
IVB’s vordering tot afgifte van de opnames niet toewijsbaar. Aannemelijk dat FTM niet de beschikking heeft over de gevorderde opnames en daar ook niet op een andere wijze toegang toe kan krijgen. IVB schendt artikel 21 Rv. Niet in dagvaarding vermeldt dat FTM al had aangegeven niet meer over de gevorderde opnames te beschikken. Schending niet ernstig genoeg om IVB te veroordelen in de volledige proceskosten van FTM. Veroordeling IVB tot proceskosten op hoogste liquidatietarief in het principaal hoger beroep, met compensatie van de proceskosten in het incidenteel hoger beroep.
FTM heeft in artikelen op haar website aandacht besteed aan IVB. FTM heeft daarvoor gebruik gemaakt van een undercovermethode, waarbij zij onder meer fictieve personen heeft gecreëerd. Bij de artikelen zijn fragmenten geplaatst van telefoongesprekken die deze personen hebben gevoerd met medewerkers van IVB. IVB stelt dat de artikelen berusten op onjuistheden. Zij vordert op grond van artikel 843a (oud) Rv afgifte van de opnames van de volledige telefoongesprekken.
Het hof acht aannemelijk dat FTM niet meer over de gevorderde geluidsopnames beschikt en daar ook geen toegang toe heeft. De opnames, gemaakt in 2019, bevonden zich op een mobiele telefoon die niet langer in bezit is van de journalist [naam 1]. FTM heeft bevestigd dat zij geen kopieën van de volledige opnames heeft. IVB heeft geen bewijs aangedragen waaruit blijkt dat FTM de opnames alsnog zou kunnen verkrijgen. Daarom wijst het hof de vordering tot afgifte af en bekrachtigt het eerdere vonnis.
Het hof oordeelt dat IVB artikel 21 Rv heeft geschonden door niet te vermelden dat FTM al had aangegeven niet meer over de gevorderde opnames te beschikken. IVB had haar dagvaarding moeten aanpassen toen dit feit bekend werd. Hoewel dit een schending van artikel 21 Rv oplevert, acht het hof deze niet ernstig genoeg om IVB te veroordelen in de volledige proceskosten van FTM. Wel wordt IVB veroordeeld tot proceskosten op het hoogste liquidatietarief in het principaal hoger beroep, terwijl de proceskosten in het incidenteel hoger beroep worden gecompenseerd.
FTM verwijt IVB schending van artikel 21 RV en vordert veroordeling van IVB in de werkelijke proceskosten. Het hof bekracht het vonnis waarvan beroep IEPT20230817 en veroordeelt IVB in de proceskosten € 13.217
IEPT20250114, Hof Amsterdam, Invorderingsbedrijf v Follow The Money