Nederlandse rechter niet bevoegd inzake vordering tot opheffing schorsing octrooiverleningsprocedure

18-10-2018 Print this page
IEPT20181009, Hof Den Haag, Boston Scientific v Edwards

Duitse rechter niet op grond van litispendentieregeling Protocol inzake erkenning (EOV) bevoegd inzake vordering tot opheffing schorsing octrooiverleningsprocedure: litispendentieregeling niet van toepassing nu doel vordering niet het zelfde is als doel van vordering in Duitse procedure tot verkrijging mede-eigendom octrooiaanvrage. Nederlandse rechter niet bevoegd inzake vordering tot opheffing schorsing octrooiverleningsprocedure: procedure Europees Octrooibureau met voldoende waarborgen omkleed, Nederlandse rechter wordt gevraagd op de stoel van het EOB te gaan zitten en EOB buiten spel te zetten, sprake van ontoelaatbare doorkruising van het (systeem van het) EOV en daarin besloten bevoegdheidstoedeling. Ten overvloede: Nederlandse rechter ook niet als forum delicti (artikel 6 sub e Rv) bevoegd: verweten onrechtmatige handelingen hebben schadelijke inwerking op octrooiaanvrage, welke moet worden gesitueerd bij het EOB, dat is gevestigd in München, Duitsland. Dat verleningsprocedure wordt gevoerd in het in Den Haag gevestigde bijkantoor van het EOB is niet relevant: gaat om octrooiverlening door het EOB dat in München is gevestigd.

 

IPR

 

Hoger beroep tegen het vonnis van de voorzieningenrechter van de rechtbank Den Haag van 15 mei 2018 (IEPT20180515), waarin de voorzieningenrechter zich onbevoegd verklaarde inzake de gevorderde opheffing van de schorsing van de octrooiverleningsprocedure inzake octrooiaanvrage EP A 006. Het hof Den Haag bekrachtigt het vonnis.

 

Het hof Den Haag is van oordeel dat de Nederlandse rechter niet bevoegd is met betrekking tot de onderhavige vorderingen. De procedure bij het Europees Octrooibureau is met voldoende waarborgen omkleed en de Nederlandse rechter wordt gevraagd op de stoel van het EOB te gaan zitten en het EOB buiten spel te zetten. Voorts is sprake van een ontoelaatbare doorkruising van het (systeem van het) EOV en de daarin besloten bevoegdheidstoedeling. Ten overvloede wordt overwogen dat de Nederlandse rechter ook niet op grond van artikel 6 sub e Rv bevoegd is (forum delicti), aangezien de  verweten onrechtmatige handelingen schadelijke inwerking hebben op de octrooiaanvrage en deze bij het EOB dat gevestigd is in München in Duitsland moet worden gesitueerd. Dat de verleningsprocedure wordt gevoerd in het in Den Haag gevestigde bijkantoor van het Europees Octrooibureau is volgens het hof niet relevant, omdat het immers gaat om een octrooiverlening door het EOB dat is gevestigd in München.

 

IEPT20181009, Hof Den Haag, Boston Scientific v Edwards

 

ECLI:NL:GHDHA:2018:2607