Verdachte merkvervalst tabak staat niet stil bij economische schade van Al Fakher en Adalya Tobacco

08-11-2024 Print this page
IEPT20241107, Rb Overijssel, IEPT20241107, Rb Overijssel, waterpijptabak Al Fakher II

De rechtbank veroordeelt de verdachte tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden en een taakstraf van 180 uren. Rechtbank rekent verdachte aan dat zij niet heeft stilgestaan bij de economische schade die zijn handelen heeft veroorzaakt. 
 

STRAFRECHT

 

De verdachte is schuldig bevonden aan de wet op de accijns opgenomen verbod overtreden, opzettelijk valse, vervalste of wederrechtelijk vervaardigde merken in voorraad hebben, opzettelijk waren, waarop of op de verpakking waarvan een handelsnaam van een ander of een merk waarop een ander recht heeft is nagebootst, in voorraad hebben en opzettelijk waren of onderdelen daarvan die valselijk hetzelfde uiterlijk vertonen als een tekening of model waarop een ander recht heeft in voorraad te hebben.


De verdenking komt erop neer dat verdachte in de periode van 1 maart 2021 tot en met 6 mei 2021 opzettelijk beroeps- of bedrijfsmatig namaakproducten van de merken Al Fakher en Adalya Tobacco heeft verkocht en/of te koop heeft aangeboden en/of in voorraad heeft gehad.


De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 324 dagen, waarbij hij een korting van 10% (36 dagen) heeft toegepast wegens overschrijding van de redelijke termijn.


Daarnaast heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het in voorraad hebben van een hoeveelheid merkvervalste goederen. Door zo te handelen heeft verdachte inbreuk gemaakt op het merkenrecht van Al Fakher Tobacco Trading Company en Adalya Tobacco. Verdachte heeft schade berokkend aan de rechthebbenden van de merkrechten op deze goederen. De merkhouders lopen inkomsten mis als potentiële klanten de namaakartikelen kopen in plaats van de originele artikelen. Verdachte heeft niet stilgestaan bij de economische schade die zijn handelen heeft veroorzaakt. De rechtbank rekent dit alles verdachte aan.


De rechtbank veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) maanden, geheel voorwaardelijk voor proeftijd van 2 jaren. En veroordeelt de verdachte tot een taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van 180 (honderdtachtig) uren.


ECLI:NL:RBOVE:2024:5784