Regel 53

Print this page

  weegschaal.png

 

1. Een aanvrager die op een recht van voorrang een beroep doet, dient binnen zestien maanden na de oudst ingeroepen voorrangsdatum een afschrift van de eerdere aanvrage in te dienen. Dit afschrift en de datum van indiening van de eerdere aanvrage dienen door de autoriteit waar die aanvrage was ingediend voor eensluidend te zijn gewaarmerkt.


2. Het afschrift van de eerdere aanvrage wordt geacht correct te zijn ingediend, indien het Europees Octrooibureau beschikt over een afschrift van die aanvrage voor opname in het dossier van de Europese octrooiaanvrage onder de door de President van het Europees Octrooibureau vastgestelde voorwaarden.


3. Indien de eerdere aanvrage niet in een officiële taal van het Europees Octrooibureau is gesteld en de geldigheid van het beroep op voorrang van belang is voor het vaststellen van de octrooieerbaarheid van de betreffende uitvinding, verzoekt het Europees Octrooibureau de aanvrager of de houder van het Europees octrooi binnen een te stellen termijn een vertaling van die aanvrage in een van de officiële talen in te dienen. In plaats van de vertaling kan een verklaring dat de Europese octrooiaanvrage een volledige vertaling is van de eerdere aanvrage worden overgelegd. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing. Indien de verzochte vertaling van een eerdere aanvrage niet op tijd wordt ingediend, vervalt het recht van voorrang voor de Europese octrooiaanvrage of voor het Europees octrooi ter zake van die aanvrage. De aanvrager of houder van het Europees octrooi wordt daarvan in kennis gesteld.