Artikel 1

Print this page

  

 

1.   Deze richtlijn betreft bepaalde wijzen waarop gebruik wordt gemaakt van verweesde werken door voor het publiek toegankelijke bibliotheken, onderwijsinstellingen en musea, alsook archieven, instellingen voor cinematografisch of audiovisueel erfgoed en publieke omroeporganisaties, die in de lidstaten gevestigd zijn, om taken van openbaar belang te vervullen.

2.   Deze richtlijn is van toepassing op:
a) werken welke in de vorm van een boek, dagblad, krant, tijdschrift of ander geschrift zijn gepubliceerd en zijn opgenomen in de verzamelingen van voor het publiek toegankelijke bibliotheken, onderwijsinstellingen of musea alsook in de verzamelingen van archieven of instellingen voor cinematografisch of audiovisueel erfgoed;
b) cinematografische of audiovisuele werken en fonogrammen welke zijn opgenomen in de verzamelingen van voor het publiek toegankelijke bibliotheken, onderwijsinstellingen of musea alsook in de verzamelingen van archieven of instellingen voor cinematografisch of audiovisueel erfgoed, en
c) cinematografische of audiovisuele werken en fonogrammen welke tot en met 31 december 2002 door publieke omroeporganisaties zijn geproduceerd en opgenomen in hun archieven,
en die door het auteursrecht of naburige rechten worden beschermd en voor het eerst in een lidstaat zijn gepubliceerd of, als ze niet zijn gepubliceerd, voor het eerst in een lidstaat zijn uitgezonden.

3.   Deze richtlijn is ook van toepassing op de in lid 2 bedoelde werken en fonogrammen die nooit gepubliceerd of uitgezonden zijn maar door de in lid 1 bedoelde organisaties met toestemming van de rechthebbenden voor het publiek toegankelijk zijn gemaakt, mits redelijkerwijze mag worden aangenomen dat de rechthebbenden zich niet tegen de in artikel 6 bedoelde gebruikswijzen zouden verzetten. De lidstaten kunnen de toepassing van dit lid beperken tot werken en fonogrammen die vóór 29 oktober 2014 bij deze organisaties zijn gedeponeerd.

4.   Deze richtlijn is ook van toepassing op werken en ander beschermd materiaal die zijn opgenomen of zijn verwerkt in, of een integrerend deel uitmaken, van de in de leden 2 en 3 bedoelde werken en fonogrammen.

5.   Deze richtlijn laat regelingen betreffende het beheer van rechten op nationaal niveau onverlet.