Gedaagde niet gerechtigd om handelsnaam en logo TJIN’S te gebruiken

11-10-2017 Print this page
IEPT20170901, Rb Amsterdam, Tjins

Gedaagde niet gerechtigd om handelsnaam en logo TJIN’S te gebruiken: samenwerking geen grond (meer) voor gebruik, voeren naam TJIN’S leidt tot verwarringsgevaar wegens aard, vestigingsplaats en publiek ondernemingen, gebruik logo onrechtmatig wegens auteursrechtinbreuk.

 

MERKENRECHT

 

Kort geding. TJIN'S (althans haar rechtsvoorganger) exploiteert sinds 1991 een broodjeszaak in Amsterdam, gericht op de Surinaamse keuken, onder de naam “TJIN'S”. In 1994 zijn de activiteiten uitgebreid naar cateringdiensten en bezorgservices. Gedaagde heeft een eenmanszaak opgericht, met als activiteit levering van cateringmaaltijden en bezorging onder de naam Tjins catering. Het geschil draait om de vraag of gedaagde gerechtigd is om de handelsnaam en het TJIN’S logo te gebruiken. Gedaagde stelt dat een uitbater van een vestiging van TJIN’S , met wie hij was gaan samenwerken in het kader van de uitbreiding van diens zaak met catering- en bezorgdiensten, het had doen voorkomen alsof hij alle rechten op de naam en het logo van TJIN’S had.

 

De voorzieningenrechter oordeelt echter dat niet aannemelijk is geworden dat de genoemde uitbater gerechtigd was om de handelsnaam “TJIN'S” (of Tjin’s) en het logo aan gedaagde over te dragen, in die zin dat gedaagde daarmee zelfstandige vestigingen zouden kunnen exploiteren, met gebruikmaking van die naam en het logo, noch dat de uitbater tot een dergelijke overdracht daadwerkelijk is overgegaan. Daarnaast staat volgens de voorzieningenrechter vast dat de samenwerking inmiddels is geëindigd. Gedaagde kan zich dus niet (meer) met succes beroepen op de samenwerking als grond voor het voeren van de handelsnaam “TJIN'S” en het gebruik maken van het logo.

 

Dat door het gebruik van de naam Tjin’s verwarring bij het publiek te duchten valt is naar het oordeel van de voorzieningenrechter gelet op de aard van de ondernemingen, de plaats van vestiging en het relevante publiek voldoende aannemelijk. Uit de producties kan worden volgens de voorzieningenrechter bovendien worden geconcludeerd dat verwarring niet alleen te duchten valt, maar zich inmiddels ook heeft voorgedaan.

 

Op grond van het bovenstaande oordeelt de voorzieningenrechter dat ook het gebruik van het logo onrechtmatig is, nu hiermee inbreuk wordt gemaakt op de auteursrechter op het logo. Gedaagde dient het gebruik van de naam en het logo van TJIN’S te staken.

 

IEPT20170901, Rb Amsterdam, Tjins

 

ECLI:NL:RBAMS:2017:6277