Aanvragen van een Uniemerk past in doelstelling uitbreiding naar de EU

16-02-2022 Print this page
IEPT20220210, Rb Den Haag, Hizlipara v PayPorter

Geen sprake van depot te kwader trouw: over gebruik van merk en logo hebben partijen geen afspraken gemaakt en Hizlipara was met medeweten van PayPorter al actief onder de naam Payporter in Turkije. De voorzieningenrechter verbiedt PayPorter het gebruik van PayPorter-merk: verweren PayPorter slagen niet. Termijn waarbinnen PayPorter inbreuk moet staken bepaald op 30 dagen: ter voorkoming van executieproblemen.

 

MERKENRECHT - SAMENWERKINGSOVEREENKOMST

 

Het gebruik van de naam PayPorter en het logo waarop PayPorter zich beroept, hangt grotendeels samen met de samenwerking tussen partijen. 

 

Aangenomen kan worden dat op het moment van de aanvraag van het Uniemerk in 2019 tussen partijen sprake was van een verregaande vorm van samenwerking. Zij maakten van dezelfde website gebruik, ontwikkelden en gebruikten een gezamenlijk betaalsysteem, naar derden als een gezamenlijke onderneming presenteerden zich, een bestuurder van PayPorter ook werkzaamheden verrichte voor en bestuurder was van Hizlipara en voornemens bestonden tot het juridisch en/of feitelijk samengaan. 


Binnen deze samenwerking maakten beide partijen gebruik van de naam PayPorter en het PayPorter logo en daadwerkelijk verrichten van betaaldiensten aan consumenten. Hizlipara dit eerder deed dan PayPorter en op haar naam in Turkije de Turkse merken zijn ingeschreven.

 

Over het gebruik van de naam en het logo hebben partijen geen (expliciete) afspraken gemaakt. Hizlipara was voorts met medeweten van PayPorter in Turkije actief onder de naam PayPorter en het PayPorter logo, verrichte ook betalingen naar en met behulp van agenten in de Europese Unie en was voornemens om, in samenwerking met PayPorter , haar activiteiten uit te breiden naar de Europese Unie. Het aanvragen van het Uniemerk past in die doelstelling en komt commercieel logisch voor.

 

Uitgaande van deze situatie kan, ondanks dat ook PayPorter de naam PayPorter en het logo gebruikten, naar voorlopig oordeel niet worden gezegd dat Hizlipara op 27 december 2019 te kwader trouw is geweest bij het aanvragen van het Uniemerk op haar naam.

 

IEPT20220210 Rb Den Haag Hizlipara v PayPorter

Zie voor bodemvonnis: IEPT20240424, Rb Den Haag, Hizlipara v Morpara

 

ECLI:NL:RBDHA:2022:988