Verwarringsgevaar door auditieve en visuele overeenstemming ‘Santoro’ en ‘Sangre de Toro’

26-06-2018 Print this page
IEPT20180201, GEU, Cantina e oleificio sociale di San Marzano v EUIPO

Merkenrecht. De Italiaanse wijnboer Cantina e oleificio sociale di San marzano  wil een beeldmerk met het woord ‘Santoro’ inschrijven. Spaanse wijnboer Miguel Torres had oppositie ingesteld omdat zij het woordmerk ‘Sangre de Toro’ bezit. De Kamer van Beroep oordeelde dat er verwarringsgevaar was tussen de twee merken. Het beroep faalt.

 

De Italiaanse wijnboer voert eerst aan dat de waren waarvoor inschrijving wordt verzocht niet identiek zijn. Aangezien de Italiaanse wijnboer niet tijdens de EUIPO-procedure heeft gesteld dat het oudere merk niet normaal is gebruikt behalve voor Spaanse wijn wordt hieraan voorbij gegaan. De Kamer van Beroep heeft daarom terecht het verwarringsgevaar beoordeeld aan de hand van het vergelijken van de waren van het oudere merk: alcoholhoudende drank, uitgezonderd bieren met  de waren van het aangevraagde merk: Italiaanse wijnen. Hoewel de Italiaanse wijnboer inschrijving verzoekt voor Italiaanse wijnen, en het oudere merk ingeschreven is voor alcoholhoudende drank, uitgezonderd bieren, zijn de waren volgens vaste rechtspraak identiek wanneer de categorie waren van het eerdere merk de categorie waren van het nieuwere merk bevat.

 

Ook stelt de Italiaanse wijnboer dat de beeldmerken begripsmatig en visueel niet overeenstemmen, en auditief genoeg verschillen. De Kamer van Beroep oordeelde juist dat de merken auditief en visueel (‘san’ en ‘toro’), hoewel in mindere mate, in zekere mate overeenkomen. Over de begripsmatige overeenstemming oordeelt het Gerecht dat hoewel het Spaanse en Italiaanse publiek de merken zal kunnen onderscheiden, de vergelijking voor de rest van het EU publiek neutraal zal zijn. Al met al is terecht geoordeeld dat sprake is van verwarringsgevaar.

 

56.  Consequently, even though the part of the relevant public with a command of Spanish and Italian will perceive a clear difference as regards the conceptual comparison of the signs at issue, the Board of Appeal was right in finding that that comparison was essentially neutral from the perspective of a substantial and relevant part of the public in the European Union, namely the part that does not perceive any concepts in the signs at issue or that perceives only a reference to a tree or grapevine, an element that will be seen as a mere decoration or even as a descriptive reference to the goods.

 

T-102/17 - ECLI:EU:T:2018:50