Niet aannemelijk dat Rhino recht heeft op Uniemerken: vraagtekens bij oudste overeenkomst TPTA en niet aangetoond er gebruik is gemaakt van de Uniemerken door Rhino. Ook schimmige achtergrond van bestuurders Rhino en onduidelijkheid over de vestigingsplaats van Key Asset tonen aan dat er van alles wordt verhuld. Groot deel van de stukken waarop Rhino zich beroept dateert van vóór de eerste registratie van de Uniemerken in 2014. Of VDH rechthebbende is moet worden uitgezocht in de bodemprocedure: geen twijfel over overdracht Uniemerken tussen VDML en VDI, maar overdracht naar VDH blijkt niet zonder meer uit de overeenkomst uit 2017. Verbod op overdracht Uniemerken door Rhino of Key Asset tot eigenaar is vastgesteld.
MERKENRECHT - INTERNATIONALE TOEPASSING
X een Nederlandse ontwerper en bouwer van luxe jachten die op de markt worden gebracht onder het merk VANDUTCH. VDML heeft een overeenkomst waarbij zij haar activiteiten als agent van Rhino ging uitoefenen en door Rhino werd gefinancierd. VDML heeft een lening afgesloten, waarbij haar merkrechten als zekerheidsrechten werden ingebracht. De verplichtingen uit de lening kwam VDML niet na, en TCA wilde haar zekerheden uitwinnen. Er is een koopovereenkomst gesloten. De overdracht van de merkrechten aan VDI is vervolgens wel geregistreerd bij de WIPO, maar niet bij het EUIPO. Er is beslag gelegd door een Spaanse rechter op de Uniemerken. VDH heeft al haar activa waaronder merkrechten overgedragen aan het Italiaanse Parlo. Zij heeft haar merkenportefeuille uitgebreid met Beneluxmerken. De Uniemerken heeft EUIPO laten herleven op naam van Rhino.
Naast de Italiaanse procedure is Rhino op basis van de Uniemerken nietigheidsacties gestart bij het BBIE tegen twee VANDUTCH Beneluxmerken. Om doorhaling van die merken te voorkomen, heeft Pardo een termijn gekregen om een gerechtelijk oordeel te verkrijgen over wie eigenaar is van de Uniemerken.
In dit kort geding gaat het erom of ten behoeve van VDH bewarende maatregelen moeten worden getroffen zolang nog geen uitspraak is gedaan in de door haar bij deze rechtbank gestarte bodemprocedure. Beide partijen stellen eigenaar te zijn van de Uniemerken die in het register van het EUIPO op naam van Rhino staan. Op de incidentele vordering van VDH is namelijk nog niet beslist en Rhino wil de Uniemerken aan een ander overdragen.
De voorzieningenrechter verbiedt Rhino om de Uniemerken over te dragen aan Key Asset of een andere derde, het EUIPO te verzoeken de Uniemerken te registreren op naam van Key Asset of een andere derde, of mee te werken aan verzoeken daartoe, totdat in rechte is vastgesteld wie eigenaar is van de Uniemerken.
Indien de Uniemerken op de vonnisdatum op naam van Key Asset staan, beveelt de voorzieningenrechter Key Asset om de Uniemerken binnen drie werkdagen na betekening van dit vonnis over te dragen aan Rhino.
Rhino dan wel Key Asset heeft een dwangsom te betalen van € 100.000 ineens als zij een of meer van de verboden genoemd overtreedt, te vermeerderen met een dwangsom van € 10.000,00 per dag dat de overtreding voortduurt, tot een maximum van € 10 miljoen.
