Geen rechtscheppend handelsnaamgebruik Cocon Parfumerie in de voorbereidingsfase
24-06-2025 Print this page
In 2023 is het merk Cocon Parfumerie gedeponeerd en een webshop gelanceerd. X begon pas eind 2024 met gebruik van de naam Cocon Perfume. Zij stelde voorbereidingen te hebben getroffen vóór het merkdepot, maar het is niet aannemelijk geworden dat er sprake is van rechtscheppend handelsnaamgebruik door X in de voorbereidingsfase. De rechter oordeelde dat sprake is van merkinbreuk en X moet het gebruik staken en €4.597,20 betalen aan proceskostenvergoeding.
Op enig moment in 2023 is onder de naam Cocon Parfumerie bij Desi9n een offerte aangevraagd voor ontwikkelen van een webshop. Een samenwerking tussen partijen is niet tot stand gekomen. Cocon Parfumerie is als woordmerk gedeponeerd, er is een Instagramaccount gestart en de website staat live.
X heeft pas in eind 2024, dus enige tijd ná het merkdepot de eerste stappen in het economisch verkeer gezet met de naam Cocon Perfume(s), door de lancering van haar webshop en een Instagrampagina voor promotionele
doeleinden en de livegang van de parfum-webshop. X is dus pas na voornoemde depotdatum de handelsnaam Cocon Perfume gaan voeren ter aanduiding van haar onderneming.
De voorzieningenrechter begrijpt dat X zich (tevens) beroept op rechtscheppend gebruik van haar (handels)naam door het uitvoeren van werkzaamheden ter voorbereiding op de lancering van haar webshop.
De door X gestelde voorbereidende werkzaamheden is niet met stukken of anderszins onderbouwd dat deze voor de datum van het merkdepot zijn uitgevoerd. Het is niet aannemelijk geworden dat er sprake is van rechtscheppend handelsnaamgebruik door X in de voorbereidingsfase van haar onderneming voorafgaand aan het merkdepot. Geen beroep op 2.23 BVIE.
Er is dus sprake van inbreuk ex artikel. 2.20 lid 1 sub a en b BVIE, hierdoor dient X het gebruik van merk Cocon Parfumerie te staken en wordt zij veroordeeld in de proceskosten €4.597,20.
