April 2018

Print this page

IEPT20180426, Rb Rotterdam, Eredivisie

Gedaagde maakt inbreuk op auteursrechten Eredivisie door zonder licentie wedstrijdbeelden te vertonen in zijn coffeeshop: dat initiatief uitgaat van klanten die de wedstrijden ‘casten’ op zijn televisie neemt niet weg dat sprake is van inbreuk.

 

IEPT20180426, Rb Rotterdam, Van Donge & De Roo v DR Logistics

Geen inbreuk op handelsnaamrecht Van Donge & De Roo: onvoldoende onderbouwd dat zij DR als handelsnaam gebruikt, handelsnaam DR Logistics wijkt in meer dan geringe mate af van haar handelsnaam D&R. Geen sprake van onrechtmatig handelen door bewust creëren verwarring: verwarring onvoldoende aannemelijk nu partijen zich op ander marktsegment richten en logo’s verschillen.

 

IEPT20180425, Rb Noord-Nederland, Studio OFO

Oneerlijke concurrentie door met eigen uit te brengen krant aan te haken bij ondernemerskrant van Studio OFO: voorstel dat [Gedaagde 2] aan [naam bedrijf] heeft gestuurd komt overeen met offerte Studio OFO die [Gedaagde 2] naar privé-e-mailadres heeft gestuurd, voorstel verwijst naar advertentieruimte die [naam bedrijf] laatste jaren heeft gekozen bij krant Studio OFO en bevat pagina’s van die krant. Afgifte bescheiden [Gedaagde 1] en [Gedaagde 2] toegewezen: rechtmatig belang om na te kunnen gaan of en in hoeverre sprake is van auteursrechtinbreuk en welke klanten zijn benaderd. Voorschot schadevergoeding (€ 16.000) toegewezen: € 6.000 voor tweemaal overtreden vaststellingsovereenkomst, € 10.000 voor kosten die Studio OFO heeft moeten maken voor werven adverteerders en gederfde winst.

 

IEPT20180425, Rb Den Haag, By-Boo v De Poortere

Geen opheffing/opschorting/verlaging dwangsom (artikel 611d Rv) die is verbeurd wegens niet voldoen aan veroordeling tot vernietiging tapijten (uit IEPT20161019): onjuiste opgave gedaan, onvoldoende inspanning betracht om te achterhalen wat er met 8 tapijten is gebeurd die mee zijn geweest naar MOW-beurs in Duitsland. Reconventie: opheffing conservatoir beslag derdenrekening advocaat De Poortere.

 

IEPT20180425, Rb Amsterdam, Mavic v Picnic

Vervolg op tussenvonnis (IEPT20170906), waarin is geoordeeld dat inbreuk is gemaakt op het portretrecht van Max Verstappen door het gebruik van zijn ‘lookalike’ in een commercial van Picnic. Redelijke vergoeding voor gebruik portret Verstappen begroot op € 150.000 in plaats van gevorderd bedrag van € 400.000: Picnic kan niet worden verweten dat reclame viral is gegaan en via derden nog altijd beschikbaar is, marketingrapporten en factuur voor bedrijfsopening geven globale onderbouwing van exploitatiebelang Verstappen, Verstappen heeft echter geen inspanning hoeven te verlenen voor totstandkoming commercial.

 

IEPT20180425, Rb Overijssel, Consens-us v Consens-us Service Onderhoud

Uit afspraken partijen niet af te leiden dat gedaagde na beëindiging van samenwerking aan concurrentie- en/of relatiebeding gebonden is. Ook indien sprake zou zijn van rechtsgeldig concurrentie- en/of relatiebeding is schending daarvan niet te beoordelen: uit overgelegde e-mails niet op te maken dat gedaagde personen actief heeft benaderd met oogmerk hen ertoe te bewegen om naar zijn eenmanszaak over te stappen. (Huidige) tekst website biedt onvoldoende aanknopingspunten voor conclusie dat gedaagde zich als opvolger of vertegenwoordiger van de vof presenteert.

 

IEPT20180425, Rb Midden-Nederland, IT-Staffing v Staffing it

Gebruik teken Staffing it leidt tot verwarringsgevaar met beeldmerk IT-Staffing: visuele overeenstemming door gebruik zelfde woorden, auditieve en begripsmatige overeenstemming door het woord “Staffing”, kleine afwijkingen doen niet af aan grote mate van overeenstemming, diensten in grote mate soortgelijk, merk heeft grote mate van onderscheidend vermogen verworven door gebruik.

 

IEPT20180425, Rb Den Haag, HP v Benson

EP 360 voor “Inktjet printhead” geldig. geen toegevoegde materie door in conclusie 1 op te nemen dat printerkop is voorzien van meerdere groepen druppelgeneratoren, maar niet verbindingen tussen deze (sub)groepen mee te claimen: vakman begrijpt dat afzonderlijke druppelgeneratoren signalen moeten kunnen ontvangen en daarvoor is per definitie een verbinding nodig, waardoor dit impliciet is voor conclusie 1. Onvoldoende onderbouwd dat weglaten van deze details (voor zover deze niet impliciet zouden zijn) toegevoegde materie oplevert. Deelkenmerk dat het paar vrijgeefcontacten de enige vrijgeefcontacten zijn geen toegevoegde materie: geen nieuwe informatie, aangezien het gaat om duidelijk als zodanig in aanvrage omschreven voorkeursuitvoeringsvorm. EP 360 nieuw ten opzichte van WO 523: WO 523 openbaart niet de “kruislingse”  aansturing van de druppelgeneratoren uit deelkenmerken 7, 8, 11 en 12. EP 360 inventief t.o.v. US 342: vanuit US 342 op te lossen probleem is het verbeteren van aansturing druppelgeneratoren en er zijn geen aanwijzingen in de stand van techniek om het probleem op te lossen op in octrooi neergelegde wijze. Benson cartridges HP 21 XL Black, HP 22 XL Color, HP 27 Black en HP 57 Color voldoen aan kenmerken conclusie 1 EP 360: HP heeft onbestreden gesteld dat deelkenmerk 3 mogelijkheid open laat dat ook andere componenten zoals losse druppelgeneratoren op de chip aanwezig zijn, onder deze onbestreden uitleg voldoen geanalyseerde cartridges aan alle conclusiekenmerken. Alle door HP genoemde cartridges vallen onder beschermingsomvang conclusie 1 EP 360: inbreuk op niet door HP geanalyseerde cartridges niet als zodanig betwist, als geanalyseerde buitenlandse cartridges al dan niet op printhoofden afkomstig van dezelfde fabrikant als Benson cartridges zien, vormen onderzoeken in elk geval bewijs dat cartridges geschikt zijn voor daarbij horende printer.

 

IEPT20180425, Rb Den Haag, Haakwerken

Gehaakte stola’s van [Z] auteursrechtelijk beschermd: combinatie van vorm, vlakverdeling, kleurgebruik en decoraties is oorspronkelijk. Stola’s van [D] maken hierop geen inbreuk: ontwerp A maakt een rondere, romantischere indruk en Model 1 een rechtere, simpelere, speelsere, meer Freestyle' indruk ontwerp B maakt een romantische, gedetailleerde indruk, terwijl Model 2 een simpelere, speelsere, meer Freestyle' indruk maakt, ontwerp C maakt een romantische, gedetailleerde, weelderige totaalindruk, terwijl Model 3 een simpelere, speelsere, meer Freestyle' indruk maakt. Ook geen sprake van slaafse nabootsing: geen verwarring wekkende nabootsing gelet op uiterlijke verschillen. [Z] dient uitlatingen dat [D] haar kopieert te rectificeren: uitlatingen voorshands onjuist en schadelijk. 

 

IEPT20180425, Rb Den Haag, AHK v NFo

Geen verwarringsgevaar tussen Dutch Filmers Academy en Uniewoordmerk Netherlands Film Academy voor opleidingen: grootste punt van overeenstemming is de begripsmatige, lichte auditieve overeenstemming, zeer beperkte visuele overeenstemming, onderscheidend vermogen van het Uniemerk is wegens de beschrijvendheid zeer gering, zeer hoge mate van oplettendheid bij relevante publiek. Ook geen verwarring met Uniewoordmerk Nederlandse Filmacademie: auditieve- en visuele overeenstemming hier nog kleiner en ook dit merk is in grote mate beschrijvend. Hetzelfde geldt voor Uniewoordmerk De Filmacademie: overeenstemming hier het kleinst en ook dit merk is zeer beschrijvend. Geen sprake van inbreuk op handelsnamen Nederlandse Filmacademie en Netherlands Film Academy door gebruik Dutch Filmers Academy: beperkte overeenstemming, beperkte beschermingsomvang, aard van de opleidingen is heel verschillend.

 

IEPT20180424, Hof Amsterdam, Het Parool

Vonnis Rb Amsterdam van 19 oktober 2016 bekrachtigd. Artikelen in Parool (fysiek en online) over aanslag kantoorvilla niet onrechtmatig: beweringen in het artikel van 14 juni 2010 vinden voldoende steun in het ten tijde van het verschijnen van het artikel beschikbare feitenmateriaal, naamsverwisseling onvoldoende voor onrechtmatigheid, appellanten voldoende mogelijkheid tot wederhoor geboden, enkele feit dat de bewering in artikel van 15 november 2012 ‘dat de ramen met kogels doorzeefd zijn’ volstrek in strijd is met de waarheid, onvoldoende voor onrechtmatigheid, beide artikelen na klacht offline gehaald.

 

IEPT20180424, Hof Arnhem-Leeuwarden, Siemens v Almteq

Ook [geïntimeerde5] jr. aansprakelijk voor schade Siemens wegens inbreuk op NX software: door [geïntimeerde3] sr. tijdens comparitie verklaard dat software door [geïntimeerde5] jr. op computer [geïntimeerde3] sr is geïnstalleerd. Bewijsopdracht Siemens van stelling dat gedragingen [geïntimeerde3] sr. en/of [geïntimeerde5] jr. aan Almteq respectievelijk 3D 4Every1 kunnen worden toegerekend. Forfaitaire vergoeding voor inbreuk op NX software vastgesteld op basis van modules die daadwerkelijk door [geïntimeerde5] jr. zijn geïnstalleerd en gebruikt: aannemelijk dat NX-programmatuur veelomvattend softwarepakket is waarvan klant doorgaans slechts licentie koopt voor toepassing die hij nodig heeft. Licentievergoeding één keer in rekening gebracht: aannemelijk dat bij aanvraag licentie voor twee computers niet tweemaal de licentievergoeding verschuldigd zou zijn geweest. Siemens krijgt gelegenheid zich na memorie van enquête uit te laten over hoogte licentievergoedingen en gegevens over onderzoeks- en opsporingskosten over te leggen. Materiële schade door uitholling auteursrecht kan relevante component zijn voor hoogte opslag. Siemens krijgt gelegenheid inzichtelijk te maken op welke schaal inbreuken op de NX-programmatuur worden gepleegd en welke neerwaartse druk dat op de licentievergoeding heeft m.b.t. opslag voor schade door uitholling auteursrecht.

 

IEPT20180424, Hof Amsterdam, Liberty sloepen

Inbreuk op Liberty-beeldmerk door gebruik Liberty [getal] Tender op sloep onvoldoende feitelijk toegelicht: enkele feit dat het woord Liberty onderdeel uitmaakt van beide tekens ontoereikend. Geen sprake van slaafse nabootsing sloep: onderscheidend vermogen en eigen plaats op de markt onvoldoende onderbouwd.

 

IEPT20180423, Rb Midden-Nederland, Gordon

Vordering eiser dat gedaagde alle publicaties van en over hem in het ruimste zin van woord verwijderd dient te houden, afgewezen: Spoedeisend belang ontbreekt. Vordering dat gedaagde zich dient te onthouden van verdere berichtgeving over eiser op social media en andere media, afgewezen: geen aanleiding voor een, in feite, niet in tijd en omvang beperkt censuurverbod. Vordering tot onthouding van gedaagde van het doen van smadelijke en lasterlijke uitspraken, eveneens afgewezen: omdat er –naar voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter - sprake is geweest van een affectieve en seksuele relatie  bestaat er onvoldoende noodzaak tot het doen van een civielrechtelijke uitspraak om een dergelijk verbod te versterken. In reconventie: eiser dient zich te onthouden van het doen van mededelingen strekkende de ontkenning van de affectieve en/of seksuele relatie van partijen: voldoende aannemelijk dat partijen een affectieve en seksuele relatie hebben gehad, door raadsman onjuiste mededelingen in pers gedaan over de relatie en gedaagde voldoende spoedeisend belang. Vordering tot rectificatie afgewezen: te verwachten dat de redacties van de genoemde media al zelf op de hoogte zullen komen van de in dit kort geding vastgestelde onjuistheid van de ontkenning van eiser van de relatie tussen partijen. Dwangsom € 5.000,00 voor iedere overtreding.

 

IEPT20180419, HvJEU, Meo v Autoridade da Concorrencia

Uitleg begrip “nadeel bij de mededinging” (artikel 102, tweede alinea, onder c), VWEU: wanneer onderneming met machtspositie discriminerende prijzen toepast op handelspartners op stroomafwaartse markt en deze gedraging verstoring van mededinging tussen handelspartners tot gevolg kan hebben. Voor vaststelling “nadeel bij de mededinging” geen bewijs van daadwerkelijke en kwantificeerbare verslechtering mededingingspositie vereist, maar analyse van alle relevante omstandigheden van concrete geval vereist die de slotsom rechtvaardigen dat die gedraging invloed heeft op de kosten, winsten, of enig ander relevant belang van een of meer van voornoemde partners, zodat deze gedraging die mededingingspositie kan aantasten.

 

IEPT20180419, HvJEU, Peek & Cloppenburg

Geen basis in Unierecht voor stelling dat gebruik van een nationaal merk, nadat hiervan afstand is gedaan, een rechtsinstandhoudend effect kan hebben. Merkhouder zelf heeft verklaard afstand te doen van het merk of heeft het laten vervallen. Unierecht verzet zich tegen een uitleg van nationale wetgeving volgens welke de nietigheid of vervallenverklaring van een ouder nationaal merk, waarvan de anciënniteit wordt ingeroepen voor een Uniemerk, achteraf alleen kan worden vastgesteld indien het merk nietig of vervallen kan worden verklaard op zowel (1) het tijdstip waarop afstand is gedaan van dit oudere nationale merk of waarop het is vervallen als (2) op het tijdstip van de rechterlijke beslissing waarbij deze vaststelling plaatsvindt.

 

IEPT20180419, Rb Den Haag, Google

URL’s over goede doelen netwerk van verzoekers hoeven niet te worden verwijderd uit zoekresultaten Google bij zoekopdracht op hun naam nu inmenging in hun grondrechten wordt gerechtvaardigd door belang publiek bij informatie en belang Google bij aanbieden daarvan: verzoek ziet in kern op één recent bronartikel waarvan voorzieningenrechter heeft bepaald dat inhoud afgezien van te rectificeren passages voldoende steun vindt in feitenmateriaal, verzoekers hebben publicaties en de publieke belangstelling over zichzelf afgeroepen, inhoud URL’s (goede doelen sector) is voorwerp van maatschappelijk debat, verzoekers spelen rol in openbare leven, publiek heeft onmiskenbaar belang bij informatie.

 

IEPT20180419, Rb Amsterdam, Invorderingsbedrijf

Invorderingsbedrijf mag € 37 euro in rekening brengen na niet geïncasseerde vordering ondanks vermelding ’No Cure No Pay’ op website: gaat om commerciële, wervende boodschap die niet de inhoud van de overeenkomst vormt, uit algemene voorwaarden blijkt voldoende duidelijk dat bedrag in rekening wordt gebracht.

 

IEPT20180418, Rb Den Haag, BT v Pepscan

Rb Den Haag bevoegd: vorderingen zien niet op octrooi-inbreuk of onrechtmatige daad (zoals BT meent), maar op nakoming artikel 9.3 PLA 2010 dat wordt bestreken door (rechtsgeldige) forumkeuzebedingen PLA (Patent License Agreement) en FSA (Framework Service Agreement). Veel gewicht toegekend aan taalkundige betekenis bewoordingen PLA: zuiver commerciële transactie tussen professionele partijen, bijgestaan door gespecialiseerde advocaten. Afwijkende uitleg Pepscan van  artikel 3.2 PLA als onvoldoende onderbouwd verworpen. Beroep op redelijkheid en billijkheid verworpen: dat bepaalde rechtsgevolgen ongunstig of onredelijk zijn onvoldoende om in te grijpen in contractuele afspraken, Pepscan heeft bijgestaan door advocaat zelf ingestemd met dat FSA ieder moment en zonder consequenties voor PLA 2010 kon worden beëindigd. Taalkundige uitleg: Pepscan mocht PLA 2010 niet op grond van schending van de FSA beëindigen. Voorshands aannemelijk dat BT bedrijfsgeheime knowhow van Pepscan heeft gedeeld: niet inhoudelijk gereageerd op stellingen Pepscan, BT krijgt gelegenheid tegenbewijs te leveren.

 

IEPT20180418, Rb Den Haag, Same-D v Gemeente Leiden

“Iconenkleed” uit door Gemeente Leiden gekozen ontwerp voor beeldelementen Singelpark maakt geen inbreuk op auteursrecht van Same-D: idee om iconen te gebruiken niet auteursrechtelijk beschermd, gelijkenissen komen voornamelijk voort uit idee om iconen te gebruiken, concrete uitwerking van de iconen is duidelijk verschillend.

 

IEPT20180418, Rb Amsterdam, Graypants v Think Paper

In de VS ontworpen Scraplight lampen niet auteursrechtelijk beschermd in Nederland: volgens reciprociteitstoets uit artikel 2 (7) Berner Conventie is voor bescherming in Nederland vereist dat aan de lampen in VS bescherming toekomt. Van inbreuk zou bovendien geen sprake zou zijn: totaalindrukken komen niet overeen, geen auteursrecht op gebruik (laagjes) karton. Geen sprake van slaafse nabootsing: vorm van de lampen stemt niet overeen, nabootsen stijl alleen in geval van bijkomende omstandigheden onrechtmatig. Geen auteursrechtinbreuk of onrechtmatig handelen door verveelvoudigen dan wel slaafs nabootsen van gebruikt beeldmateriaal: onvoldoende onderbouwd dat aan wijze van presenteren van de lampen auteursrecht toekomt in de VS, onrechtmatig handelen onvoldoende onderbouwd.

 

IEPT20180418, Geschillencommissie Auteurscontractenrecht, Regisseuse Soof 2

Om te bepalen of overeengekomen vergoeding van de maker een ernstige onevenredigheid vertoont in verhouding tot de opbrengst van de exploitatie van een werk in de zin van artikel 25d Auteurswet (bestsellerbepaling) moet worden gekeken naar de volledige opbrengst in de gehele keten: het gaat hierbij om een ‘netto’ exploitatie-opbrengst. Commissie Auteurscontractenrecht is echter alleen bevoegd te beslissen in geschil tussen maker en producenten. Royaltyvergoeding van 7% voor de regisseuse van de film Soof 2 is tegenover 50% voor de producenten ernstig onevenredig: regisseuse heeft essentiële bijdrage geleverd aan het succes van de film, een verhoging van de vergoeding met 5% doet meer recht aan die bijdrage.

 

IEPT20180418, Geschillencommissie Auteurscontractenrecht, Scenarioschrijfster Soof 2

Om te bepalen of overeengekomen vergoeding van de maker een ernstige onevenredigheid vertoont in verhouding tot de opbrengst van de exploitatie van een werk in de zin van artikel 25d Auteurswet (bestsellerbepaling) moet worden gekeken naar de volledige opbrengst in de gehele keten: het gaat hierbij om een ‘netto’ exploitatie-opbrengst. Commissie Auteurscontractenrecht is echter alleen bevoegd te beslissen in geschil tussen maker en producenten. Royaltyvergoeding van 5% voor de scenarioschrijfster van de film Soof 2 is tegenover 50% voor de producenten ernstig onevenredig: scenarioschrijfster heeft essentiële bijdrage geleverd aan het succes van de film, een verhoging van de vergoeding met 5% doet meer recht aan die bijdrage.

 

IEPT20180417, Hof Amsterdam, Just Ask

Na beëindiging samenwerking organiseren van toernooien voor marketing- en communicatiebranche (marcom-branche) niet onrechtmatig: geen IE-recht instelling gebracht, dus Just Ask in beginsel vrij om [X] te beconcurreren en soortgelijke toernooien te organiseren, niet gebleken dat Just Ask door organisatie toernooien vanaf 2014 heeft geprofiteerd van een prestatie van [X] die qua aard ten minste vergelijkbaar is met die, waarvoor IE-recht openstaat, Just Ask heeft het niet onmogelijk gemaakt voor [X] om zelf toernooien voor de marcom-branche te organiseren, geen concurrentiebeperkende afspraken gemaakt in overeenkomsten tussen [X] en Just Ask.

 

IEPT20180417, Rb Amsterdam, Nieuwe Revu

Noemen namen medewerkers castingbureau in artikel over #metoo binnen castingbureau niet onrechtmatig door voldoende steun in feitenmateriaal: sprake van misstand, waarbij noemen namen medewerkers is toegestaan, aangezien voldoende aannemelijk is gemaakt dat onoorbare gedragingen zich niet tot [naam 6] beperken, uitlatingen anonieme bronnen over medewerkers niet als beschuldigingen, maar genuanceerd weergegeven, vermelding dat [naam 8] onderwerp van onderzoek zou zijn geweest niet onjuist. Voldoende hoor en wederhoor.

 

IEPT20180417, Hof Amsterdam, Broot v Stichting Mader

Stichting Mader maakt geen inbreuk op auteursrecht Broot door gebruik van foto’s op website die door Broot aan haar is overgedragen: in vaststellingsovereenkomst ligt besloten dat Stichting Mader de inhoud van de website mag blijven gebruiken, voorbehoud IE-rechten en vereiste toestemming voor gebruik foto’s hebben geen betrekking op de foto’s die al op de website stonden.

 

IEPT20180417, Rb Amsterdam, De Volkskrant

Publicaties in Volkskrant over eiser met als titels “Nederlandse adviseur betrokken bij omkopingszaak in Congo” en “De onderkoning van Congo en zijn Nederlandse vazal” niet onrechtmatig; belang Volkskrant kritisch kunnen uitlaten weegt zwaarder dan belang gedaagde op niet blootgesteld te worden aan lichtvaardige verdachtmakingen: in de artikelen en de koppen van de artikelen wordt niet gesuggereerd dat eiser direct betrokken is bij omkopingspraktijken in Congo, voor aantijgingen in artikel Volkskrant voldoende steun in feitenmateriaal, voor gebruikte waardeoordeel bieden feiten voldoende grond en eiser is voldoende gelegenheid tot wederhoor geboden.

 

IEPT20180418, Rb Amsterdam, Spinnin Records

Beslissing uit tussenvonnis (IEPT20170726) dat bij Universal uitgebrachte Instrumental Mix onder exclusieve producersovereenkomst tussen gedaagde en Spinnin Records valt moet worden aangemerkt als eindbeslissing: er is uitdrukkelijk en zonder voorbehoud beslist. Dit betekent dat gedaagde de Instrumental Mix aan Spinnin Records had moeten aanbieden: geen reden om terug te komen op beslissing. Latere (vocale) versies vallen niet onder de overeenkomst: overeenkomst regelde geen overdracht van het auteursrecht op de Instrumental Mix, het staat gedaagde vrij om na afloop van de overeenkomst andere versies van het nummer te vervaardigen en aan te bieden. Schadevergoeding wegens tekortschieten in nakoming aanbiedingsplicht ziet dus slechts op de Instrumental Mix: schadevergoeding op te maken bij staat.

 

IEPT20180416, Rb Den Haag, BPW v Octrooicentrum Nederland

Geen herstel van werking octrooi 2355988 in Nederland waarvan termijn voor indienen vertaling van na oppositie gewijzigde conclusies in Nederland onbenut is gebleven: eiseres wist reeds op 27 juni 2016 dat termijn niet was gehaald, zodat hersteltermijn van 2 maanden ex artikel 23(3) ROW 1995 op 26 september 2016 is verstreken.

 

IEPT20180416, Rb Amsterdam, Halal Docs

Documentaire ”Jolene” vormt geen onrechtmatige aantasting van de nagedachtenis van overleden zoon van eiseres ex artikel 6:106 lid 1 sub c BW: zoon eiseres heeft op enig moment ingestemd met opname, beelden vormen weergave van de feiten en zijn niet eenzijdig negatief of onnodig kwetsend. Documentaire eveneens niet onrechtmatig jegens eiseres: connectie met eiseres voor grote publiek niet te maken, inbreuk op privéleven eiseres weegt niet op tegen belang om bijdrage te kunnen leveren aan maatschappelijk debat over stalking en geweld binnen relaties.

 

IEPT20180413, Rb Amsterdam, Woensdregt v Beapart

Geen tekortkoming in nakoming overeenkomst tussen hotel en architectenbureau nadat hotel gelijkende aan de in het interieurontwerp voorgestelde lampen heeft laten maken in China en vervolgens is aangesproken door de rechthebbende: in overeenkomst is geen advies- of waarschuwingsplicht overeengekomen inzake IE-rechten, van architect of interieurontwerper mag niet worden verwacht dat zij hier zonder afspraak over adviseert of waarschuwt.  

 

IEPT20180413, Rb Rotterdam, Eredivisie II

Café bij verstekvonnis veroordeeld voor auteursrechtinbreuk door tonen eredivisiewedstrijden zonder licentie: het gevorderde komt de voorzieningenrechter niet onrechtmatig of ongegrond voor. 

 

IEPT20180413, Rb Rotterdam, Eredivisie

Café maakt inbreuk op auteursrechten Eredivisie: met ingebrachte processen-verbaal van is gerechtsdeurwaarder voldoende aannemelijk gemaakt dat eredivisiewedstrijden zijn vertoond zonder licentie.

 

IEPT20180412, Rb Rotterdam, Philips v P&G

Reclame waarin Oral-B Genius elektrische tandenborstel wordt vergeleken met Philips’ Sonicare DiamondClean niet ongeoorloofd: geen sprake van nodeloos denigrerende inkleding omdat het afbeelden van de tandenborstel van Philips in de schaduw een doel dient; claim dat Genius beter reinigt dan DiamondClean onderbouwd door twee studies; disclaimer in beeld die meldt dat de claim rond reinigt beter “vs gewone manuale tandenborstels” gezien moet worden; op de poster staat de verwijzing naar de studies voldoende duidelijk vermeld en in de commercial is de disclaimer duidelijk en lang genoeg in beeld en de verwijzing naar de twee studies wordt gedurende de hele commercial getoond.

 

IEPT20180412 BenGH, Moet Hennessy v Cedric Art

Artistieke vrijheid vormt een geldige reden voor gebruik van een teken  ex. art. 2.20 lid2 sub d BVIE: Wanneer de kunstuiting het originele resultaat is van een creatief vormgevend proces dat niet erop is gericht het merk of de merkhouder schade toe te brengen.

 

IEPT20180411, Rb Den Haag, Sandoz v Astrazeneca

EP 138 nietig wegens gebrek aan inventiviteit. Howell meest nabije stand van de techniek: openbaart resultaten klinische studies waarbij fulvestrant wordt toegepast voor behandeling borstkanker. Vakman die oplossing voor objectief technisch probleem zoekt zal op McLeskey stuiten: bevindt zich op zelfde vakgebied – onderzoek naar behandeling borstkanker – en was openbaar. Conclusie 30 in combinatie met conclusies 1 en 29 nietig: vakman zal op basis van McLeskey zonder creatieve denkarbeid komen tot de in conclusie 30 geclaimde uitvinding. EP 138 volledig vernietigd: niet gesteld of gebleken dat overige meer algemene conclusies stand kunnen houden. NL deel EP 573 dat specifieke formulering van conclusie 30 bevat vernietigd: openbaart geen andere deelkenmerken die conclusie 1 of volgconclusies inventief maken. Voor recht verklaar dat NL 075 sinds 11 februari 2015 niet meer de in artikel 53, 53a, 71 en 73 ROW bedoelde rechtsgevolgen heeft.

 

IEPT20180411, Rb Den Haag, Acteon v Dürr Dental

Nederlandse deel EP 371 vernietigd: Dürr Dental heeft in CvA heeft aangegeven Nederlandse deel EP 371 niet te willen verdedigen. Dürr Dental als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten nu betoog dat deze nodeloos zijn veroorzaakt wordt verworpen: Acteon hoefde er niet vanuit te gaan dat van een aan de dagvaarding voorafgaande sommatie enig nut kon worden verwacht, omstandigheid dat Acteon na uitbrengen dagvaarding niet wilde meewerken aan intrekking octrooi maakt dit niet anders nu Dürr Dental niet bereid was gemaakte kosten te vergoeden. Tot en met dagvaarding gemaakte kosten (ruim € 60.000) vallen onder bereik artikel 1019h Rv: 1019h Rv alleen van toepassing op nietigheidsprocedure als sprake is van vooruitgeschoven niet-inbreukverweer, hiervan is sprake nu voldoende concrete dreiging was van handhaving in Nederland.  Voor kosten die na dagvaarding zijn gemaakt geldt liquidatietarief: verdere debat slechts op proceskosten, daarmee gemoeide kosten vallen blijkens HR Wieland v GIA (IEPT20160603) buiten bereik 1019h Rv. 

 

IEPT20180411, Rb Amsterdam, AddComm v Appcomm

Verwarringsgevaar tussen handelsnamen AddComm en Appcomm onvoldoende om inbreukverbod toe te wijzen: handelsnamen wijken weliswaar visueel en auditief slechts in geringe mate af en betreffen beide evidente samenstelling die niet louter beschrijvend is, partijen begeven zich echter in beperkte mate op dezelfde markt en bedienen zakelijk publiek met hoger dan gemiddeld niveau van oplettendheid.

 

IEPT20180411, Rb Den Haag, DKH v Hermanex

Rechtbank stelt in hoofdzaak vast dat Hermanex merkinbreuk erkent en uit dien hoofde € 18.000 verschuldigd is aan DKH: geen verweer gevoerd tegen gewijzigde eis om verplichting uit hangende procedure overeengekomen regeling in vonnis op te nemen. Vrijwaring t.a.v Microsell en [A] bij verstek toegewezen: vordering komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor. Hermanex niet-ontvankelijk in vrijwaringszaak t.a.v. Fashion Funding nu deze heeft opgehouden te bestaan: Fashion Funding is ontbonden,  geen heropening nu onvoldoende is onderbouwd dat er nog baten waren. Proceskosten in vrijwaringszaken krachtens liquidatietarief: vorderingen strekken blijkens grondslag (nakoming garantie en onrechtmatig handelen) niet tot handhaving IE-rechten.

 

IEPT20180411, Rb Noord-Holland, Eredivisie

Café bij verstekvonnis veroordeeld voor auteursrechtinbreuk door tonen eredivisiewedstrijden zonder licentie: het gevorderde komt de voorzieningenrechter niet onrechtmatig of ongegrond voor. Proceskosten ex artikel 1019h Rv begroot op € 3.900: zaak aangemerkt als ‘eenvoudig’ en niet als  ‘zeer eenvoudig’ kort geding waarvoor krachtens Indicatietarieven in IE-zaken het liquidatietarief wordt toegepast.

 

IEPT20180410, Hof Den Haag, Top Logistics v Hennessy

Zekerheidstelling van voegende partijen voor proceskosten afgewezen: partijen hebben geen woonplaats buiten Nederland zoals vereist ex art. 224 jo. 353 lid 1 Rv, misbruik van recht door als lege vennootschap te voegen in procedure onvoldoende onderbouwd. Voegingsincident toegewezen: JMN c.s. heeft belang bij voeging nu bij toewijzing exhibitievordering bedrijfsvertrouwelijke en concurrentiegevoelige informatie in handen van MHCS c.s. kan komen, vraag of belang nog bestaat als exhibitie al heeft plaatsgevonden kan in het midden blijven nu in hoger beroep ruimere exhibitie wordt gevorderd. Vraag of zekerheids- en voegingsincident onder bereik artikel 1019h vallen kan ook in het midden blijven: ook volgens indicatietarieven wordt bij eenvoudig niet bewerkelijk incident liquidatietarief toegepast.

 

IEPT20180410, Rb Den Haag, Octrooicentrum Nederland

Octrooicentrum NL heeft terecht geoordeeld dat artikel 3 ABC Geneesmiddelen Vo in de weg staat dat eiseres naast een ABC voor het monoproduct ezetimibe, een ABC voor het combinatieproduct ezetimibe en rosuvastatine  verkrijgt: gelet op HvJEU arresten Actavis v Sanofi (IEPT20131212) en Actavis v Boeringer (IEPT20150312) geen bescherming voor situatie als in casu, waarin combinatieproduct enerzijds bestaat uit (1) als zodanig door basisoctrooi beschermde stof en (2) stof die niet als zodanig wordt beschermd door basisoctrooi, eiseres heeft zich binnen de geldigheidsperiode van eerste ABC ook kunnen verzetten tegen gebruik van geneesmiddelen bestaande uit combinatie ezetimibe met een biosyntheseremmer (waaronder rosuvastatine) voor dezelfde therapeutische toepassing. Vraag of combinatie ezetimibe en rosuvastine inventief is en of hiervoor afzonderlijk octrooi kan worden verkregen (par. 42 Actavis v Sanofi) hoeft niet te worden beantwoord: enkel aan de orde of op grond van zelfde basisoctrooi meerdere ABC’s kunnen worden verkregen, hetgeen niet het geval is.

 

IEPT20180409, Rb Rotterdam, PCO v Jimmy

Op oneerlijke handelspraktijken en onrechtmatige daad gestoelde vorderingen tot verbod op aanbieden snacks zonder te voldoen aan wettelijke bepalingen omtrent verstrekken voedselinformatie afgewezen: geen concrete aanwijzingen dat Jimmy na doorgevoerde wijzigingen in receptuur en etikettering (nog steeds) niet voldoet aan de eisen, PCO heeft bovendien onvoldoende onderbouwd welk concreet nadeel zij hiervan zou ondervinden.

 

IEPT20180405, Rb Noord-Holland, Kamer van Koophandel v F-Touch

Inbreuk op woordmerken KVK, Kamer van Koophandel en HANDELSREGISTER.NL door op domeinnamen kavk.nl en hethandelsregister.nl uittreksels aan te bieden: onjuiste pretentie gewekt dat originele KvK-uittreksels worden verstrekt. Ook merkinbreuk door gebruik merken KvK als adwords. Domeinnamen moeten worden overgedragen: gebruik is onrechtmatig en KvK heeft belang bij overdracht. Opgave overige mogelijk inbreukmakende domeinnamen toegewezen: risico van nieuwe inbreuken niet ondenkbeeldig. Opgave aantal verkochte uittreksels, winstafdracht en dwangsom eveneens toegewezen.

 

IEPT20180403, Hof Arnhem-Leeuwarden, Bruna

In artikel 6 franchiseovereenkomst (FO) opgenomen beperking van zakelijke mogelijkheden van [geïntimeerden] ziet op gebruik know how, reputatie en identiteit Bruna-formule in lokaliteiten [geïntimeerden]. Artikel 6 FO overtreden door [geïntimeerden]: in winkelruimte waarin hij gedurende contractperiode werkzaam was onder de Bruna-vlag ingewerkt personeel aan The Read Shop beschikbaar gesteld, [geïntimeerden] heeft het voor The Read Shop mogelijk gemaakt om zich te vestigen in de winkelruimte, die pal daarvóór in gebruik was als Bruna-winkel, vestiging van Music & Gifts (van [geïntimeerden])achterin diezelfde winkelruimte trekt klanten voor The Read Shop en bevordert daarom exploitatie en omzet The Read Shop. Hof kan in kort geding niet beslissen over vraag of [geïntimeerden] zich voldoende van The Read Shop onderscheidt: nadere bewijslevering nodig. Exploitatie Music & Gifts levert geen verboden concurrentie op: deze activiteit van [geïntimeerden] is door beide partijen buiten franchising gehouden, Bruna heeft niet onderbouwd door Music & Gifts noemenswaardig nadeel te ondervinden, terwijl niet is weersproken dat [geïntimeerden] wel nadeel lijdt indien hij moet stoppen met Music & Gifts.

 

IEPT20180405, Rb Den Haag, Erfgoed Leiden

Erfgoed Leiden maakt inbreuk op auteursrecht eiser op 25 foto’s door opname daarvan in online beeldbank. Geen sprake van anoniem gepubliceerde foto’s: [R] maker door stempel met zijn naam op zijn foto’s, waarvan uitgevers prentbriefkaarten produceerden, niet noodzakelijk dat maker naam op alle vereenvoudigingen van het werk plaatst. Beroep op artikel 8 Aw (fictief makerschap) faalt: uitgevers moeten toestemming van [R] hebben gekregen voor gebruik desbetreffende foto’s. dat uitgever zich als uitgever prentbriefkaart bekend maakt, leidt er niet toe dat hij zich daarmee als maker heeft aangeduid en auteursrecht op foto heeft toegeëigend, terwijl uitgever bekend was met auteursrecht [R], uit omstandigheden dat prentbriefkaarten van zelfde foto soms met en zonder naam/logo uitgever zijn uitgegeven blijkt dat uitgevers niet zoveel waarde hechtten aan vermelding van hun naam. Onvoldoende onderbouwd dat auteursrecht foto’s niet met overdrachtsakte uit 1982 is overgedragen aan eiser. Schadevergoeding ter hoogte van gebruikelijke licentievergoeding eiser: € 75 per foto, € 1.875 in totaal. Verhoging schadevergoeding past niet in Nederlandse systeem van reële schadevergoeding. Geen beperking schadevergoeding op grond van regeling verweesde werken: niet rechtstreeks van toepassing en geen aanleiding voor stellen prejudiciële vragen.

 

IEPT20180404, Rb Den Haag, Vita v Ivoclar

Octrooihouder is "in ongelijk gestelde partij" in nietigheidsprocedure, waarin zij afstand heeft gedaan van Nederlandse deel van octrooi vóór eerste rolzitting: met afstand in feite erkend dat Vita gelijk aan haar zijde heeft, Vita had op moment van dagvaarden belang bij nietigheidsvordering en daarmee gepaarde werkzaamheden waren al verricht, op dag voordat Vita zaak moest aanbrengen was afstand Ivoclar van octrooi haar nog niet bekend. Artikel 1019h Rv toepasselijk door vooruitgeschoven niet-inbreukverweer: Ivoclar heeft aangegeven rechten in “any country that we deem appropriate” te handhaven. Kosten m.b.t. geschilpunt over de proceskosten begroot volgens liquidatietarief.

 

IEPT20180403, Hof Den Haag, MKB v TomTom

MKB niet-ontvankelijk verklaard: geen grieven ingediend tegen vonnis waarvan beroep. MKB veroordeeld in volledige proceskosten ex artikel 1019h Rv (€ 2.447,50): omstandigheid dat nog geen proceshandelingen zijn verricht is geen reden voor toepassen liquidatietarief, enkele feit dat werkzaamheden zijn verricht vóór het indienen van de grieven is geen aanleiding om deze buiten beschouwing te laten.