Artikel 32

Print this page

  weegschaal.png

 

1. Wanneer het Bureau vaststelt dat het bezwaar niet aan artikel 59, leden 1 en 3, van de basisverordening of artikel 31, lid 1, onder d), van deze verordening voldoet of dat onvoldoende duidelijk is tegen welke aanvraag het is gericht, verklaart het dit bezwaar niet-ontvankelijk, tenzij deze gebreken binnen een door het Bureau gestelde termijn worden verholpen.

 

2. Wanneer het Bureau vaststelt dat het bezwaar niet aan andere bepalingen van de basisverordening of deze verordening voldoet, verklaart het dit bezwaar niet-ontvankelijk, tenzij deze gebreken vóór het verstrijken van de bezwaartermijn worden verholpen.