Intrekking van opposities na beslissing

Print this page

Datum: 9 september 2008

 

1. Opposanten kunnen de door hen ingestelde opposities geheel intrekken tot het moment waarop de beslissing van het Bureau, ingevolge artikel 2.16, lid 4 BVIE, definitief wordt.

 

2. Intrekken van een oppositie nadat het Bureau een beslissing heeft genomen heeft enkel tot gevolg dat het Bureau zijn beslissing niet ten uitvoer zal leggen. Dit heeft niet tot gevolg dat de grond aan de uitgesproken verwijzing in de kosten (artikel 2.16, lid 5 BVIE) komt te ontvallen.

 

3. Bij intrekking van een oppositie nadat het Bureau een beslissing heeft genomen, volgt geen restitutie van voor de oppositie betaalde rechten.