Procesrecht.Vervolg op IEPT20150318, waarin is geoordeeld dat Cresco is geslaagd in het bewijs van openbaar voorgebruik door Koppert Kress van Raphanus sativa-plant t.o.v. het octrooi van ToN, waardoor het octrooi nietig is verklaard. Naast een schadevergoeding moest ToN de 1019h Rv proceskosten betalen aan Cresco. Omdat ToN nog niet had kunnen reageren op de verhoging van de gevorderde proceskosten, werd de zaak naar de rol verwezen voor een uitlating van ToN over de aanvullende kosten. In de onderhavige zaak wordt geoordeeld dat de aanvullende proceskosten volledig dienen te worden toegewezen. Het verweer van ToN dat Cresco het ‘onderhanden werk’ niet heeft gespecificeerd, is ongegrond. Productie 29 bevat gedetailleerde overzichten van de aanvullende werkzaamheden, ook van het ‘onderhanden werk’.
