Intrekking van op absolute gronden geweigerde depots

Print this page

Datum: 9 september 2008

 

1. Depots die op absolute gronden zijn geweigerd kunnen worden ingetrokken tot het moment waarop de beslissing van Bureau, ingevolge artikel 2.11, lid 5 BVIE, definitief wordt.

 

2. Totdat de bezwaartermijn, vastgesteld conform artikel 2.11, lid 3 BVIE, jo. regel 1.15 UR, is verstreken kan een op absolute gronden geweigerd depot ook gedeeltelijk worden ingetrokken. Na afloop van de bezwaartermijn is gedeeltelijke intrekking, ingevolge de rechtspraak van het Benelux-Gerechtshof (Langs Vlaamse Wegen, zaak A2002/2), niet meer mogelijk.

 

3. Indien de weigeringbeslissing op absolute gronden betrekking heeft op (slechts) een deel van de bij depot aangeduide waren en of diensten, kan het depot voor enkel die waren en of diensten worden ingetrokken tot het moment waarop de beslissing van het Bureau, ingevolge artikel 2.11, lid 5 BVIE, definitief wordt.

 

4. Door intrekking van een geweigerd depot na aanvang van de termijn voor het instellen van beroep tegen de beslissing van het Bureau (artikel 2.11, lid 4 BVIE) doet deposant afstand van zijn recht op basis van artikel 2.12, lid 1 BVIE, om beroep in te kunnen stellen.