Artikel 10

Print this page

  weegschaal.png

 

1. De bijzonderheden betreffende de informatie die overeenkomstig artikel 14, lid 3, vierde streepje, van de basisverordening door de houder aan de landbouwer moet worden verstrekt, kunnen worden vastgesteld bij overeenkomst tussen de landbouwer en de betrokken houder.

2. Wanneer geen dergelijke overeenkomst is gesloten of wanneer ze niet van toepassing is, moet de houder, onverminderd uit andere bepalingen van het Gemeenschapsrecht of uit de wetgeving van de Lid-Staten voortvloeiende verplichtingen tot het verstrekken van informatie, aan de landbouwer van wie de houder betaling van de in artikel 5 bedoelde vergoeding heeft geëist, op diens verzoek een verklaring afgeven die alle relevante informatie bevat. De volgende gegevens worden als relevant beschouwd:

— het bedrag dat in rekening wordt gebracht voor het in licentie produceren, in het gebied waar het bedrijf van de landbouwer zich bevindt, van teeltmateriaal van de laagste categorie van hetzelfde ras die voor officiële certificering in aanmerking komt; of

— wanneer in het gebied waar het bedrijf van de landbouwer zich bevindt, geen produktie in licentie van teeltmateriaal van het betrokken ras heeft plaatsgevonden en wanneer de hoogte van voornoemd bedrag niet in de gehele Gemeenschap gelijk is, het bedrag dat normaliter voor voornoemd doel wordt begrepen in de prijs waartegen teeltmateriaal van de laagste categorie van dat ras die voor officiële certificering in aanmerking komt, in dat gebied wordt verkocht, alsmede voornoemd bedrag dat in rekening wordt gebracht in het gebied waar dat teeltmateriaal is geproduceerd.