Artikel 8

Print this page

  weegschaal.png

 

1. Voor de inschrijving van een verzoekschrift als bedoeld in artikel 38, tweede lid van de wet, is een bedrag van € 22 verschuldigd.

 

2. Het bedrag dat krachtens artikel 56, tweede lid, of 64, tweede lid, van de wet is verschuldigd voor de inschrijving van de titel van een licentie onderscheidenlijk de akte, houdende overdracht of andere overgang van een octrooi of van het recht voortvloeiende uit een aanvrage om octrooi, is € 27 voor ieder octrooi en iedere aanvrage waarop de betreffende akte betrekking heeft.

 

3. Voor de inschrijving van een stuk, waaruit blijkt van de naamswijziging van een rechthebbende met betrekking tot een aanvrage om octrooi of een octrooi, is een bedrag van € 11 per octrooi en per aanvrage verschuldigd. Betreft de naamswijziging meer dan vijf octrooien of aanvragen om octrooi, dan is voor ieder volgend octrooi en iedere volgende octrooiaanvrage een bedrag van € 5 verschuldigd.

 

4. Voor de inschrijving van andere dan in de vorige leden bedoelde stukken, met uitzondering van stukken betreffende de naamswijziging van een octrooigemachtigde, welke ter inschrijving worden aangeboden, is € 27 per stuk verschuldigd met dien verstande, dat indien een stuk betrekking heeft op meer dan één octrooi of aanvrage om octrooi, even zovele malen dit bedrag is verschuldigd.

 

5. Elk jaar wordt bezien of het in dat jaar gepubliceerde prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie aanleiding geeft tot wijziging van de bedragen, genoemd in het eerste tot en met vierde lid. De gewijzigde bedragen worden bij ministeriële rijksregeling vastgesteld.