Artikel 2

Print this page

  

 

1.   Een werk of een fonogram wordt als een verweesd werk beschouwd indien geen van de rechthebbenden van dat werk of fonogram is geïdentificeerd, of zelfs indien één of meer rechthebbenden wel zijn geïdentificeerd, geen ervan is opgespoord ondanks een zorgvuldig onderzoek naar de rechthebbenden is uitgevoerd en is gedocumenteerd overeenkomstig artikel 3.

2.   Indien er meer dan één rechthebbende voor een werk of fonogram is, en niet alle rechthebbenden zijn geïdentificeerd of, indien zij wel zijn geïdentificeerd, zijn opgespoord nadat een zorgvuldig onderzoek overeenkomstig artikel 3 is uitgevoerd en is gedocumenteerd, kan het werk of fonogram overeenkomstig deze richtlijn worden gebruikt, mits de rechthebbenden die zijn geïdentificeerd en opgespoord, met betrekking tot de rechten waarover zij beschikken, de in artikel 1, lid 1, bedoelde organisaties toestemming hebben verleend voor de respectievelijk onder de artikelen 2 en 3 van Richtlijn 2001/29/EG vallende handelingen van reproductie en beschikbaarstelling voor het publiek.

3.   Lid 2 laat de rechten van geïdentificeerde en opgespoorde rechthebbenden op het werk of fonogram onverlet.

4.   Artikel 5 is mutatis mutandis van toepassing op de rechthebbenden van de in lid 2 bedoelde werken die niet zijn geïdentificeerd en opgespoord.

5.   Deze richtlijn doet geen afbreuk aan nationale bepalingen inzake anonieme of pseudonieme werken.