestigd. Verzet Medice tegen de openbaarmakingaanvraag voor de handelsvergunning medicijn Amfexa ongegrond. Delen registratiedossier genieten geen bescherming op grond van Auteursrecht: objectieve wetenschappelijke gegevens in de overviews komen niet voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking. Ook van een beschermde databank is geen sprake: geen substantiële investering. Van onevenredige benadeling in de zin van artikel 10, tweede lid, aanhef en onder g, van de Wob is volgens de RvS evenmin sprake: het maximale nadeel van Medice is € 180.000 Concurrenten kunnen de openbare informatie van de bibliografische aanvraag van Medice gebruiken, maar zullen eigen conclusies moeten verbinden aan hun eigen bibliografische aanvraag. De openbare informatie valt niet onder de Wob.

 

IEPT20200930, Rb Limburg, Auteursrecht blogs

Aangenomen kan worden dat eiser maker is van teksten in blogs op grond van bewijsvermoeden artikel 4 Aw: gedaagde heeft geen tegenbewijs geleverd. Gedaagde maakt inbreuk op auteursrechten eiser: creativiteit van eiser ligt in het gebruik van het kernwoord “vakantie” en dat het in combinatie geschreven wordt met relevante woorden “vakantiehuisje” en “bungalow”, niet relevant dat geen sprake is van opzet. Gedaagde veroordeeld tot betaling van schadevergoeding van in totaal € 3.500,00 wegens inbreuk op auteurs- en persoonlijkheidsrechten en vermindering van exclusiviteit, opgelopen reputatieschade en misgelopen opdrachten aan de zijde van eiser: eiser hanteert als uitgangspunt voor schadevergoeding gederfde licentievergoeding van € 875,00 en een opslag van 100% voor inbreuk op persoonlijkheidsrechten, hoogte bedragen door gedaagde niet gemotiveerd betwist, aannemelijk dat onder consumenten verwarring is ontstaan waardoor de exclusiviteit van het werk verloren is gegaan en groot aantal slechte recensies maken het voorzienbaar dat [eiser] schade heeft geleden door de ontstane verwarring.

 

IEPT20200930, Rb Rotterdam, Iclean v TGS

Iclean heeft haar rechten ter zake het concurrentiebeding niet verwerkt en [gedaagde] heeft concurrentiebeding overtreden: [gedaagde] mocht er niet vanuit gaan dat iclean op de hoogte was van de volle omvang van zijn werkzaamheden. Geen sprake van onrechtmatig profiteren van de wanprestatie van een derde door TSG: onvoldoende aannemelijk gemaakt dat TSG profiteert van wanprestatie [gedaagde]. Geen feiten of omstandigheden naar voren gebracht waaruit blijkt dat geheimhoudingsbeding is overtreden: zonder nadere toelichting valt niet in te zien dat de aan [gedaagde] verweten gedragingen onder bereik van dit beding vallen. Niet aannemelijk gemaakt dat beding met betrekking tot intellectuele eigendomsrechten is overtreden: Iclean heeft niet gesteld door welke IE-rechten haar knowhow met betrekking tot de Bionic wordt beschermd. Onvoldoende aannemelijk dat bedrijfsgeheime informatie van iclean is gebruikt: enkele feit dat systeem [gedaagde] en TSG uiterlijke gelijkenissen vertoont met de Bionic is voor die aanname onvoldoende. Beroep iclean op slaafse nabootsing toegewezen: niet aannemelijk dat keuze voor vorm CleanWater noodzakelijk is, bewuste ontlening kan aanwijzing zijn voor voorzienbare en mogelijk deels te vermijden verwarring. 

 

IEPT20200930, Rb, Den Haag,Thuiskopie v De Staat
De onjuiste veronderstelling over thuiskopiëren uit ongeoorloofde bron heeft geleid tot een te hoog bedrag aan thuiskopievergoeding. Thuiskopie wordt veroordeeld de onverschuldigd betaalde bedragen terug te betalen.

 

IEPT20200924, Rb Oost-Brabant, overeenkomst afscheidsmodule

[gedaagden] veroordeelt om aan [eiser] te betalen een bedrag van € 2.629,51, en een bedrag van € 326,70 ter zake van buitengerechtelijke incassokosten. Tussen [eiser] en [gedaagden] is een overeenkomst tot stand gekomen: De in 5.1 en 5.2 geschetste verklaringen en gedragingen duiden er op dat [eiser] en [gedaagden] feitelijk uitvoering zijn gaan geven aan een overeenkomst, strekt tot het adviseren over IE-beschermingsmogelijkheden en totstandkomen van overeenkomst tussen [gedaagden] en een investeerder. Heen en weer is er contact geweest over ondernemingsplan. [eiser] niet op eigen initiatief werkzaamheden gaan verrichten.

 

IEPT20200930, Rb, Den Haag, Thuiskopie v De Staat 

De onjuiste veronderstelling over thuiskopiëren uit ongeoorloofde bron heeft geleid tot een te hoog bedrag aan thuiskopievergoeding. Thuiskopie wordt veroordeeld de onverschuldigd betaalde bedragen terug te betalen.

 

IEPT20200929, Rb Den Haag, Novartis v Mylan

Voorzieningenrechter grensoverschrijdend bevoegd wegens onrechtmatig aanzetten tot en faciliteren van octrooi-inbreuk. Inzake (Nederlandse) Milan NV op grond van artikel 4 Brussel 1bis-Vo grensoverschrijdend bevoegd en nu het in de onderhavige zaak gaat om voorlopige maatregelen, wordt aan die bevoegdheid geen afbreuk gedaan door artikel 24 lid 4 Brussel 1 bis-Vo. Inzake (Franse) Milan SAS op grond van artikel 8 Brussel 1bis-Vo teneinde tegenstrijdige beslissingen te voorkomen. Artikel 36(4) van de Verordening pediatrisch gebruik geneesmiddelen (PedVo) brengt niet met zich dat voormalige weesgeneesmiddelen van ABC-verlenging zijn uitgesloten.

 

IEPT20200917, HvJEU, EUIPO v Messi

Geen verwarringsgevaar jongere woord-beeldmerk MESSI met oudere woordmerk MASSI. Een te verwaarlozen deel van het relevante publiek zou de term Messi niet rechtstreeks in verband brengen met de naam van de beroemde voetballer. De begripsmatige verschillen tussen de conflicterende tekens neutraliseren de visuele en fonetische overeenstemmingen van deze tekens. Gerecht heeft terecht geoordeeld dat de bekendheid van Messi Cuccittini een relevant element was voor de vaststelling van een begripsmatig verschil tussen de term MESSI en de term MASSI. Niet vereist dat sprake is van een ouder bekend merk voor toepassing van de rechtspraak dat de globale beoordeling van het verwarringsgevaar impliceert dat begripsmatige verschillen tussen twee tekens de visuele en fonetische overeenstemmingen ervan kunnen neutraliseren, mits ten minste een van deze tekens in de ogen van het relevante publiek een duidelijke en specifieke betekenis heeft, zodat dit publiek in staat is om deze rechtstreeks te begrijpen.

 

IEPT20200916, Rb, Den Haag, IXXI v Bicsy

IXXIIXXI-wanddecoratiesysteem, gevormd door de combinatie van kaarten en de specifieke verbindingsstukken, auteursrechtelijk beschermd. Bicsy-wanddecoratiesysteem niet inbreukmakend. De relevante totaalindruk wordt in beide gevallen bepaald door de combinatie van verbindingsstukken met kaarten, met een naad van een paar millimeters ertussen. De overeenkomsten van de totaalindruk van beide wanddecoratiesystemen wegen echter niet op tegen de hiervoor onder 4.20 genoemde de verschillen in de vormgeving, die in het bijzonder zijn gelegen in de verschillende uitgewerkt en vormgegeven opvallende verbindingsstukken, die op een andere manier zichtbaar zijn, zowel dichtbij als van veraf beschouwd. Anders dan IXXI cs betogen, draagt nu juist de verschillende manier waarop zichtbaar is in de wanddecoratie de (verschillende) wijze waarop de kaarten aan elkaar worden verbonden in belangrijke mate bij aan de verschillende totaalindruk van beide wanddecoratiesystemen. Geen slaafse nabootsingsbescherming. IXXI-wanddecoratieproduct geen eigen gezicht op de markt op het moment dat het Bicsy-wanddecoratiesysteem, op de markt wordt aangeboden. Merk- en handelsnaaminbreuk BICSY-teken en de naam Bicsy op IXXI-merk en -handelsnaam niet betwist.  IXXI heeft in strijd met waarheidsplicht (artikel 21 Rv) het IXX-Octrooi niet vermeld in dagvaarding. Consequentie dat IXXI cs […] ten titel van proceskostenveroordeling moeten voldoen de schattenderwijs op  500 bepaalde kosten die Bicsy cs hebben moeten maken om de rechtbank bij conclusie van antwoord op de hoogte te brengen van het bestaan van het IXXI-octrooi en door het inbrengen van het IXXI-octrooi als productie. 

 

IEPT20200916, Rb Den Haag, Scientia v Eveoh
Kort geding. Afgewezen vanwege ontbreken spoedeisend belang. Roostersoftware voor onderwijsinstellingen met databases.

 

IEPT20200915, Hof Amsterdam, ABMD v BUMA

Bewijslast en onderbouwingsplicht misbruik machtspositie is aan eiser.  Sprake van een verzwaarde onderbouwingsplicht verweerder wanneer de verweerder, anders dan de eisende partij, beschikt of geacht moet worden te beschikken over gegevens die aanknopingspunten bieden die voor de bewijslevering door de eisende partij van belang kunnen zijn. Relevante markt voor machtspositie: downstreammarkt voor afnemers van licentiëring voor het gebruik van muziekwerken, waarbij vast moet komen te staan dat de ABMD-leden, enerzijds, en de streamingdiensten, anderzijds, zich op dezelfde markt bevinden, zowel in geografisch opzicht als wat betreft de inhoud en uitwisselbaarheid van de door hen aangeboden diensten. Nadeel bij de mededinging vereist geen bewijs van daadwerkelijke en kwantificeerbare verslechtering van de mededingingspositie, maar moet worden gebaseerd op een analyse van alle relevante omstandigheden van het concrete geval die de slotsom rechtvaardigt dat die prijsdiscriminatie invloed heeft op de kosten, winsten, of enig ander relevant belang van een of meer van voornoemde afnemers van Buma/Stemra, zodat deze gedraging die mededingingspositie kan aantasten.

 

IEPT20200910, Rb Amsterdam, Sony Music

Sony Music NL is toerekenbaar tekort geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit een overeenkomst met Left Lane door niet de brongegevens te verschaffen waarmee de controle van de verkopen van de single ‘Waves’ kan plaatsvinden en deze tekortkomingen rechtvaardigen buitengerechtelijke ontbinding: voor zover Sony Music NL bepaalde gegevens omtrent te betalen royalty’s niet beschikbaar heeft, is dat in strijd met de overeenkomsten en moeten de gevolgen daarvan voor Sony Music NL blijven. Sony Music NL maakt inbreuk op rechten Left Lane door de exploitatie voort te zetten: exploitatierechten vallen met ontbinding terug aan Left Lane. Gevorderde inzage toegewezen: voldoende aannemelijk dat niet alle verschuldigde bedragen conform de overeenkomsten zijn verantwoord en afgerekend.

 

IEPT20200904, Rb Amsterdam, Advaita v Humans of Film

Humans of Film mag film over het verblijf van de maker als kind in India in de gemeenschap van een goeroe vertonen: het is een serieuze, gewetensvolle film met respect voor alle betrokkenen, niet aannemelijk dat vertoning van de film een inbreuk op de portretrechten van eisers oplevert, gebruik auteursrechtelijk beschermd materiaal - ongeacht de vraag wie de auteursrechthebbende is -  geoorloofd op grond van het bepaalde in de artikelen 15a (citeren) en 18a (incidentele verwerking als onderdeel van ondergeschikte betekenis in een ander werk) van de Auteurswet.

 

IEPT20200923, Rb Amsterdam, Fishflow v Poseidon

Licentieovereenkomst komt niet voor vernietiging in aanmerking wegens dwaling omtrent het gegeven dat het Nederlandse octrooi een ongetoetst octrooi betrof en de onderzoekers van het EPO en het WIPO hadden gerapporteerd dat niet aan het nieuwheidsvereiste werd voldaan: nu het Europese octrooi uiteindelijk is verleend is Poseidon geenszins benadeeld. Poseidon heeft in strijd met de overeenkomst gehandeld door een eigen boegschroef te verkopen: een redelijke uitleg van de overeenkomst leidt ertoe dat de zinsneden "op dit principe beruste[nde] boegschroefinstallaties" en "volgens de uitvinding" moeten worden geacht te refereren aan boegschroeven die berusten op het principe van de boegschroef zoals uiteengezet in de PCT-aanvraag, hiervan is in casu sprake. Poseidon heeft hiermee een contractuele boete van € 100.000 verbeurd. Gevorderde veroordeling in schade met verwijzing naar de schadestaatprocedure afgewezen: schade niet nader geconcretiseerd en daarmee - in het licht van de betwisting door Poseidon - onvoldoende gemotiveerd.

 

IEPT20200929, Rb Den Haag, Novartis v Mylan

Mylan verboden om inbreuk te maken op ABC van Novartis voor deferasirox: nu geen aanleiding bestaat om in dit kort geding aan te nemen dat Novartis geen recht had op de Pediatrische Verlenging voor deferasirox moet tot uitgangspunt worden genomen dat de beschermingsduur van het ABC tot en met 28 februari 2022 is verlengd.

 

IEPT20200918, Rb Midden-Nederland, Domeinnaam

Gedaagden dienen registratie domeinnaam inclusief emailadressen over te dragen aan eiseres: eiseres voert de domeinnaam mede als handelsnaam, [A] - van wie gedaagden de erfgenamen zijn - heeft de domeinnaam ten behoeve van eiseres laten registreren en aan haar overgedragen.

 

IEPT20200916, HvJEU, Edison

“Elektrische energie” is niet ten onrechte uitgesloten van de waren van klasse 4 van de achtste editie van de classificatie van Nice: betoog dat ten onrechte geen “functionele” benadering is gevolgd is ongegrond, zoals het Gerecht terecht heeft vastgesteld in punt 29 van het bestreden arrest, blijkt echter uit punt 61 van het arrest van 19 juni 2012, Chartered Institute of Patent Attorneys (C‑307/10, EU:C:2012:361), dat de aanvrager in zijn merkaanvraag de waren waarvoor de merkbescherming wordt gevraagd voldoende duidelijk en nauwkeurig moet omschrijven opdat de bevoegde autoriteiten en de marktdeelnemers louter op basis daarvan de omvang van de gevraagde bescherming kunnen bepalen, grief tegen een overweging die ten overvloede is geformuleerd en daarmee niet tot vernietiging kan leiden is niet ter zake dienend, geen sprake van tegenstrijdige redenering door het Gerecht, niet gesteld of aangetoond dat de beoordeling van waarde van bewijs door het Gerecht berust op een onjuiste opvatting, onvoldoende uiteengezet dat het Gerecht met verwijzing naar arrest blijk geeft van een onjuiste rechtsopvatting, ongewijzigde herhaling van in eerste aanleg aangevoerde grief niet-ontvankelijk en waarde die Gerecht hecht aan bewijzen valt niet binnen bevoegdheid van het Hof. Geen schending van procedurele rechten en artikel 75 Gemeenschapsmerkenverordening: het bestreden arrest is niet ontoereikend gemotiveerd en Edison herhaalt reeds aangevoerde argumenten.

 

IEPT20200916, Rb Gelderland, Binx Smartility v Bincx

Teken BINCX maakt ex artikel 2.20 lid 2 sub b BVIE inbreuk op het woordmerk BINX Smartility: de toevoeging “smartility” is minder onderscheidend dan het - van huis uit zeer onderscheidende – element BINX, de auditieve gelijkenis tussen BINX en BINCX wordt niet geneutraliseerd door het visuele verschil door de toevoeging van de letter C, niet gemotiveerd betwist dat de door Bincx geleverde diensten gelijk zijn aan althans overeenstemmen met de diensten waarvoor Binx Smartility staat ingeschreven, aannemelijk dat het in aanmerking komende publiek  - opdrachtgevers in de utiliteitsbouw – zal menen dat het hier om aan elkaar gelieerde aanbieders van diensten gaat. Handelsnaam Bincx maakt inbreuk op handelsnaamrecht Binx Smartility: beide ondernemingen bieden met het realiseren van nieuwbouwprojecten in de utiliteitssector diensten aan die in grote mate soortgelijk zijn, partijen richten zich op de gehele Nederlandse bouwmarkt.

 

IEPT20200908, HvJEU, RAAP v PPI

Het begrip ‘betrokken uitvoerende kunstenaars’ in de zin van artikel 8 lid 2 van richtlijn 2006/115 betreffende het verhuurrecht, het uitleenrecht en bepaalde naburige rechten op het gebied van intellectuele eigendom moet in de gehele Unie op eenvormige wijze worden uitgelegd en verzet zich ertegen dat een lidstaat bij de omzetting in zijn wetgeving uitvoerend kunstenaars van het recht op één billijke vergoeding uitsluit die onderdaan zijn van staten die niet tot de EER behoren, met als enige uitzondering kunstenaars die hun woon- of verblijfplaats in de EER hebben en die welke hun bijdrage aan het fonogram in de EER hebben geleverd: de in richtlijn 2006/115 opgenomen begrippen moeten worden uitgelegd op een wijze die strookt met de in de internationale verdragen vervatte overeenstemmende begrippen, de in artikel 8 lid 2 bedoelde verplichting om te zorgen voor een billijke verplichting die wordt verdeeld tussen de producent van het fonogram en de uitvoeren kunstenaar is van toepassing wanneer het gebruik van het fonogram of een reproductie daarvan plaatsvindt in de Unie, er wordt geen voorwaarde gesteld dat de uitvoerend kunstenaar of de producent van het fonogram de nationaliteit van een lidstaat van de EER dan wel zijn woon- of verblijfplaats in een dergelijke lidstaat heeft, noch dat de plaats waar het creatieve of artistieke werk is verricht tot het grondgebied van een lidstaat van de EER behoort, artikel 8 lid 2 moet zoveel mogelijk in overeenstemming met het WPPT worden uitgelegd en er is geen voorbehoud gemaakt op grond van artikel 15 lid 3 WPPT. Artikel 8 lid 2 van richtlijn 2006/115 verzet zich ertegen dat een lidstaat het recht op één enkele billijke vergoeding beperkt ten aanzien van uitvoerende kunstenaars en producenten van fonogrammen die onderdaan zijn van derde staten die krachtens artikel 15 lid 3 WPPT een voorbehoud hebben gemaakt met betrekking tot de erkenning van het recht op één enkele billijke vergoeding. Beperkingen kunnen wel door de Uniewetgever worden ingevoerd als zij voldoen aan de vereisten van artikel 52 lid 1 Handvest: noodzaak om een gelijk speelveld te bewaren voor deelname aan de handel in opgenomen muziek is een doelstelling van algemeen belang die een beperking van het in artikel 8 lid 2 van de richtlijn neergelegde naburige recht kan rechtvaardigen ten aanzien van de onderdanen van een derde staat die dit recht niet of slechts gedeeltelijk toekent. Artikel 8 lid 2 van de richtlijn verzet zich ertegen dat enkel de producent van het fonogram een vergoeding ontvangt zonder deze te moeten delen met de uitvoerend kunstenaar: vergoeding heeft als essentieel kenmerk dat zij wordt verdeeld en een dergelijke uitsluiting zou de doelstelling van de richtlijn ondermijnen.

 

IEPT20200908, Rb Amsterdam, [K] v RAC

Verbod op plaatsen van (toekomstige) recensie door RAC die niet is gebaseerd op daadwerkelijke ervaring met bedrijf [K] toegewezen: door RAC geplaatste recensie is onrechtmatig nu deze niet ziet op dienstverlening van [K] en potentiële klanten kan afschrikken, nu niet zeker is dat RAC zich zal onthouden van het plaatsen van nieuwe recensies is inbreuk op vrijheid van meningsuiting gerechtvaardigd en proportioneel.

 

IEPT20200903, Rb Limburg, Terhagen v Witran

Witran maakt geen inbreuk op enig bestaand handelsnaamrecht van Terhagen door met de handelsnaam goedkoopeenbusjehurenlimburg.nl naar buiten te treden: nagelaten te onderbouwen dat Media Zuid met de door haar geregistreerde domeinnaam goedkoopeenbusjehuren.nl in het handelsverkeer als handelsnaam naar buiten trad, niet afdoende onderbouwd dat Terhagen het handelsnaamrecht van Media Zuid op enig moment heeft verworven, niet gesteld dat Terhagen de handelsnaam goedkoopeenbusjehuren.nl zelf voerde, geen feiten of omstandigheden gesteld dan wel enige juridische grondslag aangedragen terzake het beweerdelijk onrechtmatig gebruik van een gelijkende domeinnaam en logo.

 

IEPT20200902, Rb Amsterdam, Talpa

Aflevering 'Moord of zelfmoord' onrechtmatig jegens [eiser]: blurren is onvoldoende om [eiser] onherkenbaar te maken nu [eiser] door verschillende karakteristieken nog steeds herkenbaar is voor zijn directe omgeving, gebruik van verborgen camera leidt tot een criminaliserend effect en betrokkenheid van [eiser] wordt gesuggereerd, mogelijke betrokkenheid van [eiser] vindt niet voldoende steun in het beschikbare feitenmateriaal.

 

IEPT20200901, Hof Den Haag, Borek v Tribu

Natal stoel van Tribù auteursrechtelijk beschermd: Natal Light en Natal Alu zijn niet als nieuwe, van Natal Teak te onderscheiden, zelfstandige werken aan te merken, combinatie van niet beschermde vormgevingselementen kan persoonlijk stempel dragen, Natal stoel wekt andere totaalindruk dan stoelen die behoren tot vormgevingserfgoed, stoel resultaat van vrije en creatieve keuzes. Collin stoel van Borek maakt inbreuk op Natal Stoel: nagenoeg alle vormgevingselementen van de Natal Alu stoel overgenomen.

 

IEPT20200902, Rb Rotterdam, Heraeus v Biomet

Artikel 85 Rv - dat bepaalt dat een partij die zich bij dagvaarding, conclusie of akte op enig stuk beroept, verplicht is een afschrift van het stuk bij te voegen - verschaft Biomet geen zelfstandige grondslag voor een vordering tot overlegging van bescheiden: het betreft geen rechtens afdwingbare verplichting. Ex artikel 843a Rv ingestelde vordering tot inzage in documenten inzake de gestelde overdracht van de vorderingsrechten, redelijke maatregelen om de gestelde bedrijfsgeheimen geheim te houden, jaarlijkse investeringen in onderzoek en ontwikkeling, technische wijzigingen, receptuur, publicaties en onderzoek  afgewezen: sprake van hengeltochtje c.q. gebrek aan belang.

 

IEPT20200901, Hof Den Bosch, Converse v Sporttrading

Geen sprake van een - in beginsel ongeoorloofde - wissel van partijhoedanigheid sinds Converse geen merkhouder meer is: het hof gaat ervan uit dat Converse als lasthebber en dus nog steeds in eigen naam optreedt. Converse heeft in strijd met artikel 21 Rv gehandeld: zij heeft zich beroepen op verklaringen waarvan zij wist of redelijkerwijs kon weten dat deze (deels) onjuist zijn, dit heeft gevolgen voor de beoordeling van de proceskosten maar geeft geen aanleiding voor het afwijzen van de vorderingen of omkeren van de bewijslast. Vorderingen tegen FM terecht afgewezen: niet voldaan aal stelplicht met algemene stelling dat binnen de Sporttrading groep voor elkaar werd gefactureerd, gecorrespondeerd en gefinancierd. Converse en Kesbo gezamenlijk aansprakelijk voor de gevolgen van de beslaglegging: mogelijkheid van schade voldoende aannemelijk gemaakt  nu aannemelijk is dat de bedrijfsvoering van FM door de beslaglegging is ontwricht. Vordering tot inzage en afgifte ex artikel 843a Rv / 1019a Rv tegen FM afgewezen: bestaan van een rechtsbetrekking tussen Converse en FM niet aannemelijk. Beroep curator op uitputting alsnog afgewezen: bewijslast ten onrechte bij Converse neergelegd, de curator heeft voor zeer grote aantallen schoenen onvoldoende onderbouwd dat sprake is van uitputting. Curator moet gedogen dat de schoenen aan Converse worden afgegeven

 

IEPT20200910, Rb Den Haag, Left Lane Sony Music

Sony Music NL is toerekenbaar tekort geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit een overeenkomst met Left Lane door niet de brongegevens te verschaffen waarmee de controle van de verkopen van de single ‘Waves’ kan plaatsvinden en deze tekortkomingen rechtvaardigen buitengerechtelijke ontbinding: voor zover Sony Music NL bepaalde gegevens omtrent te betalen royalty’s niet beschikbaar heeft, is dat in strijd met de overeenkomsten en moeten de gevolgen daarvan voor Sony Music NL blijven. Sony Music NL maakt inbreuk op rechten Left Lane door de exploitatie voort te zetten: exploitatierechten vallen met ontbinding terug aan Left Lane. Gevorderde inzage toegewezen: voldoende aannemelijk dat niet alle verschuldigde bedragen conform de overeenkomsten zijn verantwoord en afgerekend