Hof bekrachtigt vonnis over slaafse nabootsing 1460 boot

22-07-2021 Print this page
Auteur:
Nelisa de Bruin
IEPT20210720, Hof Den Haag, Airwair v Van Haren
(Met dank aan Maarten Rijks en Lucas de Groot, Taylor Wessing)

Geen slaafse nabootsing van 1460 boot en varianten door Van Haren: leerstuk van slaafse nabootsing laat geen ruimte voor bescherming van abstracties zoals de ‘trade dress’ of een soort ‘schoen’, of de 1460 boot een eigen gezicht heeft kan in het midden blijven, nu geen sprake is van onrechtmatig handelen verwarringsgevaar niet aannemelijk gelet op verschillen tussen de schoenen, de verkooppresentatie en het verkoopsegment en onvoldoende aannemelijk dat varianten op de 1460 boot een eigen gezicht hebben.

 

SLAAFSE NABOOTSING

 

Hoger beroep tegen het kort geding vonnis van 12 januari 2021 (IEPT20210112). AirWair is exclusieve licentienemer en exclusieve producent van schoenen die onder het merk Dr. Martens op de markt worden gebracht. Één van die schoenen is de 1460 boot die in 1960 voor het eerst op de markt is gebracht. Van Haren is een schoenenretailer. In het kort geding is geoordeeld dat er geen sprake is van slaafse nabootsing ten aanzien van de 1460 boot doordat deze geen eigen gezicht op de markt heeft.

 

Het hof bekrachtigt het oordeel van de voorzieningenrechter. Airwair baseert de gestelde slaafse nabootsing primair op een ‘trade dress’ of een ‘soort schoen’ in plaats van een of meer concrete producten. Het hof is van oordeel dat het leerstuk van slaafse nabootsing geen ruimte laat voor bescherming van abstracties, zoals een aan de hand bepaalde karakteristieken omschreven soort product, productlijn of stijl (IEPT20130329). Dit zou een te vergaande beperking van de vrije mededinging en productvormgeving meebrengen.

 

Subsidiair beroept Airwair zich op een vergelijking van concrete producten, waaronder een vergelijking van de 1460 boot met een viertal schoenen van Van Haren, te weten de 5th Avenue Boots I, II en VI en de Limelight Boot. Het hof is van oordeel dat voorhands onvoldoende aannemelijk is dat er sprake is van verwarringsgevaar bij het relevante publiek, gelet op de verschillen tussen de 1460 boot en de genoemde schoenen van Van Haren. Daarnaast acht het hof van belang dat op de schoenen van Van Haren niet de merken 'Dr. Martens' en 'Airwair' vermeld, maar duidelijk afwijkende tekens, zoals '5th Avenue' en 'Limelight Girl' en dat Van Haren onbetwist heeft aangevoerd dat haar schoenen behoren tot een ander verkoopsegment dan de 1460 boot.

 

Met betrekking tot het beroep op de varianten op de 1460 boot, de 1460 mono zwart en de 101 smooth, oordeel het hof dat ook hier geen sprake is van slaafse nabootsingen omdat Airwair onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de bedoelde varianten een eigen gezicht hebben in de markt.

 

IEPT20210720, Hof Den Haag, Airwair v Van Haren

ECLI:NL:GHDHA:2021:1369

(Kopie origineel vonnis)