Onrechtmatig handelen onvoldoende onderbouwd

15-07-2016 Print this page
IEPT20160713, Rb Gelderland, Torenstad
(Met dank aan Joost Becker, Dirkzwager advocaten & notarissen)

Onrechtmatig handelen Torenstad en Ieder1 door op markt brengen Verzilverd Wonen onvoldoende onderbouwd. Geen 1019h Rv proceskostenveroordeling: geen handhaving IE-rechten ex artikel 1019 Rv.

 

ONRECHTMATIGE DAAD - PROCESRECHT

 

[X] en [Y] hebben in de hoedanigheid van financier van [X] vanaf 1993 het product “Woonpensioen” ontwikkeld, een beleggingsproduct voor senioren. Op of omstreeks 3 mei 2000 is een conceptkoopovereenkomst opgesteld met betrekking tot de koop van “het concept Woonpensioen, het recht op gebruik van de naam Woonpensioen en alle daaraan ten grondslag liggende studies, berekeningen etc”. In dit concept staan Devamo B.V. als verkoper en Koriënt IV B.V. als koper vermeld. Koriënt IV heeft haar handelsnaam later gewijzigd in Torenstad Verzilverd Wonen B.V en het product Verzilverd Wonen op de markt gebracht. Dit is ook een beleggingsproduct dat zich richt op senioren. [X] stelt dat Torenstad onrechtmatig jegens hem handelt ten aanzien van het product Woonpensioen. De vorderingen worden afgewezen.

 

Torenstad en Ieder1 hebben beide aangevoerd dat zij niet onrechtmatig jegens [X] hebben gehandeld en dat de gestelde onrechtmatigheid op geen enkele wijze is onderbouwd. Zij stellen dat [X] met betrekking tot het door hem beschreven product of concept geen IE-rechten toekomt en dat hij ook niet anderszins aanspraak daarop heeft, waardoor sprake zou kunnen zijn van onrechtmatig handelen. Voor zover wel onrechtmatig jegens [X] zou zijn gehandeld zou een daarop gebaseerde vordering al geruime tijd zijn verjaard. Voor zover er geen sprake zou zijn van verjaring, zouden wegens schending van de klachtplicht de vorderingen moeten worden afgewezen. De rechtbank oordeelt dat gelet op de verweren van Torenstad en Ieder1 [X] zijn stellingen van een nadere feitelijke onderbouwing had moeten voorzien. Nu deze onderbouwing ontbreekt, kan niet worden vastgesteld dat en zo ja, op welke manier onrechtmatig jegens hem is gehandeld. De vorderingen worden dan ook afgewezen.

 

De gevorderde volledige proceskostenveroordeling ex artikel 1019h Rv wordt afgewezen, omdat het in casu niet gaat om de handhaving van een recht van intellectuele eigendom ex artikel 1019 Rv.

 

IEPT20160713, Rb Gelderland, Torenstad

(kopie origineel vonnis)