Geen schending concurrentiebeding door makelaar die voorheen werkzaam was voor makelaarsbedrijf Hamar

15-11-2019 Print this page
IEPT20191016, Gerecht Curacao, Hamar

Reikwijdte contactverbod uit concurrentiebeding makelaarsbedrijf Hamar en voormalig werknemer onduidelijk: termen “clients” en “potential clients” onbepaald. Schending concurrentiebeding bij aanbieden vier woningen kan niet worden vastgesteld: Blue Bay - toepassing concurrentiebeding onduidelijk. Lagunisol - concurrentiebeding geldt enkel voor periode na beëindiging samenwerking. Sorsaka - verhuuropdracht al eerder aan gedaagde verstrekt. Grote Berg - opdrachtgever nog geen klant van Hamar en voor nadere vaststelling feiten geen plaats in kort geding. Gedaagde hoeft privénummer niet te veranderen: enkel voortzetten gebruik nummer niet onrechtmatig. Hamar kan niet optreden tegen vermeende merkinbreuk: Hamar niet rechthebbende merkenrecht en geen gebruik door gedaagde in persoon.  

CONCURRENTIEBEDINGMERKENRECHT

 

Gedaagde oefent het makelaarsbedrijf uit middels zijn vennootschap NH Real Estate B.V. (hierna: NH)  en was voorheen werkzaam voor makelaarsbedrijf Hamar. In de onderliggende overeenkomst tussen partijen was een concurrentiebeding opgenomen. Op grond van dit beding mocht gedaagde gedurende twee jaar na beëindiging van de overeenkomst geen zaken doen met “clients” en “potential clients” van Hamar. Volgens Hamar heeft gedaagde na beëindiging van de overeenkomst het concurrentiebeding geschonden door vier woningen (zogeheten “listings”) op de website van NH te koop aan te bieden. Hamar vordert daarom in kort geding verwijdering van de listings van de website van gedaagde en een boete die op basis van dit beding verschuldigd zou zijn. Verder eist Hamar dat gedaagde zijn telefoonnummer verandert, aangezien gebruik van dit nummer de schijn zou wekken dat hij nog steeds voor Hamar werkzaam is. Tot slot wordt geëist dat gedaagde zijn verkoopbord verandert, aangezien dit inbreuk zou maken op het merkenrecht van Hamar.

 

Het Gerecht overweegt allereerst dat de reikwijdte van het concurrentiebeding onduidelijk is, omdat de gebruikte termen “clients” en “potential clients” onbepaald zijn. Dit bemoeilijkt de toepassing van het concurrentiebeding. Met betrekking tot de listings Blue Bay en Grote Berg overweegt het Gerecht daarom dat door de onbepaaldheid van het beding met onvoldoende zekerheid kan worden vastgesteld of er sprake is van een “client” dan wel “potential client”. Wat betreft de listing Lagunisol verwijt Hamar gedaagde met name dat hij deze woning nog tijdens de looptijd van de overeenkomst op de website van NH heeft geplaatst. Volgens het Gerecht levert dit daarentegen geen schending van het concurrentiebeding op, aangezien dit beding enkel ziet op de periode na beëindiging van de samenwerking. Met betrekking tot de listing Sorsaka neemt het Gerecht aan dat de eigenaar al een verhuuropdracht aan gedaagde had verstrekt, voordat de eigenaar een exclusief verkoopcontract met Hamar sloot. Verder wordt aangenomen dat Hamar het telefoonnummer van gedaagde niet aan gedaagde ter beschikking heeft gesteld. Zij kan gedaagde het gebruik van het nummer daarmee niet ontzeggen, ook al gebruikte gedaagde dit nummer ook toen hij nog werkzaam voor Hamar was. Tot slot overweegt het Gerecht dat het betreffende merkenrecht niet bij Hamar rust en het verkoopbord niet door gedaagde in persoon, maar door NH gebruikt wordt. Hamar is daarmee niet bevoegd om op te treden tegen vermeende merkinbreuken. Tot slot wijst het Gerecht alle vorderingen af en wordt Hamar in de proceskosten van gedaagde veroordeeld.

 

IEPT20191016, Gerecht Curacao, Hamar

ECLI:NL:OGEAC:2019:240