Geen schorsing in Nederlandse procedure nu EUIPO procedure schorst in afwachting van nationale procedure

16-03-2023 Print this page
IEPT20230215, Rb Den Haag, PayPorter v Morpara

Uniemerken. Schorsingsincident ex art. 132 lid 1 UMVo. Nietigheidsprocedure bij het EUIPO geschorst in afwachting van definitieve uitspraak van de Nederlandse rechter. Geen reden om dus te wachten op beslissing EUIPO. Bijzondere redenen om behandeling voort te zetten.

SCHORSING - MERKENRECHT

PayPorter voert internationale geldovermakingen uit. Zij is houdster van woord-beeldmerken. Morpara verleent IT-diensten, outsourcing en vermarkten van software. Partijen zijn sinds 2020 in conflict over onder meer eventuele voorgenomen fusie/overname. PayPorter heeft Morpara sommatie gestuurd dat zij enkel PayPorter mag gebruiken wanneer een licentieovereenkomst wordt gesloten. Morpara heeft een EUIPO-nietigheidsprocedure ingesteld waartegen nu beroep is aangetekend, daarom verzoekt zij schorsing ex 132 lid 1 UMVo totdat er een definitieve EUIPO-beslissing is.

 

Uit de beslissing van EUIPO volgt dat kamer van beroep passend heeft geacht om de door Morpara bij haar aanhangige beroepsprocedure te schorsen totdat er een in kracht van gewijsde gegaan vonnis is van de Nederlandse rechter waarin definitief wordt beslist over de vraag of Morpara zich met succes kan beroepen op een ouder (handelsnaam)recht in Nederland dan wel of sprake is van een depot te kwader trouw. 

 

De EUIPO-beslissing tot schorsing van de beroepsprocedure in afwachting van een definitieve uitspraak van de Nederlandse rechter, zal de rechtbank daarom aanmerken als een bijzondere reden als bedoeld in artikel 132 lid 1 UMVo die noopt tot voortzetting van onderhavige procedure.

 

Het incident wordt afgewezen.

 

ECLI:NL:RBDHA:2023:2708