Schadelijke gevolgen van niet over merkrecht VAN DUTCH kunnen beschikken zijn in geen andere plaats dan Nederland
23-08-2024 Print this pageNederlandse rechter bevoegd ten aanzien vorderingen VDH jegens Rhino: onrechtmatig handelen doet zich voor in Nederland. Vorderingen VDH jegens Rhino en jegens VDI samen behandeld: Nederlandse rechter bevoegd ten aanzien van vorderingen Rhino en zodanige samenhang vorderingen jegens Rhino en jegens VDI.
Vandutch Holding (VDH) is de Nederlandse holdingmaatschappij van een Nederlandse ontwerper en bouwer van luxe VANDUTCH-jachten. VDI is de Amerikaanse dochter.
In de hoofdzaak meent VDH dat Rhino (eiser) onrechtmatig hebben gehandeld omdat de VANDUTCH merken momenteel zijn geregistreerd op naam van Rhino, terwijl VDH meent rechthebbende te zijn van deze merken. VDH wil daarom een verklaring voor recht dat zij de merkenrechthebbende. Voor het geval dat de rechtbank tot de conclusie komt dat niet VDH, maar VDI nog rechthebbende is van de merken, vordert VDH dat VDI wordt bevolen om de merken aan VDH over te dragen.
VDI vordert dat de rechtbank zich onbevoegd verklaart. Of de Nederlandse rechter ten aanzien van VDI rechtsmacht heeft, moet worden beantwoord aan de hand van het commune internationaal bevoegdheidsrecht zoals neergelegd in Rv omdat VDI in de VS is gevestigd en er in de onderhavige zaak geen NL-VS-verdrag van toepassing dat ziet op de rechtsmacht van de Nederlandse rechter.
In dit geval kan echter geen andere plaats (noch in een lidstaat van de EU noch daarbuiten) worden aangewezen waar voor VDH schadelijke gevolgen zijn ingetreden dan Nederland. VDH kan niet over haar merkenrecht beschikken of overdragen aan een Italiaanse scheepsbouwer zoals afgesproken. Omdat de schadelijke gevolgen van het gestelde onrechtmatig handelen van Rhino zich uitsluitend in Nederland voordoen en nergens anders, kan rechtsmacht van de Nederlandse rechter worden aangenomen op artikel 6 sub e Rv.